hi
- verg. 24 - 3 - 1950 -
1950» G. Nr: 25613 van Gedeputeerde Staten een brief is
ontvangen, waarin namens de Minister van Binnenlandse Za
ken wordt verzocht in de verordening op de heffing van een
belasting op honden^aan te brengen. _Z j&vUf*
In verband daarmede stellen burgemeester en wethouders
voor in die verordening de gevraagde wijzigingen aan te
brengen door vaststelling van het volgende besluit:
De Raad der gemeente Z U N D E R T
besluit
vast te stellen: Verordening tot wijziging van de verorde
ning op de heffing ener belasting op hon
den in de gemeente ZUNDERT
Artikel 1.
Artikel 14, lid 1wordt gelezen als volgt:
1. Indien blijkt, dat een aanslag ten onrechte is achterwe
ge gebleven of vernietigd, of dat een te lage aanslag
is opgelegd, wordt de te weinig geheven belasting van
de belastingschuldige of zijne erfgenamen nagevorderd,
zolang niet sedert.de aanvang van het belastingjaar
drie jaren zijn verstreken.
2. Het na te vorderen bedrag wordt met het enkelvoud daar
van verhoogd,indien niet, niet volledig, of op een on
juiste wijze is voldaan aan een der verplichtingen,voor
geschreven bij de artikelen 9 tot en met 11 dezer veror
dening, tenzij op grond van dwaling, verschoonbaar ver
zuim of niet aan belastingplichtige te wijten oorzaken,
redenen aanwezig zijn om deze verhoging niet toe te pas
sen.
Artikel 2»
Artikel 20 wordt gelezen als volgt:
Aan de belastingschuldige, die tengevolge van langdurige
werkloosheid of ziekte of van andere buitengewone omstan
digheden, niet in staat is, anders dan met buitengewoon be
zwaar de verschuldigde belasting te betalen, kan door de
Raad gehele of gedeeltelijke afschrijving van de aanslag
v/orden verleend.
Artikel 3»
Deze verordening wordt geacht in werking te zijn getre
den op 1 Januari 1950."
Daar geen der leden stemming verlangd, is aldus beslo
ten.
Wijziging van
ïegesverordening
ï.v.m. invoering
bewijzen van .Ne
derlanderschap.
XVII. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijzi
ging van de legesverordening in verband met de in
voering van de bewijzen van Nederlanderschap.
De voorzitter deelt mede, dat de toegang tot België en
Luxemburg met ingang van 1 April 1950 ook zal zijn toege
staan op vertoon van een bewijs van Nederlanderschap.
Voor het afgeven van deze bewijzen mag volgens een brief
van de Minister van Binnenlandse Zaken van 22 Februari 195<
No: 33892, Afdeling B.B. Bureau Bestuurszaken ten hoogste
een bedrag van f.3.aan leges worden gevorderd.
In overeenstemming met het tarief van de omliggende ge
meenten stellen Burgemeester en Wethouders voor dit bedrag
voor de gemeente Zundert te bepalen op f.2,50, en de daar
toe nodige wijziging in de legesverordening aan te brengen,
Zonder hoofdelijke stemming wordt daartoe besloten.
verg. 24 - 3 - 1950
Wijziging ver- XVIII. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijzi-
nr»d(=>ning hrm-~ ging van de verordening houdende bescherming van
dende bescher- waterleidingen in de gemeente Zundert.
ming van wa
terleidingen. De voorzitter licht toe, dat in artikel 1, lid 2 van de
verordening, houdende bescherming van waterleidingen in de
gemeente Zundert, de bepaling is opgenomen, dat de afslui
tingen van de gronden, gelegen langs de waterleidingen en
voorkomende op de leggers van waterleidingen der gemeente
Zundert, moeten geplaatst zijn op een afstand van minstens
0,30 M uit de bovenkant der waterleidingen;
dat echter gebleken is, dat deze afstand te kort is, daar
het vee de kanten der waterleidingen nog intrapt, waardoor
de waterleidingen verstopt raken;
dat ook artikel 2, sub k, van de Keur van het Waterschap
"de Aa of Weerijs" de bepaling inhoudt, dat bovengenoemde
afstand 0,60 M moet bedragen.
Daarom stellen burgemeester en wethouders voor de volgende
wijziging aan te brengen in de verordening houdende bescher
ming van waterleidingen in de gemeente Zundert vastgesteld
bij de Raad der gemeente Zundert van 9 Juli 1926.
"In artikel 1 lid 2, wordt"0,30 M'Vervangen door"0,60 M.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
Verlenen van XIX. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
een lening van het raadsbesluit van 28 November 1949 tot het ver
onder verband lenen van een lening onder verband van tweede hypo-
van 2e hypo- theek aan J.C. van Veltom.
theek aan J.C»
van Veltom. De voorzitter deelt mede, dat is ingekomen een brief van de
Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting van 24 Februari
1950, No23517/I3.B.7452, afdeling FinanciëleZaken, Bureau
Volkshuisvesting, waaruit blijkt dat die Minister geen ter
men aanwezig acht een voorschot als bedoeld in artikel 18
van de Financieringsregeling Woningbouw 1948 te verlenen om
de gemeente in staat te stellen aan J.C. van Velt om een le
ning onder verband van tweede hypotheek te verstrekken voor
de bouw van een woning op de Wernhoutse Heide in de gemeente
Zundert op een terrein kadastraal bekend sectie B. no:1376.
Daarom stellen burgemeester en wethouders voor het raadsbe
sluit van 28 November 1949, goedgekeurd door Gedeputeerde
Staten van Noord-Brabant bij hun besluit van 14 December 1949
G. Nr: 24747, als volgt te wijzigen:
Het bepaalde onder 3 wordt gelezen:
3. aan de Minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting te
verzoeken tot deelneming van het rijk in een eventueel
verlies uit de verstrekking van deze lening ontstaand,
zulks overeenkomstig artikel 27 der Financieringsregeling
Woningbouw 1948.
Zonder hoofdelijk® stemming wordt daartoe besloten.
XX. Voorstel van burgemeester en wethouders tot wijziging
van de bouwverordening ten aanzien van de verdiepings
hoogte.
De voorzitter leest het voorstel van burgemeester en wet
houders, dat luidt als volgt:
Artikel 31, lid 2 van de Verordening^ op het bouwen en de
bewoning dezer gemeente houdt de bepaling in, dat de vrije
hoogte voor het vertrek, bedoeld in artikel 29, lid 2 onder
b, over de vereiste minimum vloeroppervlakte, ten minste
Wij ziging
tTóUWèPöhde-
ÏÏing r.a.v.
de veraie-
pingshoogue