m
Beslissing
gediende"
>ezwaar
schriften tegen""
aanslagen inde
hondenoeiast ing
verg, 28 - 11 - 194-9 -
op in XIV, Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot beslis
sing op ingediende bezwaarschriften tegen aanslagen
in de hondenbelasting.
Ingekomen zijn bezwaarschriften van de volgende personen:
Wed, H, Antonissen, B,8, die in de eerste helft van het
jaar een van haar twee honden heeft opgeruimd. Burgemees
ter en 'Wethouders stellen voor haar voor een half jaar voo:
één hond ontheffing te verleden en haar daarom f.5*te
restitueren.
P.J. Havermans, A.185, wiens hond in het eerste halfjaar
gestorven is. Burgemeester en Wethouders adviseren hem
f.5*te restitueren.
C. Domen, C.35, wiens hond is opgeruimd. Burgemeester en
■Wethouders adviseren hem voor een halfjaar ontheffing te
verlenen, omdat de hond in het eerste halfjaar is afge
maakt
A. van Bedaff, A.4-46, die vermindering vraagt omdat hij
geen luxe- maar een bedrijfshond houdt. Burgemeester en
Wethouders stellen voor dit verzoek af te wijzen, omdat be
langhebbende 'geen zelfstandig bedrijf in stand houdt.
Zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig de voor
stellen van Burgemeester en Wethouders besloten.
Verlening van
voorschotten on
der verband varT"
eerste hypotheek
ingevolge de '*ïïy
meent e Zundert
XV. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het ver
lenen van voorschotten onder verband van eerste hy
potheek ingevolge de "Hypotheekregeling Woningbouw
gekeente Zundert
De voorzitter deelt mede, dat verzoeken om een voorschot
onder verband van eerste hypotheek ingevolge de "Hypotheek
regeling woningbouw" zijn ingekomen van M.J, Sprenkels,
C.24-0 tot een bedrag van f.8.500. ;van J.G. van Elsac-
ker, C.224-, tot een bedrag van f.5*000. Zij bouwen ge<
_zamenlijk een dubbel woonhuis aan de Achtmaal se weg.
i Burgemeester en Wethouders stellen de Haad voor aan be
doelde personen de gevraagde voorschotten overeenkomstig
de "Hypotheekregeling Woningbouw Gemeente Zundert" te ver
lenen, de rentevoet te bepalen op 3i%» de looptijd van het
voorschot op 30 jaren en de -stichtingskosten, de rendabele
en de onrendabele bouwkosten te bepalen op de bedragen,die
daarvoor door de Minister van Wederopbouw en Volkshuisves
ting zullen worden vastgesteld.
De heer Verheijen vraagt of dergelijke besluiten niet in
een geheime vergadering genomen kunnen worden.
De voorzitter antwoordt, dat de wet dit niet toelaat.
Wel gan daarover in een besloten vergadering beraadslaagd
worden.
Hierna wordt overeenkomstig het voorstel van Burgemeester
en Wethouders zonder hoofdelijke stemming besloten.
Verstrekking
van geldlening
onder verband
van 2e hypo
theek ingev. de
""Financieringsné
gei mg Woning-
bouw 1948".
XVI. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot ver
strekking van een geldlening onder verband van 2e
hypotheek ingevolge de "Financieringsregeling Wo
ningbouw 1948."
De voorzitter deelt mede, dat J.G. van Veltom, C.17 een
verzoek heeft ingediend voor het verkrijgen van een geld
lening onder verband van 2e hypotheek ingevolge de "Finan
cieringsregeling Woningbouw 1948."
Daar QJfo der stichtingskosten, zoals deze door de Minis
ter van Wederopbouw en Volkshuisvesting zijn vastgesteld
f.11.503,05 bedraagt en van andere zijde reeds f.10.000.—
- verg. 28 - 11 - 1949 -
Vaststelling
van het bedrag
per leerling
voor 19"5Ö
voor her bijzon
onder verband van eerste hypotheek is geleend, kan ingevolge
genoemde regeling slechts f.1.503»05 verstrekt kan worden.
Daarom stellen Burgemeester en Wethouders voor tot dat bedrag
een geldlening onder verband van 2e hypotheek te verstrekken
overeenkomstig de bepalingen van de Financieringsregeling Wo
ningbouw 1948.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hiertoe besloten.
XVII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststel
ling van het bedrag per leerling voor 1950 voor het
bijzonder gewoon, voortgezet gewoon en uitgebreid la
ger onderwijs.
dei?
ewoon,
voordgezet ge-
derwi'js<
De voorzitter deelt mede, dat ingevolge de Iager-Qnderwijs-
wet 1920, voor het bedrag van de vergoeding bedoeld in arti-
woon en uitge- kei 101 van die wet jaarlijks moet worden vastgesteld. Daar-
breid lager on bij geldt gewoonlijk als maatstaf het bedrag, dat voor het
openbaar onderwijs nodig is.
Omdat voor de openbare school voor gewoon- en voortgezet
lager onderwijs een verzoek om toepassing van artikel 55 qua-
ter wordt voorgesteld, blijven de kosten van de openbare
school buiten beschouwing. Bij gebrek aan openbaar- uitge
breid lager onderwijs, kan die maatstaf ook daarvoor niet ge
bruikt worden.
Daarom zijn de bedragen voor 1950 berekend naar de normen,
die door de Inspecteur van het lager Onderwijs te Breda^zijn
aanbevolen en stellen Burgemeester en Wethouders voor die
vast te stellen als volgt:
a. voor gewoon lager onderwijs op f.18,70 welk bedrag, in
dien de kosten van instandhouding, met uitzondering van
de geringe en dagelijkse reparaties, bedoeld in artikel
1619 van het Burgerlijk Wetboek, van de in bruikleen ge
geven gebouwen buiten aanmerking blijven, wordt bepaald
op f.17,44;
b. voor het voortgezet lager onderwijs op f.27» 58 en
c. voor het uitgebreid lager onderwijs op f.31»88.
Als geen der leden hiertegen bezwaar heeft wordt overeen
komstig het voorstel van Burgemeester en Wethouders besloten.
Verzoek om
toepassing van
art. 55 quater
der I.0. wet
1920 t.a.v. de
openbare lage
re school voor
XVIII. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het ver
zoeken om toepassing van art. 55 quater der L.0. wet
1920 t.a.v. de openbare lagere school voor 1950*
De voorzitter licht toe, dat het aantal leerlingen over
1949 gemiddeld 8 2/3 heeft bedragen
dat tengevolge van dit gering aantal leerlingen de kosten
per leerling zodanig hoog zijn, dat op deze grond zeer zeker
de "bijzondere omstandigheden" als in het le lid van artikel
55 quater der Lager-Onderwijswet 1920 bedoeld, aanwezig ge
acht kunnen worden;
dat immers voor het jaar 1950 aan uitgaven, bedoeld in het
le lid van artikel 55 bis der genoemde wet, moet worden ge
raamd een bedrag van:
a. kosten instandhouding openbare lagere schoolf.184,63
b. kosten aanschaffing en onderhoud leermiddelen enz" 150.
c. kosten verlichting, verwarming en schoonhouden*505»52,
TOTAAL; f.637,95
hetgeen neerkomt op een bedrag van ongeveer f.74.per
leerling;
dat deze kosten aanzienlijk afwijken van het bedrag dat
voor een dergelijke school is redelijk te achten;