- 4a -
Van welk belang het aantrekken van enige klein-industrie
is, heb ik al even aangegeven bij de. beschouwing over de
Land- en Tuinbouw. Er zijn van de oudere generatie ai'200
boeren en tuinderszoonsdie nooit in de agrarische sector
bedrijfshoofd zullen kunnen worden. Er zijn verder op 250
zuivere landbouwbedrijven (gemiddelde oppervlakte 10.95 Ha.)
277 zoons jonger dan 15 jaar, op 421 gemengde land- en tuin
bouwbedrijven (gemiddelde oppervlakte 5,74 HA.384 zoons
onder de 15 jaar en op 269 zuivere tuinbouwbedrijven .(van
gemiddeld 1.62 Ha.) nog eens 190 zoons onder de 15.
Gij zult het met mij eens zijn dat alleen de industrie
hier uitkomst kan brengen.
ARBEID EK WERKLOOSHEID.
Gelukkig kan er over 1955 weer niet gesproken worden van
werkloosheid in de eigenlijke zin van het woord.Gemiddeld
stonden er in 1955 slechts 57 personen bij het Gewestelijk
Arbeidsbureau ingeschreven,waarvan er gemiddeld 2 niet werk
loos en gemiddeld 16 bij de D.U.W. geplaatst waren. Het hoog'
ste aantal ingeschrevenen bedroeg 160 inJanuari en het laag
ste aantal 7 in October. De D.U.W.telde in Februari 67 per
sonen uit Zundert welk aantal terugliep tot 5 in Juni na
welke maand de D.U.W. geen Zundertsnaren meer kende. Deze
cijfers zijn gunstiger nog dan die in 1954. He uitkeringen
ingevolge de verschillende rijksregelingen liepen dan ook -
vergeleken bij 1954 - meer of minder belangrijk terug.
Vorig jaar attendeerde ik voor het eerst op de zgn,slapen
de werkloosheid onder onze agrarische bevolking en de moge
lijke gevolgen daarvan Nu het jaar 1955 voor de land- en
tuinbouw zulke rijpe vruchten heeft afgeworpen en er dus van
financiële nood absoluut niet gesproken kan worden en er des'
ondanks steeds meer jongeren uit de agrarische sector in de
wintermaanden in plaatselijke of naburige, met het agrarisch
bedrijf verband houdende industrie een goed gehonoreerde
werkkring vinden, ga ik deze figuur toch meer zien als een -
ik zou haast zeggen - onmisbare overgang van de landarbeid
naar de industrie.
MAATSCHAPPELIJK WERK.
De gezinsverzorging, hoewel nog steeds in haar werkzaam
heden ontzettend beperkt door een schreeuwend personeels
gebrek, kon in 1955 toch in 14 gezinnen de nodige hulp bieden
Hoe het maatschappelijk werk zich verder ontwikkelde in
1955 valt af te leiden uit de 705 huisbezoeken en het be
zoek in 1955 van de spreekuren door 100 personen meer dan in
1954. Thans is het zo dat dit werk zich uitstrekt van kinder-
zorg en - bescherming tot huisvesting toe.Vanaf deze plaats
daarom een woord van dank aan de Maatschappelijk werkster
voor het vele en goede door haar in 1955 gedaan.Intussen
zijn besprekingen begonnen om dit werk per 1 Januari 1957
over te dragen aan het particulier initiatief in de vorm
van een Interparochieel Sociaal Charitatief centrum.
ONDERWIJS.
Het onderwijs in alle geledingen stond in het afgelopen
jaar weer in het middelpunt van de belangstelling.Nauwelijks
was de wet op het Kleuteronderwijs tot stand gekomen of aan
vrage om medewerking voor de bouw van kleuterscholen in Zun
dert en Klein-Zundert kwamen binnen; op heide aanvrage werd
gunstig beschikt.
Blad 5.
