f. een besluit dd. 25 November 1955,G.no. 30758 tot goed
keuring machtigingsbesluit kasgeldleningen 1956
g. berichten dd. 14 December 1955, G.nrs. 32661 en 32662
houdende instemming met de wijziging van het Algemeen
Ambtenarenreglement en de Arbeidsovereenkomstenveror
dening.
h. van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële
Adviezen van Nederlandse Gemeenten rapporten over de con
trole van
1. het woningbedrijf 3e kwartaal 1955;
2. het sportpark 2e halfjaar 1955
i. van de Nationale Raad voor het onderling Uitvaartwezen
een adres, dd. 29 November 1955 tot afschaffing van het
klassenstelsel op algemene begraafplaatsen
De Voorzitter vraagt wie over deze ingekomen stukken iets
te zeggen heeft.
Omdat niemand hierover het woord verlangt,worden deze
stukken voor kennisgeving aangenomen.
j. een drietal aanbiedingen van de H.V. Waterleiding Maat
schappij Noord—(lest—Brabant tot incidentele uitbreiding
van de drinkwatervoorziening in onrendabele gebieden.
De Voorzitter deelt mede, dat er vanuit diverse hoeken
van de gemeente geregeld aandrang uitgeoefend wordt tot aan
sluiting .In de kernen zijn nu op 29 na alle percelen aange
sloten en van de ruim 1100 aangeslotenen zullen niet velen
de waterleiding willen missen. Binnenkort komen er nu weer
462 percelen bij en de aansluiting hiervan is nog enigszins
rendabel. Bij deze aansluitingen neemt de gemeente nog een
deel der kosten voor haar rekening. Nieuwe aanvragen zijn er
uit de Lent,tfallstein e.d. maar deze aansluitingen zijn zo
duur dat het niet verantwoord is voor de gemeente ook die»
kosten te dragen. Voor de belanghebbende komen de kosten er
snel uit en men heeft er over het algemeen ook wel wat voor
over. Er zijn er echter ook die de kat uit de boom kijken
m.a.w. trachten te parasiteren en weer anderen zijn er hele
maal niet op gesteld.
Als er op een plan tot aansluiting b.v. 10.000,— tekort
komt en men wil dit samen opbrengen,dan is de zaak in orde;
ook nog wel als er b.v.8 van de 10 willen. Het vrijwillig
bijeen brengen is zeer moeilijk gebleken.Toch zijn er maar 2
mogelijkheden:
1belanghebbende brengen de gelden bijeen; als dit niet lukt
blijven de goedwillenden van water verstoken;
2. heffing van een baatbelasting, zodat men verplicht 'kan
worden in de aanlegkosten te betalen.
De eerste mogelijkheid is practisch uitgesloten te achten
en de 2e zou alleen maar dan toegepast moeten worden,waar de
wens tot aansluiting geuit wordt,want de belasting kan soms
hoog zijn.
Spreker noemt dan als voorbeeld het Schijf waar 14 per
celen aansluitbaar worden als gemiddeld per perceel ƒ.11,42
per jaar betaald wordt. Dit geval is reëel en er zal daar
water moeten komen.
In de Lentsebaan zal de belasting b.v. gemiddeld per Der
ceel j. 44,85 bedragen ;ook dit is betrekkelijk gering en
aansluiting achten Burgemeester en Wethouders mogelijk. Zij
staan op het standpunt dat - waar de belasting maximaal
ding Aet'koAn!'"" gemiddelt' tedra«en «aterlei-
Blad 2.
Zie voor aanmer
kingen notulen
vergadering 10
Jan. 1956.
Zie voor aanmer
kingen notulen
vergadering 10
Jan. 1956.
In de Heistraat ligt het weer heel anders,daar kunnen 7 percelen aan
gesloten worden en dan komt de belasting op 123,-gemiddeld per per
ceel en is zwaar. Als 4 of 5 willen ,dan kan er water komen. Burgemeester
en Wethouders - zo besluit de voorzitter - stellen daarom voor hen te
machtigen tot invoering van een baatbelasting voor aanleg waterleiding
daar waar aanleg een maximale jaarlijkse belasting van 60,gemiddeld
per perceel tot gevolg heeft.
