50
Het lid VAN HAM zegt dat hij heeft aangekondigd dat, als er ten aanzien van
het onderdeel Markt geen steun zou zijn van het College, hij de Raad expliciet
om een uitspraak zou vragen. Hij acht het een te belangrijk onderwerp, wat ook
een enorme investering vergt. De indruk bestaat bij hem dat de wethouder het
stuk als afgedaan beschouwt en weinig openstaat voor discussies. Hij consta
teert dat er zelfs geen discussie mogelijk is om het plan op één onderdeel te
wijzigen en vindt dat jammer. Zijn fractie heeft veel waardering voor en geeft
ook steun aan 80 tot 90% van het plan, maar hij zou graag datgene wat uit het
actieve deel van de bevolking komt meer gehonoreerd willen zien. In feite gaat
het om iets wat voor hen belangrijk is. Hij wil hij de Raad een motie aanbie
den om expliciet te vragen de Markt anders in te richten.
De VOORZITTER leest vervolgens de motie van de Partij van de Arbeid voor:
De motie luidt als volgt:
"De raad van de gemeente Zevenbergen, in vergadering bijeen op 21 mei 1996
Gezien het voorstel van het College van burgemeester en wethouders met be
trekking tot de herinrichting van de Markt en het Haventracé;
Overweegt dat voor uitvoering van zo'n ingrijpend voorstel een breed maat
schappelijk draagvlak gewenst, zoniet noodzakelijk is;
Constateert dat:
Een aantal maatschappelijke groeperingen met ogenschijnlijk tegengestelde be
langen gezamenlijk voorstellen om op het noordelijk deel van de Markt meer
mogelijkheden te creëren voor horeca en evenementen, door uit te gaan van een
verplaatsing van de rijweg (as-verspringing)
Dat daarmee de beoogde eenheid van uitstraling en materiaalkeuze geen geweld
wordt aangedaan;
besluit:
Bij de uitvoering van het plan uit te gaan van het aanleggen van de rijweg
tussen de te handhaven bomenrijen, en het voorstel van het College van burge
meester en wethouders in dier voege aan te passen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Ondertekend door J.van Ham, A.Broeders-de Bruijn, HSchouwenaars
vervolgens vraagt hij of er behoefte bestaat een stemverklaring af te leggen.
Het lid REIJNDERS zegt geen behoefte te hebben aan de motie van de Partij van
de Arbeid, hoewel hun bezwaren ten aanzien van de procedure volledig worden
gedeeld. Ook hij is teleurgesteld dat de wethouder niet heeft opengestaan voor
concessies, richting zijn partij. Daar is nadrukkelijk om gevraagd, vooral wat
betreft de kermis en het parkeren. De kermis blijkt nu toch op het zuidelijk
deel van de Haven te komen, wat voor zijn fractie onoverkomelijk is. Hij
heeft geen vertrouwen in het beperken van de overlast daar. Wat het parkeren
betreft, merkt hij op dat dat in de gehele inspraak het zwaarste punt is ge
bleken. Het uitgangspunt dat de verblijfsfunctie van het Centrum primeert bo
ven de winkelfunctie acht hij in strijd met de realiteit. Voor het overgrote
deel van de inwoners van zevenbergen is het Centrum het gehele jaar eerst en
vooral een winkelcentrum. Die functie zal waargemaakt moeten worden en dat kan
zijns inziens niet anders dan door een fatsoenlijke parkeerregulering, zeker
zolang de supermarkten in het Centrum zijn gevestigd. 43 Parkeerplaatsen schr
appen is voor hen onverteerbaar en daar ligt voor hen ook het accent. Dit in
weerwil van hetgeen de Partij van de Arbeid daarover opmerkt. Voor de benut
ting van die ruimte kiest het CDA in de eerste plaats voor de winkelfunctie.
Zijn fractie zal tegen de motie van de Partij van de Arbeid stemmen en -alles
afwegende- voor het voorstel van het College met de kanttekening dat tegen de
onderdelen parkeren, parkeerregulatie, kermis en Merodestraat zeer grote be
denkingen bestaan, maar dat het belang van het totale project dusdanig groot
wordt geacht dat per saldo tot een positieve afweging wordt gekomen.