6Voorstel tot het voeren van een
rechtsgeding (het voeren van verweer
inzake de rechtsvordering van de
Waterleiding Maatschappij "Noord-West
Brabant" jegens de gemeente).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
6a. Voorstel tot votering van een krediet
i.v.m. doorbetaling van een evenredig
deel van de subsidie voor de recon
structie van de Blokweg/Koekoeksedijk
aan de N.V. Waterleiding Maatschappij
"Noord-West-Brabant"
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
7. Voorstellen verband houdende met het
houden van een algemeen organisatie
onderzoek.
Het lid JANSSON mist in het voorstel de formulering van de doelstellingen
van nu en in de komende jaren. Zaken als o.a. de eventuele herindeling
zouden aan het ODRP moeten worden meegegeven. Daaraan kan dan de organisa
tie ook worden getoetst. Hij vraagt in welke mate b.v. de bevindingen van
de commissie Schampers zouden kunnen worden meegenomen. Is de opzet
voldoende flexibel om deze mee te nemen.
Daarnaast mist hij de bezinning op de eigen rol van de gemeente. De visie
daarop ontbreekt tot op heden.
Het lid SCHIPPER heeft moeite met het voorstel, omdat het sektorenmodel
naar zijn mening reeds bekend is. Hij vindt het tevens een probleem, dat de
invoering in de opdrachtformulering niet is aangegeven. Dat is noodzaak,
omdat de kwaliteiten van het personeel daarin betrokken zullen moeten
worden. In de opdrachtformulering vindt hij ook daar niets van terug. Hij
concludeert dat via het vooronderzoek weer een nieuw onderzoek moet
plaatsvinden, en dat bij de invoering wellicht weer een onderzoek moet
plaatsvinden. Hij vraagt zich af of de effectiviteit dit bedrag van
f 51.000,rechtvaardigt.
Het lid VAN HAM vindt het een goede zaak dat is aangegeven in welke
richting moet worden gegaan. Hij ondersteunt het voorstel. Wellicht is het
zinvol om ook het seniorenconvent in de interviews door het ODRP te
betrekken.
Het lid REIJNDERS onderschrijft het voorstel. Hij vraagt zich wel af hoe
het college zich de eindrapportage en de daarop volgende implementatie
voorstelt. Er zal tevoren inzicht moeten zijn hoe zich een en ander zal
gaan voltrekken. Tevens is hij van mening dat een individuele benadering
van het personeel mogelijk moet zijn. Tot slot vraagt hij aandacht voor de
mogelijke herindeling. Op welke wijze wordt dat aan het ODRP meegegeven.
De VOORZITTER antwoordt dat in de opdrachtformulering is aangegeven dat de
gemeente Zevenbergen betrokken kan worden bij een eventuele herindeling.
- 14 -
Er zal een basisstructuur worden opgesteld die ook voor een eventuele
grotere gemeente bruikbaar is.
Hij deelt mede dat in de opdrachtformulering wel een globaal tijdpad is
aangegeven ODRP zal eind augustus/begin september 1992 rapport uitbrengem
Het is de bedoeling dat daarna het college zelf tot invulling zal overgaan.
Tot slot pleit hij er niet voor om interviews te laten houden met het
!®^°^nh°ren?i 00 °rganisatie van het gemeentelijk apparaat is voorbehou
den aan het college en hij zou dat graag zo houden.
Het lid JANSSON is van mening dat het nuttig is dat het ODRP kennis neemt
van de eigen visie van de raad, zoals die in april a.s. zal worden uitge
sproken. y
Het lid SCHIPPER behoudt zijn zorgen over de mate van acceptatie door het
personeel. Als die er niet is, zal het probleem nog groter zijn. Hij pleit
dan ook voor een nauwe betrokkenheid van het personeel in het totale
beleid, zodat er geen verrassingen naar voren komen.
Het lid VAN HAM wijst erop dat de medewerking meestal ver gaat, tot het
moment dat de veranderingen gaan plaatsvinden. Implementatie kan dan erg
lastig zijn. Hij zou dan op voorhand niet willen vastleggen om daarbij geen
ondersteuning te vragen.
Het lid REIJNDERS gaat ervan uit dat na een eventuele herindeling nieuwe
problemen zullen rijzen. Hij kan zich voorstellen dat de huidige opdracht
met helemaal dekkend is. Het lijkt hem dan ook zinvol dat aangegeven wordt
welke aanvullende maatregelen nodig zijn bij een eventuele herindeling. Tot
slot vraagt hij of voor het seniorenconvent, voorafgaande aan de implemen-
aktieve rol kan worden weggelegd.
De VOORZITTER antwoordt dat een organisatiemodel een hulpmiddel is om een
aantal doelstellingen te bereiken. Het uitgangspunt van het college is dat
zoveel mogelijk in goed overleg met het personeel tot een invulling dient
te worden gekomen. Hij heeft er alle vertrouwen in dat dit goed zal kunnen
worden uitgevoerd.
Tot slot deelt hij mede dat het eindrapport van het ODRP, nadat het in het
college is behandeld, in grote lijnen zal worden voorgelegd aan het
seniorenconent
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders
8. Voorstel tot het voteren van een kre
diet voor het verstrekken van een hypo
thecaire geldlening aan een ambtenaar.
Zonder hoofdelijke stemming word besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
9. Voorstel tot vaststelling van het
Onderwijsbeleidsplan.
Het lid VROLINGS merkt op dat een aantal zaken hem zorgen baart. Allereerst
vindt vanuit het basisonderwijs een hogere uitstroom naar het speciaal
onderwijs plaats in vergelijking met het landelijk gemiddelde. Wellicht dat
er te gemakkelijk een verwijzing naar het speciaal onderwijs plaatsvindt.