Er zijn goede verwachtingen dat dit jaar de plannen verwezen
lijkt kunnen worden. Wernhout heeft plannen in vergevorderde
voorbereiding.
Verdere uitbreiding van accomodatie van enige scholen kwam
tot stand. De nieuwe jongensschool - een voorbeeld van moderne
utiliteitsbouw - werd- in afwachting vermoedelijk van een ge
schikte gelegenheid om deze officieel in gebruik te nemen -
reeds een elderado voor de schoolbevolking.Voor de vlotte wijze
waarop Gij, mijne Heren, de nodige gelden voor deze school vo
teerde, mag het schoolbestuur toch wel uiterst dankbaar zijn.
De hall van deze school zie ik als een buitengewoon gunstige
gelegenheid om het zo noodzakelijk contact tussen huis en
school tussen ouders en leerkrachten te leggen en in stand te
houden.
Waarlijk verheugd ben ik om het feit, dat zo langzamerhand
de mogelijkheden geschapen worden om een jongens ULO te stich
ten, waardoor in een heel lang gevoelde behoefte voorzien zal
worden. Ook deze school zal er veel toe bijdragen dat Zundert
als woonoord aantrekkelijker wordt.
De gymnastiekzaalvanwege de zeer uitgebreide schooljeugd
van Zundert, niet geheel in staat deze op te vangen,heeft
eveneens in een dringende behoefte voorzien.Ik verwacht, - nu
aan het onderwijzend personeel een applicatiecursus in licha
melijke oefening gegeven is en dus ook werkelijk dit onderdeel
van het onderwijs verzorgd kan worden - een heilzame invloed
op de lichamelijke ontwikkeling vari de jeugd zal kunnen uit
gaan.De gedachte aan een bevoegde leiding op dit terrein voor
de gehele gemeente laat ik niet los, al is deze op dit moment
dan ook nog niet voor verwezenlijking vatbaar. Met waarlijk
zee-r grote vreugde heb ik tenslotte mogen constateren, dat
zowel de Meisjesscholen en de jongensschool de afgelopen zomer
actief aan het schoolzwemmen hebben deelgenomen.Drie scholen
blijven nu nog om onbegrijpelijke en m.i. niet steekhoudende
redenen achter, temeer waar het gemeentebestuur aan een dier
scholen zelfs groepsvervoer per autobus heeft aangeboden.
Met genoegen denk ik terug aan hetgeen onze schooljeugd
bijdroeg tot de viering van de 5e Mei. De gezamenlijke zang
voor het raadhuis, na zoveel jaren weer eens mogelijk geble
ken, houdt beloften in voor de toekomst. De schoolwedstrijden-
wat is voor de jeugd nog beter dan gezonde rivaliteit? -
waren een succes en vragen om een traditie te worden. Een com
pliment nog voor de winnende school, die ook op toneelgebied
bewezen heeft op eenzame hoogte in deze gemeente te staan.
Binnenkort kan het rapport over de scholingsbehoeften en
-mogelijkheden verwacht worden. Uw bijzondere aandacht vraag
ik nu reeds voor de beroepskeuze-voorlichting.Willen wij de
afvloeiing van arbeidskrachten uit de agrarische sector op
verantwoorde wijze leiden, dan zal er hier een afdeling van
de Interdiocesane Stichting Katholieke Beroepskeuze Voor-
lichting moeten komen. Het ligt voor de hand dat de organi
saties en instellingen, verwant aan he't agrarisch bedrijf,
hieraan hun volle medewerking zullen geven, maar ook de overi
ge standsorganisaties en instellingen, én vooral het onder
wijzend personeel, zullen deze taak toch mede moeten aanvat
ten. Ik vertrouw, dat dan niet tevergeefs een beroep op hen
gedaan zal worden.
KUNST
Gadegeslagen door aen aantal bezoekers als nooit tevoren,
trok dit jaar ons 14e bloemencorso, dat via radio en pers