De Heer Kunst vindt een belasting van 11 voor water erg. Van de
Lentsebaan wil hij weten hoeveel van de 12 belanghebbenden vóór water
leiding zijn.
Wethouder Verheijen vertelt in het kort de moeizame onderhandelingen
welke - toen het er op aan-kwam of' men bereid was het zijnein de kosten
bij te dragen- toch niet tot een bepaalde beslissing hebben geleid. Hij
eert zijn naamgenoot Jantje Verheijen, die -hoewel over een eigen instal
latie beschikkend- de eerste was die zich bereid verklaarde aan te sluiten.
Spreker kan de voorgestelde baatbelasting slechts toejuichen waardoor de
grootste moeilijkheden overwonnen worden.
De Heer Kunst meent, dat in de Lentsebaan de meeste liever geen water
leiding hebben voor 44,belasting; hij wil de mensen niet overladen
met zegeningen,welke men niet wenst.
Wethouder Verheijen merkt op, dat de onderhandelingen zijn gevoerd op
basis van bijdragen a fonds perdu tot bedragen van ƒ1100,en 2000,—;
in 2e instantie is pas de baatbelasting-idee naar voren gekomen.
De Heer Buijs vraagt of ook de onwilligen verplicht zijn de belasting
te voldoen en informeert of de aansluitkosten voor de mensen soms door
slaggevend zijn.
De Voorzitter zegt dat het voorstel van Burgemeester en Wethouders
juist op die gedachte gegrond is. Zij achten een belasting van ongeveer
40,beslist op te brengen en reëel.
Als ze 123,'wordt,is het wat anders,dan moet men persó water
willen hebben. De onwilligen zullen evengoed moeten betalen als de anderen.
De aansluitkosten bedragen voor de eerste 4 meter 75,en verder
4,per meter hetgeen met 0,10 per meter af te betalen is.
De heer Kunst wil - als er in de Lentsebaan b.v. maar 8 van de 12 water
wensen- geen zegeningen brengen en 4 onwilligen laten betalen. Hij wil dan
later maar eens kijken.
De Voorzitter is gelukkig de Heer Kunst nu over zegeningen te horen
spreken. Hij wijst nadrukkelijk op de verantwoording van de Raad aan wie
de zorg voor de algemene gezondheid is opgedragen.Als de mensen zelf te
kort schieten,dan moet de Raad ingrijpen. Als tengevolge van slecht water
t.b.c. of typhus uitbreekt, komen de kosten daarvan veelal voor rekening
van de gemeenteomdat deze de mensen vrij laat. Waar met een redelijke be
lasting water te brengen is ,is de gemeente verplicht het te brengen.
De heer Matthijssen wijst er op dat het voorstel luidt deze kwestie
in handen van Burgemeester en Wethouders te stellen. Het gevoelen van de
Raad nu kennende, acht hij het juist op de nieuwe basis nog eens rugge
spraak met de mensen te houden.
Dé Voorzitter zegtsiat dit voor de hogere bedragen zeer zeker zal ge
beuren. Men mag zich daarvan niet het meeste voorstellen. Daarom vragen
Burgemeester en Wethouders ook die machtiging; als de raad ieder geval
afzonderlijk wil bekijken, kan hij daarmee accoord gaan.De machtiging gaat
mogelijk iets te ver. Spreker vraagt of de raad accoord gaat met de aan
sluiting van de percelen onder het Schijf met oplegging van baatbelasting.
De Raad kan zich hiermede zonder hoofdelijke stemming verenigen.
Voor de andere punten zoals Heistraat,Lentsebaan,Wallstein,Bloemstraat
enz. zullen Burgemeester en Wethouders deze kwestie nader bezien en in een
volgende vergadering met nader uitgewerkte voorstellen komen,waarbij het
principe van baatbelasting aangehouden wordt.
Zonder hoofdelijke stemming gaat de raad ook hiermede accoord.
N- S. 17192 II