- 14 - De invoering van de duobak moet opnieuw worden doorberekend en bezien zal worden of dat met één vuilniswagen haalbaar is. Het lid REIJNDERS blijft van mening dat inzake de OZB restitutie dient plaats te vinden aan de burgers. Hij vindt de argumenten van het college niet voldoende steekhoudend. De afspraak was dat de totale opbrengst over 1992 niet hoger zou zijn dan over 1991. Zijn fraktie handhaaft echter on verkort haar standpunt. Bij de begrotingsbehandeling zal hij alsnog met een voorstel tot reparatie komen. Ook het aanwenden van de ongemakkentoeslag is reeds eerder door zijn frak tie ter sprake gebracht. Mocht die daartoe niet worden aangewend, dan houdt hij vast om dit aanvullend na een verlaging van de OZB te regelen. De VOORZITTER deelt mede dat kostendekkendheid voorop staat. Thans neemt ze kennis van de suggesties van de vorige spreker. Ten aanzien van E.2 beklemtoont het lid REIJNDERS blij te zijn met de in steek die de raad van Zevenbergen heeft gekozen t.a.v. de herindeling, t.w. een krachtige gemeente rondom het industrieterrein Moerdijk met Zevenbergen als bestuurlijk centrum. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge meester en wethouders. 5. Voorstel tot vervanging tijdre gistratiesysteem. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge meester en wethouders. 6. Voorstel tot instemming met de ontwerp-we1zijnsnota Het lid VAN DER STEE-VAN AGTMAAL is van mening dat deze nota weer een stap vooruit is. Door een integraal en samenhangend beleid is men bereid mee te werken aan de veranderingen. Met de mogelijkheden is flexibel omgegaan. Wat de kleine kernen betreft merkt ze op dat deze zich zorgen maken over het opgaan in de Markenlanden. Ze vraagt in het overleg met de Markenlanden hieraan zodanige aandacht te besteden dat deze in dezelfde vorm als nu hun werkzaamheden kunnen voortzetten, ook wat betreft hun financiën. Ze deelt verder mede dat haar fraktie heeft gepleit voor één organisatie en rekening te houden met regionale ontwikkelingen omtrent de ROC-vorming. Hiermede is rekening gehouden. Ook is ze het eens met één organisatie voor kinderopvang/peuterspeelzaal- werk/speelotheek te gaan werken. Daarnaast is het een goede zaak om het Kompas in te zetten voor het kinderwerk. Wat de positionering van het peu- terspeelzaalwerk betreft merkt ze op er alle vertrouwen in te hebben dat er binnen enige maanden zekerheid komt. Ze vindt het voorstel van de andere frakties om nu reeds f 5.000,te geven niet juist. Bovendien is die f 5.000,niet voldoende en het bestuur zal wederom de ouderbijdrage moe ten verhogen. Zij zet liever eerst alles op een rij voordat er een besluit hierover wordt genomen. Ze stelt voor om de salarissen van de leidsters erbij te betrekken als de integratie kinderwerk aan de orde is. Ze deelt verder mede dat er bij de ouderenbonden enige zorg is omtrent het ontstaan van een vacuüm als het GOW is opgeheven. Ze vraagt dit nauwlettend in de gaten te willen houden. - 15 - Wat betreft de huisvesting ontbreken er naar haar mening 3 multifunktionele panden, t.w. Het Anker, Het Stedeke en De Zevensprong. Tot slot pleit haar fraktie ervoor om de gelden in de welzijnssektor te houden totdat het hele plan rond is en het financiële plaatje is inge kleurd. Het lid VAN BRENKELEN maakt een compliment aan de samenstellers van de voorliggende nota. De signalen uit de raad zijn opgepakt. Zijn fraktie is van mening dat de nota voldoet aan de punten 1 en 3 van het raadsbesluit van 22 september 1992. Hij vraagt wanneer een voorstel over punt 2, t.w. evaluatie en aanpassing gemeentelijk beleid, tegemoet kan worden gezien. Verder is hij van mening dat het SKW bij één Stichting dient te worden ondergebracht. Konkreet dient in het beleid tot uitdrukking te komen wat de gemeente wenst. Ook is hij tevreden over de opmerking m.b.t. het kultureel werk in de kerk dorpen. Dat dit zo dient te blijven is uiteraard het uitgangspunt. Wat betreft het peuterspeelzaalwerk vindt hij een eenmalige verhoging van de subsidie 1993 met f 5.000,terecht. Dan kan in alle rust en weloverwo gen de positie van de SPZ worden bepaald. Ook de opmerking m.b.t. Het Kom pas deelt hijHet sociaal kultureel kinderwerk moet echter gespreid en in de wijk plaatsvinden, dit in het belang van de betrokkenheid van de ouders. Zijn fraktie pleit er voor dat bestaande voorzieningen voor ouderen niet worden aangetast. Hij opteert voor een "zorg op maat". Tevens is hij voorstander van een educatief vormingscentrum, mits het prijskaartje in verhouding staat tot de voordelen. Hij deelt verder mede dat thans de daadwerkelijke konkrete invulling in 1993 dient te geschieden, echter in nauw overleg met de betrokken instel lingen. Verder gaat hij ervan uit dat de integrale behandeling van het welzijnspro- gramma uiterlijk in december 1993 zal worden behandeld. Hij vraagt of de wethouder die toezegging kan doen. Het lid WIJBENGA-HELMER onderschrijft de beleidsuitgangspunten en hoofd doelstellingen in de nota. Het beleid heeft een sterk preventief karakter. Met vroegtijdige signalering kunnen problemen worden voorkomen. Ook ligt het accent op individuele hulpverlening. Gekozen is voor 4 klusters. Vooral de kluster betreffende het zorgnetwerk met een éénloketfunktie voor alle vragen zal veel aandacht vragen. Thans zullen de taken moeten worden ingevuld en er zal een financiële ver taling moeten plaatsvinden. De gemeente zal daarbij stuwend moeten optre den. Ze acht het van groot belang dat het college de gang van zaken nauw lettend volgt. Het lijkt haar verder een goede zaak de financiële middelen voorlopig bin nen de sector te houden, totdat er meer inzicht is verkregen in de verde ling van de gelden. Succes zal echter afhangen van de invulling en uitvoering van de taken die nog tot stand moeten komen. Vooruitlopend daarop heeft een drietal frakties een brief gezonden m.b.t. de subsidiëring van de SPZ. Ze is van mening dat voorlopig f 5.000,extra subsidie verleend moet worden. Uiterlijk in december 1993 dient de positie van de SPZ duidelijk te zijn. Tot slot wenst ze alle betrokken partijen bij de invulling van het nieuwe beleid veel wijsheid toe. Het lid BROEDERS-DE BRUIJN zegt dat er 4 uitgangspunten zijn om te komen tot een nieuw welzijnsbeleid. Deze zijn verwoord in de voorliggende nota. Met die uitgangspunten zullen de instellingen aan de slag moeten. Door die uitgangspunten zijn ook de punten 1 en 3 uit het raadsvoorstel beantwoord.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1993 | | pagina 8