6
Het lid KRAMER is ook. niet echt verheugd met het voorstel. Het is zaak om in
een toelichting naar de burger heel goed aan te geven het hoe en waarom van
deze lastenverhoging. Daarbij ware tevens te verwijzen naar de toelichting
welke in januari is verstrekt en waarin deze verhoging reeds is aangekondigd.
WETHOUDER JANSSON antwoordt dat de raad in totaliteit uiteraard niet blij is
met welke lastenverhoging dan ook. Hij verwacht een goed resultaat van de ge
scheiden afvalinzameling en het gebruik van de milieustraat. Het lijkt hem
echter niet juist om op voorhand nu reeds te anticiperen op de financiële ef
fecten daarvan. Te zijner tijd zal moeten blijken of de inzamelresultaten aan
leiding zijn de tarieven in 1996 minder te verhogen of wellicht te verlagen.
Terzake de te verwachten kosten merkt hij op dat de cijfers gebaseerd zijn op
realistische ramingen. Hij houdt dan ook vast aan het voorstel zoals dat nu
voorligt met daarbij de toezegging dat het tarief voor 1996 zo scherp mogelijk
zal worden gecalculeerd en dat mogelijke voordelen voortvloeiend uit een goede
gescheiden inzameling in de tariefstelling zullen worden meegenomen. Tevens
zegt hij toe dat voor een goede en heldere toelichting naar de burger gezorgd
zal worden.
DE VOORZITTER concludeert dat de C.D.A.-fractie geacht wordt tegen het voorstel
te hebben gestemd.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
7. Voorstel tot afwijzing van een tweetal verzoeken om
planschadevergoeding, als bedoeld in artikel 49 van de
Wet op de Ruimtelijke Ordening, verband houdende met
een reeds gerealiseerde erfafscheiding op een perceel
tegenover de woningen Luchtenburg 24 en 26.
Het lid SCHIPPER vraagt of er geen wettelijke basis is te vinden om de plan
schadevergoedingen op een andere manier te regelen. Hij zegt dat het inschake
len van derden met betrekking tot het verkrijgen van advies, duurder is dan het
bedrag wat de burger aan schadevergoeding vraagt.
WETHOUDER VAN DE WETERING verwijst naar het verslag van de commissievergadering
van twee weken geleden waarin dezelfde opmerking is geplaatst. Hij zegt dat het
college van B&W besloten heeft om dit soort zaken op een andere manier af te
handelen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemees
ter en wethouders.
8. Voorstel tot afwijzing van het verzoek van de heer
M. Fens, Zuiddijk 7, tot herziening van het bestem
mingsplan Buitengebied, teneinde voor het perceel
Zuiddijk 6a een afzonderlijke woonbestemming op te
nemen
Het lid SCHOUWENAARS merkt op dat hij inhoudelijk akkoord gaat met het voorstel
maar dat hij liever had gezien dat de gemeente meteen een afwijzend standpunt
had ingenomen met de mededeling dat het provinciaal beleid op dit punt niet
wordt doorkruist.
Dit verhoogt de duidelijkheid naar de burger toe en voorkomt het wekken van
verwacht ingen
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemees
ter en wethouders.