0'T - 4a - XI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het beschikbaarstellen van een crediet van f.8.600,voor de aanleg van twee tennisba nen bij het sportpark. XII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het beschikbaarstellen van een crediet van f.13.400,— voor de aanleg van een wjaLerbaan bij het sportpark. De voorzitter licht toe, dat het wenselijk is ter voltooiing van het gemeentelijk sportpark twee tennisbanen en een wielerbaan aan te leggen Voor de aanleg van de tennisbanen zijn inlich tingen ingewonnen. De twee banen zullen voor f.8.600,aangelegd en het nodige toebehoren voorzien kunnen worden. Aan rente en aflossing zal f.775,-en aan onderhoud f.325,—- of in totaal f.1.100,uitgegeven moeten worden. Burgemeester en Wethouders hebben niet de illu sie, dat de banen terstond op alle dagen ver huurd zullen zijn. Dit zal nog moeten groeien. De kosten van aanleg van de wielerbaan worden door de dienst gemeente-werken geraamd op f.13.400,Aan rente en afschrijving zal daar voor een bedrag van f.1.165,nodig zijn. Voor het gebruik van de wielerbaan zal naast de vermakelijkhedenbelasting 10$ van de opbreigst der entreegelden moeten worden betaald. De Heer de Bie betwijfelt of de baten de kosten zullen goed maken. Hij vindt dit niet het erg ste. Ernstiger acht hij het gevaar voor het on der water lopen van het sportpark. Hij vraagt daarom de beslissing over deze punten aan te houden, totdat gebleken is, dat het sportpark na de verbetering van de beisk - waaraan men thans bezig is - niet meer zal onderlopen. De voorzitter antwoordt, dat het sportpark nooit is ondergelopen, wel heeft men er nu en dan last van het kwelwater. Er is dan ook nog nooit een wedstrijd afgelast omdat het veld on der water stondip wel een enkele keer wegens dras sigheid. Nu de verbetering van de beek onder handen is, mag men toch wel verwachten, dat de last van het kwelwater zal verdwijnen. Bovendien liggen de tennisbanen hoger dan de voetbalvelden De Heer Buijs, die als voorzitter van de sport park commissie ter plaatse goed bekend is, be vestigt dit. De Heer de Meijer wijst er dan op, dat de grond daar zo drassig is en de drainering zo diep ligt, dat het water bij een en^zins hoge waterstand van onder uit het terrein opdringt. Ook hij zou daarom hierover het resultaat van de verbetering van de beek afwachten. De voorzitter geeft toe, dat het sportpark pas definitief goed zal zijn als de gehele loop van de beek verbeterd zal zijn. Beschikbaarstellen crediet f.8,600.' aanleg twee tennis banen sportpark Beschikbaarstellen crediet f.13.400.— aanleg wielerbaan sportpark. Blad 5. Ook de Heer de Bie gaat nog nader in op de oorzaken van de waterlast en zegt ten slotte weinig reden te hebben om tegen te stemmen, als de voorzitter er van overtuigt is, dat er in de toekomst geen gevaar voor water meer bestaat. De voorzitter antwoordt, dat de tennisbanen, die ho ger liggen, nooit onder water zullen komen en dat de wielerbaan slechts in een hoek last van het kwelwater zal hebben. Overigens behoeft er geen vrees voor wa ter te bestaan. De Heer de Meijer wijst er dan op, dat de weilanden in die omgeving alle afwateren op de Kleine Beek. Het sportpark zal dat dus ook moeten doen. Met de verbete ring van de Aa of Weerijs is men er dus nog niet,waar op de Heer Buijs zegt, dat als de Aa gekanaliseerd is,, ook de kleine beek lager zal komen te staan. De voorzitter belooft deze kwestie nog eens met de Nederlandse Heide Maatschappij te bespreken, waarop de Heer de Bie nogmaals vraagt de beslissing uit te stellen tot de besprekingen met de deskundigenhebben plaats gehad. De Heer Verheijen verklaart, dat hij zeer teleurge- steld is door de gang van zaken bij het sportpark. Dat er thans nog een discussie gehouden wordt of het al dan niet droog is, vindt hij wel zeer vreemd na de verzekeringen, die de deskundigen, destijds gegeven hebben. Ook hij verwacht, dat de tarieven niet vol doende zullen zijn om de kosten goed te maken. Om de zekerheid te hebben, dat het sportpark voortaan watervrij is, zou ook hij de beslissing willen aanhou den, opdat de ondervinding dit kan leren. De voorzitter maakt dan een einde aan de besprekin gen, hij betreurt het, dat ook de raadsleden zich la ten beïnvloeden door de volksmond, die als, voor het sportpark er was, daar geen goed woord voor over had. Burgemeester en Wethouders hebben steeds gemeend - en doen dit nog - dat zij de sport moeten bevorderen en aldus de gemeente ook op dit terrein omhoog moeten werken. Hij vraagt ten slotte wie van de heren stem ming wenst over de beide voorstellen. De heer de Bie, die zich op het ogenblik tegen de voorstellen verklaart, vraagt nogmaals of het niet beter is de beslissing uit te stellen om burgemeester en wethouders in de gelegenheid te stellen de tegen standers te overtuigen. De heer Buijs wijst er dan op, dat de wielerclub reeds lang naar een wielerbaan streeft. Daar hij er h±k± zeker van is, dat burgemeester en wethouders zich voldoende door de technische dienst en andere deskundigen hebben laten voorlichten, vindt hij het niet nodig nu deze kwestie nog eens uit te stellen. De voorzitter wijst er dan op, dat men het sportpark toch moet voltooien nu men eenmaal tot de aanleg heeft besloten en brengt dan beide voorstellen in stemming. Met 7 stemmen tegen 6 worden de voorstellen aangeno men. T^gen stemden de heren Yerheijen, de Meijer, Da- men, de Bie, Goetstouwers en Mathijssen.

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1953 | | pagina 25