- verg. JO - 6 - 1950 -
7 ac ant i e t oe sl ag
no: 34-917, waarbij goedkeuring wordt verleend aan het
raadsbesluit van 8 Mei 1950 tot het garanderen van de
geldlening, die door de "Instelling ter Behartiging van
de belangen van Zwakzinnigen in Breda en omgeving" zal
worden aangegaan met de N.7. Bank voor Nederlandse Ge
meenten
5» Besluiten van Gedeputeerde Staten van 17 Mei 1950, G-.
Nrs32177, 35030, 35029, 3504-9, 35050, waarbij goedkeu
ring wordt verleend aan:
a. het raadsbesluit van 24- Maart 1950 tot aankoop van
- grond ten behoeve van de verbetering van de Kreng-
- - straat
- b. het raadsbesluit van 24--Maart 1950-tot aankoop van
grond van G.P. Wouters;
c. het raadsbesluit van-24- Maart 1950 tot aankoop van
grond van J. van Genk; -
d. het raadsbesluit van 28 November 194-9, tot het verle
nen van een voorschot overeenkomstig de "Hypotheekre
geling Woningbouw Gemeente Zundert" aan J.C. van Bil—
sacker;
e. het raadsbesluit van 28 November 194-9, tot het verle
nen van een voorschot overeenkomstig de "Hypotheekre
geling Woningbouw Gemeente Zundert" aan M.J. Spren
kel s
6. een brief van de abt van de Gistereié'nser-Abdijwaarin
dank wordt gebracht voor het geschenk, dat werd aangebo
den ter gelegenheid van het dubbele gouden jubileum.
Op voorstel van Burgemeester en Wethouders worden deze
stukken voor kennisgeving aangenomen.
III. Yoorstel van Burgemeester en Wethouders tot het ver
lenen van een gratificatie aan het gemeente-perso
neel (vacantietoeslag 1950).
De voorzitter deelt mede, dat van de Minister van Binnen
landse Zaken bericht is ontvangen, dat aan een deel van het
burgerlijk rijkspersoneel evenals in 194-9 ook dit jaar een
gratificatie zal worden verleend van 2% van het jaarsalaris
met een maximum van f.50.De Minister heeft verzocht eer
sasrzelfde regeling voor het gemeente-personeel te treffen.
Daarom stellen Burgemeester en Wethouders de raad voor het
Koninklijk Besluit van 10 Juni 1950, houdende toekenning
van een gratificatie aan burgerlijk rijkspersoneel over
1950 van overeenkomstige toepassing te verklaren voor het
personeel in dienst der gemeente Zundert.
De heer de Bie verklaart, deze toelage liever in de alge
mene salarisverordening opgenomen te zien. Overigens is hij
voor het voorstel.
Ook de Heer Kunst is van dezelfde mening. Hij beschouwt
een gratificatie als een bewijs van dank ter gelegenheid
van een bijzondere gebeurtenis. Daarvan kan nu niet gespro
ken worden. Ook hij heeft tegen het voorstel geen bezwaar.
De voorzitter verklaart deze zaak anders te bezien. Als
deze toelage in het salaris wordt opgenomen dan zal zij in
de loop der maanden opgesoupeerd worden en zal er voor een
vacantie niets overblijven. Daarom vindt hij een afzonder
lijke uitkering het meest aan te bevelen, want sparen of
overleggen zal bij de meesten niets komen.
De heer de Bie meent, dat de rijksoverheid wel eens een
ander standpunt heeft ingenomen. Bij het consumenten-cre-
diet werd immers aan veel personen eerst een belangrijk
- verg. 30 - 6 - 1950 -
erediet verleend, dat later op alle mogelijke manieren moest
worden terugbetaald. Men riep daar zelfs de medewerking van
de werkgevers voor in.
De heer Kunst is het met de laatste .woorden van de voorzit
ter niet eens, daaruit meent hij te moeten afleiden, dat er
helemaal niet meer gespaard zou worden en dat kan hij niet
aannemen.
De voorzitter meent, dat de heer Damen daan wel iets meer
over zou kunnen mededelen.
De keer Damen dan verklaart, dat er op het ogenblik in ar-
beidskringen zeer weinig gespaard wordt, omdat het eenvou
dig niet mogelijk is bij de tegenwerordige duurte iets over
te houden.
In de particuliere bedrijven wordt ook een gratificatie
verleend van 2waarvan de helft in de vacantie en de rest
met Kerstmis wordt uitgekeerd.
De voorzitter zegt, dat het bij de overheidsdiensten ge
bruikelijk is de gatificatie met de vacantie uit te betalen.
Hierna vraagt hij of een der leden stemming verlangd. Als
dit niet het geval blijkt, verklaart hij dat overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders is besloten.
Vaststellen
yan een tijde
lijke regeling
inzake ziekte
kosten verze
kering van het
geme ent e -p er-
soneel.
17. Yoorstel van Burgemeester en Wethouders tot het vast
stellen van een tijdelijke regeling inzake ziektekos
ten verzekering van het gemeente-personeel.
De voorzitter spreekt als volgt:
Op voorstel van„een commissie, gevormd uit de burgemeesters
en secretarissen van een aantal gemeenten uit de Baronie van
Breda, werd op 1 Juni j.l. een stichting in het leven geroe
pen, ten doel hebbende de verzorging van het overheidsperso
neel en van zijn gezinnen tegen de geldelijke gevolgen van
ziekten. Het betreft hier niet de aanspraken in geval van
ziekte met betrekking tot doorbetaling van salaris of loon.
Hierin is, zoals U bekend is, voorzien in de respectievelijke
rechtspositieregelingen, waarbij de desbetreffende bepalin
gen voor de burgerlijke rijksambtenaren van overeenkomstige
toepassing zijn verklaard. Weliswaar bevat een dezer^ bepa
lingen (art. 4-7 rijksambtenarenreglement) de mogelijkheid^
van een kostenvergoeding bij verpleging van de ambtenaar in
een sanatorium en bij uitzending ook bij verpleging voor an
dere ziekten dan tuberculose, doch deze tegemoetkoming geldt
niet voor de verpleging van gezinsleden en is bovendien af
hankelijk van de beoordeling van elk voorkomend geval (par
ticuliere omstandigheden, steun van particuliere zijde enz.)
Dit artikel schept dus geen recht op een tegemoetkoming zon
der meer.
Het zal U duidelijk zijn, dat het gemeente-personeel^genood-
zaakt is, zich tegen de kosten van ziekte en ongeval in zijn
gezinnen te verzekeren. Door de stijging van de kosten van
levensonderhoud en de veel geringere stijging van wedden en
lonen worden zulke verzekeringsovereenkomsten dikwijls in
onvoldoende mate of in het geheel niet gesloten.
Reeds jaren is dan ook bij de regering een nieuwe regeling
van het ziekenfondswezen in studie, waarbij de kwestie van
de verzekering van de ambtenaren een van de moeilijkste pro
blemen uitmaakt. In de ambtelijke kringen verzet men zich
sterk tegen opneming in de bestaande algemene ziekenfondsen,
waarnaar de ziekenfondsraad streeft.
Een definitieve oplossing kan nog lang uitblijven en de ge
zinnen kunnen niet meer wachten. De praktijk heeft bewezen,