r- 1 - 7 - ken. Tot slot wil hij goedkeuring verlenen aan het voorstel, echter exclusief het S.K.W. en G.O.W. Het lid BROEDERS-DE BRUIJN spreekt haar verbazing uit over de procedurebe handeling van de V.O.G.-rapportage. Ze stelt voor om de bijlage van de V.O.G.-rapportage uit het Welzijnsprogramma te verwijderen. Daarnaast is ook zij van mening dat het niet de bedoeling van het college is om de raad goedkeuring van het Welzijnsprogramma te vragen, waarvan verwacht wordt dat in 1992 vele veranderingen zullen optreden gezien de V.O.G.-rapportage. Op zeer korte termijn dient terzake aktie te worden ondernomen. Ze sluit zich aan bij de frakties van de Hoekse Lijst en V.V.D. om voorlopig goedkeuring te verlenen aan het Welzijnsprogramma, zodat gewaarborgd is dat op de ontwikkelingen kan worden ingespeeld. Vervolgens stelt ze voor om vóór de begrotingsbehandeling 1993 een besluit te nemen inzake het Welzijnsprogramma, zodat dan rekening gehouden kan worden met te verwachten veranderingen. Het college dient dan ook spoedig met een standpunt t.a.v. de V.O.G.-rapportage te komen. Inhoudelijk stelt ze voor om de uitvoering van de Emancipatienota op te nemen in het Welzijnsprogramma. Het is een beleid waarvoor is gekozen. T.a.v. de Cultuurnota deelt ze mede dat aan een aantal zaken geen aandacht is besteed. Ze hecht er waarde aan dat er een visie wordt ontwikkeld betreffende het media-beleid. Ze verbaast zich er dan ook over dat hieraan in de Cultuurnota geen aandacht wordt besteed. Verder mist ze in de Cultuurnota aandacht voor kunstzinnige vorming en onderwijs. Bevordering daarvan kan een positieve uitwerking hebben buiten school. Het is nuttig een onderzoek daartoe in te stellen. Om die reden zou ook dit in de Cultuurnota moeten worden opgenomen. Wethouder KRIJNEN-BOOT deelt mede dat de fusie destijds reeds te maken had met het herstructureren van het welzijnswerk. Er zijn vanaf de jaren zestig ontwikkelingen gaande. Thans is duidelijk sprake van een cultuurverande ring. Uit het V.O.G.-rapport kan duidelijk worden geconstateerd dat er veel zal moeten gebeuren. Dat kan echter niet op korte termijn. Er zullen duidelijke keuzes moeten worden gemaakt, hetgeen enige tijd zal gaan duren. Het vaststellen van het Welzijnsprogramma moet daarom niet hieraan gekop peld worden. Het streven van het college is erop gericht om dit in 1992 af te ronden. In de raadsvergadering van maart zal de wijze van aanpak worden voorgelegd. Ook de openbaarheid van stukken zal ter sprake worden gebracht, waarbij de instellingen hun inbreng zullen hebben. Ze deelt vervolgens mede dat het V.O.G.-rapport voldoende handvaten biedt om tot een goede opzet te komen Wat de Cultuurnota betreft zegt ze dat deze een duidelijke afbakening aangeeft van wat cultuur is en wat de mogelijkheden zijn. De rol van de overheid is hierin aangegeven, alsmede een inventarisatie en de aspiratie t.a.v. andere gemeenten. T.a.v. het mediabeleid is ze van mening dat de burger meestal wenst wat er mogelijk is. Ze volhardt in haar stelling dat er nog niet zoveel over gezegd kan worden vanwege de opstartfase. Eerst zal de levensvatbaarheid bekeken moeten worden. Het is prematuur om nu reeds uitgebreid over het mediabeleid te praten. Inzake de kunstzinnige vorming zal een gesprek plaatsvinden met de scholen. Ook het aktieprogramma Emancipatie zal jaarlijks geëvalueerd worden. Binnen enkele maanden zal dit in de commissie ter sprake worden gebracht. Ze zegt dat de muziekschool gebonden is aan de prioriteiten die door de raad gesteld zijn. Zonder overleg wordt daar zeker niet van afgeweken. Aan

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1992 | | pagina 7