'0
f
voor {jljfco. en Ü.I7C
Onder dagtekening van 2 Januari 1952 is een
verzoek binnengekomen van het Bestuur van de
S.IC* Meisjesschool voor Voortgezet Gewoon la
ger Onderwijs, Molenstraat 17, alhier. Bat
Bestuur meent, daarin, op grond van artikel
lOlbis der lager Onderwijswet 1920 voor 1950
aanspraak te^kunnen maken op de vergoeding
van de beloning van de vakonderwijzeres in
de_vrouwelijke handwerken (vak U).
Hierover hebben wij bij brief van 8 Januari
1952, no; 1962, advies gevraagd aan de In
spected? van het lager Onderwijs te" Breda.
Deze berichtte ons bij schrijven van 18 Ja
nuari 1952, Do: 1952/57, dat het noodzakelijk
is, dat aan de V. G.L.O. afdeling van de Meis
jesschool onderwijs wordt gegeven in vak U.
De Iager-Qnderwij swet 1920 schrijft zelfs
voor, dat op een dergelijke school les in
dat vak moet worden gegeven. Van de gewone
onderwijzeressen, die aan de Meisjesschool
verbonden zijn, is geen enkele in het bezit
vande akte U. Bovendien is het, volgens het
oordeel van de Inspecteur, practisch onmoge
lijk gewone onderwijzeressen aan te stellen,
die naast de lagere akte ook de bevoegdheid
voor vrouwelijke handwerken bezitten."immers,
deze bevoegdheid bestaat nog slechts kort en
wordt meestal alleen behaald door vakonderwij
zeressen invak K (nuttige handwerken).'
De Inspectie adviseert dan ook het verzoek
va3? .£le"t schoolbestuur in te willigen.
Wij stemmen met het advies van de Inspecteui
in.
De, overeenkomstig artikel lOlbis der lager-
Onderwijswet 1920, berekende beloning bedroes
over 1950, volgens overgelegde bescheiden,
f.133,38. Wij zijn van mening, dat deze kos-
uen niet zonder noodzaak zijn gemaakt en
hoger zijn dan noodzakelijk is.
Bij stellen;daarom voor aan het Bestuur
van de R.H. Meisjesschool de aan de vakonder
wijzeres uitbetaalde beloning te vergoeden.
Het ontwerp-raadsbesluit gaat ter vaststel
ling hierbij,
VIII. Voorstel van Burgemeester en Wethou
ders tot het beschikbaarstellen van
een vergoeding voor de kosten van het
onderwijs in^de lichamelijke oefening
aan de R.JI. Meisjesscholen voor voort
gezet- en uitgebreid lager onderwijs.
De voorzitter leest het voorstel, dat luidt
als volgt;
Onder dagtekening van 31 Januari 1952 is
een verzoek binnengekomen van het Bestuur
vande R.K. Meisjesschool, Molenstraat 17,
alhier. Hierin verzoekt het Bestuur voor dit
jaar een voorschot te mogen ontvangen op de
vergoeding der beloning van de vakonderwijze
res inlichamelijke oefeningen. Deze onderwij
zeres m lichamelijke oefeningen is verbonden
Beschikbaarstellen
vergo eding 'voor kos-
ten onderwies in lie
chamelijke oefening
2.1. Meisjesscholen
voor V.G.Ii. 0.+ ïï.D. 0.
Blad 8.
Verlenen van mede
werking - ingevolge
art. 84 der L.O.wet
1920 - voor aanscÉaf
fen en omvormen van
meubilair 't'.b.v. de
R. IC. M.eisj esscholen
N.S. 17192
aan de U. 1.0. en V.G.L.O.-afdeling van de Meisjes
school,
De door het bestuur becijferde beloning zal in
1952 voor het U.L.O. f.361,08 en voor het V,G.L.O.
f.434,86, in totaal dus f.795,94 bedragen.
Wij zijn van mening, dat deze kosten niet'zonder
noodzaak gemaakt word®, en ook niet hoger zullen
zijn dan noodzakelijk zal zijn.
Wij stellen U daarom voor aan het Bestuur het ge
vraagde voorschot van f.795,94 te verlenen.
Het ontwerp-raadsbesluit gaat ter vaststelling r
hierbij
Zonder hoofdelijke stemming wordt daartoe beslo
ten,
IX. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het
verlenen van medewerking - ingevolge art. 84
der Iager-0n derwij swet 1920 - voor het aanschaf
fen en omvormen van meubilair ten behoeve van
de R.H. Meisjesscholen voor gewoon lager- en
voor uitgebreid lager onderwijs. 1
De voorzitter leest het voorstel, dat luidt als
"volgt,; -
Onder dagtekening van 13 December 1951 ontvingen
wij een verzoek van het Bestuur van de R.K, Meisjes
school, Molenstraat 17, alhier» Hierin wordt krach
tens artikel 84 van de lager Onderwijswet 1920 me
dewerking gevraagd tot het aanschaffen en omvormen
van schoolmeubilair ten behoeve van het gewoon la
ger en het uitgebreid lager onderwijs.
Hierover hebben wij bij brief van 4 Januari 1952
advies gevraagd aan de Inspecteur van het lager On
derwijs te Breda.
Deze berichtte ons bij schrijven van 16 Januari
1952, No; 1952/36, dat het omvormen van het bedoel
de meubilair hem zeer noodzakelijk voorkomt. Dit
meubilair verkeert in een zeer slechte toestand en
voldoet in geen enkel opzicht aan de hygiënische
eisen,, welke heden ten dage daaraan gesteld dienen 1
te worden. Denieuwe banken en schoolborden zijn
•noodzakelijk in verband met de verbouwing en uit
breiding. van de school.
Hij acht het inwilligen van het verzoek dan ook
volkomen verantwoord en adviseert daarom het ver
zoek in te willigen.
Jij stemmen met dit advies van dê Inspecteur in.
Yolgens opgave van het Bestuur kost het omvormen
en aanschaffen van schoolmeubilair voor het gewoon
lager onderwijs f.8.697,05 en voor het uitgebreid 3
lageronderwijs f.499,33» Deze bedragen mogen ech
ter niet uitgekeerd worden. Het Bestuur ontvangst
daarvoor,overeenkomstig artikel 84 der lager Onder
wijswet 1920, een rente-vergoeding. Yorig jaar be- T
droeg die rente-vergoeding 3,623%, De rente-vergoe--
ding voor dit jaar zal niet veel afwijken van die
van het vorig jaar.
Wanneer'de schoolgebouwen en het daarin aanwezige
schoolmeubilair in verband met de verbouwing en
uitbreiding binnenkort herschat zullen worden, zul
len daarin ook de kosten van het omvormen en aan
schaffen van het meubilair begrepen worden.