- 7 - 3. - 6 - 1. 2. gebezig tot uitspanning of gezellig verkeer of tot het geven van muziek- of danspartijen of andere vermakelijkheden; 8. ongebouwde eigendommen,welke als natuurmonument, ingevol-- de natuurschoonwet 1928, zijn aangemerkt. ARTIKEL 7. Voor gebouwde eigendommen, die met hun gebouwde aanhorig- heden gedurende 12 achtereenvolgende maanden ongebruikt en onverhuurd gebleven zijn, kan aan hem, die gedurende dat gehele tijdvak is aa: geslagen, de belasting worden teruggegeven. Ter verkrijging van die teruggaaf moet de belanghebbende binnen 30 dagen na het einde van bedoeld tijdvak een ver zoek daartoe indienen bij Burgemeester en Wethouders. ARTIKEL 8. 1. Hij, die na de aanvang van het belastingjaar ophoudt ge nothebbende te zijn in de zin van art.2, is de belasting over het gehele lopende jaar verschuldigd en heeft, onver minderd het bepaalde bij art.7» geen recht op afschrijving of teruggaaf van belasting. 2. Ter verkrijging van die teruggaaf moet de belanghebbende binnen 30 dagen na het einde ban bedoeld tijdvak een ver zoek daartoe indienen bij Burgemeester en Wethouders. ARTIKEL 9. Onjuiste aanslagen worden ambtshalve verminderd of teniet gedaan. ARTIKEL 10. De invordering gesdhiedt door de gemeente-ontvanger. ARTIKEL 11. Wanneer blijkt, dat een aanslag ten onrechte is achterwegege- bleven of tenietgedaan of dat ft#n te lage aanslag is opge legd, wordt de te weinig geheven belasting van de belasting plichtige of zijn erfgenamen nagevorderd, zolang niet sedert de aanvang van het belastingjaar drie jaren zijn verstreken. ARTIKEL 12. 1. De kohieren worden ingericht volgens een door Burgemees ter en Wethouders vast te stellen model. Aanslagen, welke door verzuim of misstelling niet op het oorspronkelijke kohier zijn geplaatst, worden op een aanvullingskohier ge bracht. 2. Dernkohieren worden aanstonds na vaststelling aan de gemeen-* te-ontvanger ter invordering gezonden. AETIKEL 13. 1. Het model van het aanslagbiljet wordt vastgesteld door Burgemeester en Wethouders. De aanslagbiljetten worden door de zorg van de gemeente-ontvanger zp speodig mogelijk uitgereikt. 2. Duplicaat aanslagbiljetten zijn tegen betaling van tien cent op verzoek van belanghebbenden verkrijgbaar. ARTIKEL 14. 1. De belasting is in twee termijnen invorderbaar, vervallende de eerste op de laatste dag der 2e maand, volgende op die waarin de aanslagbiljetten zijn gedagtekend en de 2e ter mijn 2 maanden nadien. ARTIKEL 15. 1. De gemeente-ontvanger is verplicht, indien hij daartoe over) over het aanslagbiljet kan beschikken, voor betaling der be lasting op het aanslagbiljet kwitantie te stellen. 2. De afschrijving der betaling geschiedt in de navolgende orde: a. op de kosten van vervolging; b. op de oudste der openstaande termijnen. ARTIKEL 16. Binnen drie maanden na het vervallen van de betalingster mijn betreffende ieder kohier zendt de gemeente-ontvanger aan Burgemeester en Wethouders een staat met toelichting van de posten op dat kohier, welke hij niet heeft kunnen in vorderen. Burgemeester en Wethouders besluiten tot niet-invorderbaar verklaring van die posten, welke zij daarvoor vatbaar achten. Het besluit, waarbij aanslagen niet invorderbaar worden ver klaard, ontheft de gemeente-ontvanger van verdere pogingen tot invordering. ARTIKEL 17. Deze verordening: wordt geacht te zijn in werking getreden op 1 Januari 1947. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22 Wei 194-7. De Raad voornoemd, 1. 2. etaris Voorlopige vaststelling gemee nte-reke- ning. dienst jaar 194-4. VT. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot voorlopige vaststelling gemeente-rekening ±^44,dienstjaar 1944. De Voorzitter zegt, dat de rekening van inkomsten en uitga- venjiezer gemeente over het dienstjaar 1944 met de daarbij be horende verantwoording van Burgemeester en Wethouders de Raad is aangeboden op 2 April 194-7» Deze rekening heeft met de daarbij behorende bescheiden vanaf 2 April 1947 gedurende# 14 dagen op de secretarie der gemeente voor eenieder ter lezing gelegen en is algemeen verkrijgbaar gesteld. De Voorzitter zegt verder, dat de gemeente-rekening 1944 sluit, voor wat de gewone dienst betreft met een nadelig saldo van 27.386,44 en, wat de kapitaaldienst betreft, met een na delig saldo van f 55.119*21. Hierbij moet opgemerkt worden, dat het totale bedrag van nog te verhalen posten gewone dienst 128.977,65 belooptwaarvan echter 37.386,32 ontstaan is in dienstjaren voor 1944. De mogelijkheid bestaat dat diverse belangrijke posten hiervan niet geind zullen kunnen worden. Over 1944 zijn deze dubieuze posten nog vermeerderd met kosten van bewakingsdiensten en patrouil les op de rijksweg, respectievelijk groot 3537»«n 1850, Verder moeten nog als belangrijke achterstallige posten ge noemd wprden de rijksvergoeding in de kosten van de distribu- tiewet 1939» over 1944 bedragende ruim 12.000,evacuatie eh verzorging oorlogsslachtoffers, tesamen ruim 59.000,- en de rijksbijdrage wegens gemis aan schoolgeld, Puim 4000, Deze posten zullen echter te enigertijd wel ontvangen worden. Wat de kapitaaldienst betreft, moet over vroegere jaren nog 60.14 betaald en 659,70 verhaald worden. Bij de rekening is overgelegd een controlerapport van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële Adviezen aer (Vereniging)

Raadsnotulen

Zundert: 1934-1996 | 1947 | | pagina 16