-10-
15. Voorstel tot het voteren van een kre
diet voor het verstrekken van een
hypothecaire geldlening aan een amb
tenaar
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemees
ter en wethouders.
16. Voorstel tot het voteren van een kre
diet voor het verstrekken van een
aanvullende hypothecaire geldlening
aan een ambtenaar.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
17. Voorstel met betrekking tot de finan
ciering van de functie sociaal cultu
reel werk als ondergebracht bij de
stichting de Markenlanden.
Het lid VAN BRENKELEN vraagt de door zijn fraktie ingediende vragen ex art. 37
reglement van orde bij dit agendapunt te behandelen.
De VOORZITTER zegt dat dit tevens de bedoeling van het college was.
Het lid VAN DER STEE-VAN AGTMAAL stemt in met het voorstel om eenmalig
f. 66.000,- beschikbaar te stellen vanwege het overgangsjaar waar men in
verkeert. Zij vraagt echter zorgvuldigheid te betrachten bij de begeleiding en
instandhouding van het in de kerkdorpen opgerichte sociaal cultureel werk. Zij
zou graag zien dat in goed overleg verzelfstandiging van het sociaal cultureel
werk en de seniorenraad in de kerkdorpen tot stand zou komen.
Het lid WIJBENGA-HELMER wijst erop dat met de overname van het sociaal cultu
reel en - opbouwwerk door de Markenlanden men het uitgangspunt om binnen de
begroting te blijven van de sociaal culturele sektor, thans moet verlaten. Men
dient zich af te vragen of de aktiviteiten onder dezelfde voorwaarden moeten
worden voortgezet en of verzelfstandiging mogelijk is.
Zij beschouwt 1994 als een overgangsjaar wat extra problemen en kosten met zich
meebrengt. Zij stemt dan ook in met het voorstel. De Markenlanden heeft daarbij
wel de verplichting om de gelden kritisch te besteden.
Het lid BROEDERS-DE BRUIJN heeft al eerder gesteld dat de kosten die verband
houden met de overname van aktiviteiten door de gemeente betaald dienen te
worden. Het opzetten van een vrijwilligers-netwerk dient naar haar mening reeds
dit jaar plaats te vinden. Richting de Markenlanden dient dit dan ook als ver
plichting kenbaar gemaakt te worden. Zij is van mening dat het extra bedrag van
f. 66.000,- in overleg met de gemeente ingezet moet worden. Het is niet van
zelfsprekend dat dit bedrag in totaliteit benodigd is.
Wethouder KRIJNEN-BOOT antwoordt dat de Markenlanden en de gemeente in goed
overleg moeten bezien hoe het garantiebedrag ingezet gaat worden. Ook aan het
opstarten van het vrijwilligerswerk hecht zij grote waarde. De genoemde ver
zelfstandiging is zonder meer een insteek van het gemeentebestuur en is ook als
zodanig meegegeven aan de Markenlanden. Zij wil terzake de besteding van het
bedrag de vinger aan de pols houden en kontakten onderhouden met de stichting.
Terzake de ingediende vragen van het lid van Brenkelen antwoordt zij dat de
overdracht van de taken van het gecoördineerd bejaardenwerk in januari is afge
wikkeld. Zij heeft overigens begrepen dat er nog wat problemen zijn blijven
liggen, o.a. ten aanzien van de huurprijs. Deze zaken zullen de komende tijd de
nodige aandacht krijgen.
Het gemeentebestuur zal de ontwikkeling nauwlettend volgen, aldus spreekster.
Het lid VAN BRENKELEN zegt geen antwoord te hebben gekregen op zijn vraag inza
ke de huurprijs voor het bejaardenwerk in de Zevensprong.
-11-
Hij vraagt of kontakten terzake uitgaan van de Markenlanden.
Wethouder KRIJNEN- BOOT antwoordt dat men thans in de inventarisatiefase zit en
dat de kontakten zo spoedig mogelijk gelegd zullen worden.
