16-11-1938
hy was vóór 1914- en thans,zal hy reeds by hetfl/zelf
tot een geheel andere conclusie moeten komen.
De heer S.P.van Hassel zegt,dat hy met een apart
voQrstel.zal komen om tot verlaging der salarissen
van burgemeester,secretarisontvanger en ambtenaren
van den burgerlyken stand te geraken.Nu de jaarwed
den van deze heeren niet verlaagd kunnen worden,
trekt hy zyn voorstel tot vermindering der salaris
sen van de lagere ambtenaren in.
De Voorzitter zegt,dat de heer van Hassel thans
weer in zyn betoog is te volgen.Hy geeft den heer
van Hassel den Saad zyn eventueel voorstel zoo te
formuleeren,dat het niet een voorstel is om alleen
de jaarwedden van genoemde functionarissen in deze
gemeente te verlagen,doch in alle gemeenten in de
geheeld provincieOm nog even op de door heeren Ged.
Staten geregelde jaarwedden terug te komen,kan den
heer van Hassel worden medegedeeld dat die regeling
zyn reden heeft.Die wedden zyn natuurlyk aldus gere
geld om de betrokke functionarissen geheel onafhanke-
lyk te stellen van elk lid van den raad en vooral ook
van personen daar buiten.Verheelt U,dat de hoegroot
heid van de wedde van den burgemeester aan de inzich
ten vqn den raad overgelaten was .Het gevaar zou als
dan niet denkbeeldig worden,dat een burgemeester in
zyn doen en laten belemmert zou kunnen, worden door
bepaalde leden van den raad of nog erger door lieden,
die buiten den raad staan.
De heer S.P.van Hassel zegt,dat zyn voorstel by de
Provinciale Staten misschien weinig gehoor zal vinden,
want daar zitten veel burgemeesters in.
De Voorzitter zegt,dat de heer van Hassel zich moet
wachten voor deze woorden.Een dergelyk gezegde gaat
den schyn wekken,dat het college van Ged.Staten geen
open oog heeftalthans volgenel den heer van Hassel,
voor de belqngen van het algemeen.De leden van Ged.
Staten hebben evenals de leden van den raad een eed
af moeten leggen.Het past in het geheel niet met be
weringen te komen als door den heer van Hassel naar
voren gebracht
De heer S.P.van. Hassel zegt,dat niet die uitleg aan
I zjn
16-11-1938 15-
aan zyn woorden mag worden gegeven.Hy bedoelde alleen
maar te zeggen Hoe zullen Ged.Staten over zyn voorstel
denken"
Heeft hy zyn voorstel tot verlaging van de salarissen
der lagere ambtenaren laten vallen,zyn voorstel tot pen-
sionneering van den nachtwaker en den gemeente-opzichter
Franken Handhaaft hy.
De Voorzitter zegt,dat hy nu toch het geheugen van den
heer van Hassel eens moet opfrisschen.De heer van Hassel
zal zich herinneren,dat in den tyd,dat hy nog wethouder
was,door enkele vaklieden een rekwest werd ingezonden,
waarby op een neutraal toezicht op het bouwen werd aan
gedrongen.Tot op zekere hoogte hadden rekwestranten wel
gelyk.Immers een eigen man is vlug kwetsbaar.De Raad
besloot daarom het bouwtoezicht op te dragen aan de Com
missie voor Bouw-,Woning- en Welstandstoezicht te Breda.
Aan de totstandkoming van dit besluit is door den heer
van Hassel,als wethoudermet groote overtuiging medege
werkt.Toen hierna in het college van burgemeester en wet
houders de vraag werd gesteld of eventueel het salaris
van den gemeente-opzichter niet moest worden verlaagd,
kwam de heer van Hassel zelf tot de conclusie dat daar
voor geen reden aanwezig waren.
Het moet dan ook thans wel verbazing wekken,dat de heer
van Hassel den gemeente-opzichter wil pensionneeren,het
geen trouwens niet eens gaat,daar de heer Franken den
pensioengerechtigden leeftyd niet heeft bereikt.
Wat het met pensioen zenden van den nachtwaker betreft,
hierin begrypt de Voorzitter den heer van Hassel ai even
min.Het is den heer van Hassel toch bekend,dat de heer
Lieshout zelf Heeft getracht afgekeurd te worden,hetgeen
hem niet mocht gelukken.Zooals de heer van Hassel zich
zal herinneren was de nachtwaker gebrekkig in het loopen.
De man vroeg keuring en herkeuring aan,doch werd niet af
gekeurd. De heer Lieshout kan dus evenmin worden gepension-
neerd.v.at zou men overigens hieraan hebben Een nacht
waker is,in tegenstelling van hetgeen de heer van Hassel
meent,noodzakelyk.Gaat de man met pensioen dan moet er
een andere worden benoemd of wel het politie-personeel
zal uitgebreid moeten worden.
Resumeerende komt de Voorzitter tot de conclusie dat den
heer van Hassel het een na het ander door de vingers moet
voelen glyden. Rest