- 9a -
waarvan de uitgaven op de kap van het rijk komen in de vorm van bijdra
gen, want deze kunnen worden verhoogd. Mogelijk - zo besluit spreker -
gaat dit iets te ver - want het rijk verhoogt de bijdragen niet als de
gemeente rijk in de middelen zit. Hier zal het rijk echter wel de bij
dragen verhogen.
De heer Kunët zegt dat bij het lager ondereijs dit ook het geval is.
De voorzitter inerkt op, dat de besturen een waarborgsom moeten storten
van 2Qffc\ voor het lager onderwijs bedraagt die 15?^» De regeling voor het
kleuteronderwijs is nog gunstiger want het rijk bekostigt alles.
De heer de Bie constateert, dat de scholen dus ook een garantie moeten
geven.
De voorzitter bevestigt dit onder toevoeging dat die na 30 jaar ver
valt.
De heer van Bedaf zal graag horen of de besturen mogen aanbesteden zo
als ze willen of gaat de gemeente er zich nu mee bemoeien?
De voorzitter zegt dat daarover het bestuur beslist.
De heer -van Bedaf vraagt dit omdat de Zundertse aannemers niet altijd
in de gelegenhèid zijn om in te schrijven.
De voorzitter merkt op, dat er niet alleen in Zundert aannemers zijn.
De heer van Bedaf zegt, dat hier vaak onderhands aanbesteed wordt.
De voorzitter meent dat wel openbaar aanbesteed zal worden; maar de
raad zal toch wel genoegen moeten nemen als dit eens niet zou zijn.Keem
b.v. Wernhout, waar ondershands aanbesteed werd. De raad kan dan wel
zeggen, dat hij daar niet mee accoord gaat, maar spreker kan zich toch
ook wel het standpunt van het schoolbestuur indenken als een bepaalde
aannemer al meer bouwde.
De heer Buijs ziet, dat Klein—Zundertwelk kerkbestuur vroeger niet
voldoende aandacht had voor deze zaak, er - nu het rijk komt - meteen
bij is, tereijl er vroeger nooit genoeg kinderen waren.
De voorzitter merkt op, dat de school 30 kinderen moet hebben; er is
al lang aan gewerkt om zulke scholen te krijgen, maar de medewerking is
er niet altijd geweest voor de wet er was. De zusters zouden echter
toch gebouwd hebben.
De pastoor van Klein—zundert heeft moeite gedaan om geld te krijgen;
de wil was er en dat moet men toch niet onderschatten. Vroeger had men
een onderwijzeres voor f.600,maar nu niet meer, want deze geniet te
genwoordig een behoorlijk salaris. Maar, zo besluit spreker, het was
moeilijk uit eigen middelen een school te bouwen. Sommige wilden wel,
anderen niet en dan kreeg de Burgemeester de schuld dat er geen school
kwam.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel aangenomen.
.akV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot toekenning van toe
slag op de premie- en bijdrage-regeling woningbouw 1953 in verband
met krot-opruiming.
Toeslag pre-
mie krot-ou-
De voorzitter zegt, dat een aanvraag is ingekomen van van den Öuwelant,
die een nieuwe woning wil bouwen. Vanwege het ministerie is deze wonip
reeds als krot "erkend", en de gemeente kan er nu aan meewerken om dat
krot op te ruimen door 15f° van de rijkspremie beschikbaar te stellen
hetgeen ook het rijk zal doen. Dit zal de gemeente ongeveer f.700,
kosten.
De heer de Bie vraagt of dit de enige woning is welke als krot aange
merkt kan worden.
De voorzitter ontkent dit; het is echter wel de enige waarvoor op dit
moment toeslag gevraagd wordt. Het aantal krotten is beslist groter,
maar niet iedereen komt met een verzoek.
De heer de Meijer vraagt of men als men dit subsidie gehad heeft, de
oude woning moet afbreken.
ruiming v.d.
Ouwelant.
Blad 10.
De voorzitter zegt, dat dit inderdaad moet het zou anders al te dwaas zijn,
want dan zou men weer kunnen komen.
De heer de Meijer vraagt of dit toch wel bijgehouden wordt.
De voorzitter merkt op, dat het fout zou zijn als het niet gebeurde.De oude
woning moet weg als de nieuwe klaar is.
De heer Kunst vindt de wet een eigenaardig iets. De woning van van den Ouwe
lant is een krot; een voorwaarde is, dat men het zelf moet bewonen.Als iemand
nu twee wpningen heeft krijgt hij dan toch nog die 30 ?t?
De voorzitter vindt dit niet eigenaardig maar de raad kan de premie weigeren.
De heer Kunst meent, dat de raad daartoe niet het recht heeft.
De voorzitter zegt, dat het toch 700,— a 800,— kost en de raad kan be
sluiten dit niet te geven. Dit is ter beoordeling van de raad en als die be
sluit geen premie te geven dan zal men misschien niet bouwen en toch wordt
aan de wet voldaan.
De heer van Bedaf meent, dat men toch wel wil bouwen; soms - zo merkt hij op
zitten onder een huis stijve balken.
De heer Buijs merkt op, dat de heer Kunst en hij ambtenaren zijn; hij heeft
altijd gehoord dat die te weinig verdienden maar nu krijgt hij de indruk dat
dit voor van den Ouwelant niet geldt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt uiteindelijk het voorstel aangenomen.
Niets meer te behandelen zijnde, sluit de voorzitter de vergadering met het
volgende gebed:
"God, wij danken U voor dezen arbeid en bidden U, dat Gij hem wilt doen ge
dijen en strekken tot heil der gemeente welker belangen aan onze zorgen zijn
toevertrouwd.
Moge er vrede en welvaart heersschen.Amen"
DE RAAD VOORNOEMD
DE VOORZITTER,
Il/Lo.