Het lid WIJBENGA-HELMER vraagt of aan de stichting is duidelijk gemaakt dat
het onderhavige extra krediet een eenmalige zaak is en dat in de toekomst, ook
voor nieuw beleid, binnen het aan te geven bedrag gebleven moet worden. Wet
houder KRIJNEN-BOOT stelt dat duidelijk is dat het bedrag bedoeld is voor af
wikkeling van een aantal zaken Uitgangspunt is dat de overige aktiviteiten
uit het normale budget bekostigd moeten worden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
18. Voorstel tot vaststelling van de ver
ordening voorzieningen gehandicapten
1994.
Het lid BROEDERS-DE BRUIJN acht het van belang dat naar betrokkenen toe een
goede voorlichting plaatsvindt, middels informatie-avonden en verspreiding van
een huis-aan-huis blad. Tevens dient op strukturele basis overleg plaats te
vinden met het gehandicapten-platform. Zij merkt zij op dat een goede regionale
samenwerking onontbeerlijk is om goed met de beschikbare gelden om te kunnen
gaan. Bij het bepalen van eigen draagkracht bij het treffen van voorzieningen
dienen moeilijke beslissingen genomen te worden.
De besparing die dit oplevert zal echter ingezet worden voor het algemeen ge-
handicaptenbelang. De W.V.G.-gelden dienen naar haar mening dan ook geoormerkt
te worden zodat duidelijk is dat deze gelden blijven waar zij thuishoren. Het
door het college omschreven standpunt terzake collectieve voorzieningen heeft
haar instemming. Terzake de verordening op zich verneemt zij graag wanneer
evaluatie plaatsvindt en of daarbij het gehandicaptenplatform wordt betrokken.
Zij vraagt tenslotte wanneer een voorstel terzake het uitvoeringsbeleid waarin
de consequenties naar voren worden gebracht, tegemoet gezien kan worden.
Het lid WIJBENGA-HELMER stelt dat het bedrag voor het gehandicaptenbeleid wat
naar de gemeente is overgeheveld, hetzelfde is gebleven, doch dat het over een
groter aantal betrokkenen verdeeld moet worden. Dit wekt onrust, hetgeen tevens
blijkt uit een van het gehandicaptenplatform ontvangen brief, waarin voor een
aantal zaken aandacht wordt gevraagd. Zij pleit voor een goed kontakt tussen
gemeente en platform. Zij is er zich van bewust dat door deze nieuwe regelge
ving een zware taak is komen rusten op de gemeentelijke sociale diensten. Zij
stemt in met de voorliggende verordening.
Aangezien nog geen duidelijkheid is over het aantal gehandicapten, ziet zij de
evaluatie met belangstelling tegemoet.
Het lid SCHIPPER stemt in met het voorstel. Mede gelet op de brief van het
gehandicaptenplatform vraagt hij aandacht voor de invulling van de daarin
genoemde problemen. Bespreking hiervan met het platform acht hij gewenst.
Het is noodzakelijk de zorgen die er bestaan zoveel mogelijk weg te nemen.
Ook hij hecht grote waarde aan een evaluatie omtrent deze materie aan het einde
van het jaar. 4
Het lid VAN DER STEE-VAN AGTMAAL is van mening dat in feite met minder geld
meer gedaan moet worden. Ook zij is van mening dat de W.V.G.-gelden geoor
merkt moeten worden zodat zij bestemd blijven voor het gehandicaptenbeleid,
zoals vervoersvoorzieningen, woningaanpassing en rolstoelen.
Zij stemt in met het gestelde in verordening terzake het inkomensafhanke
lijk maken van de eigen bijdrage. Ook zij steunt het gedane verzoek om een
evaluatie. Tevens vraagt zij te bezien of in regionaal verband initiatieven
zijn te nemen om te komen tot een betere vervoersvoorziening. Overleg hier
over met het gehandicaptenplatform is gewenst.