- 86 -
Wat betreft de Hoofdstraat zegt hij dat na 1 januari 1993 gelden daarvoor
beschikbaar komen. Indien vóór die datum een plan gereed is zal dat zeker
aan de raad worden voorgelegd. Een garantie daarvoor kan hij niet geven.
Het lid SCHIPPER is van mening dat er 2 aspecten aan de orde zijn, namelijk
de verkeersveiligheid en de herinrichting. Met name de verkeersveiligheid
zou in 1992 bekeken worden.
De VOORZITTER zegt er naar toe te streven de plannen zo snel mogelijk op
tafel te hebben.
Hij deelt verder mede te hopen dat in 1992 de uitbreiding van het Zwanengat
aan de oostkant kan worden gerealiseerd. Daarnaast is aan de Huizersdijk
nog een uitbreiding van het industrieterrein gepland.
Inzake de H.S.L. zegt de VOORZITTER dat de verwachting is dat het tracé
langs Zevenbergschen Hoek van de baan is. Indien dat definitief is zal het
onderzoek door de TMD met betrekking tot de huidige geluidsoverlast zo snel
mogelijk worden opgepakt.
Hij deelt verder mede dat de kosten voor 2 milieudiensten zeker niet hoger
zullen zijn dan thans. Uiteraard zal duidelijk moeten zijn welke taken aan
welke dienst worden toebedeeld. Daarover zijn afspraken gemaakt.
Het lid SCHIPPER pleit ervoor om een en ander budgettair goed in de gaten
te houden.
De VOORZITTER zegt dit toe. Hij deelt verder mede dat het streven er op is
gericht om brieven zo snel mogelijk te beantwoorden.
Het lid KRAMER vraagt of het mogelijk is om mededeling te doen van ont
vangst van een brief.
De VOORZITTER antwoordt dat dit gebeurt indien voorzien wordt dat beant
woording enige tijd zal vergen.
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt dat alles er voor pleit om de huidige onder-
wijsaccommodaties te behouden en in overleg met de schoolbesturen daaraan
een bestemming te geven.
Daarnaast is afgesproken om met de OBD te kijken naar de cijfers om te
bezien of hieraan specifieke oorzaken ten grondslag liggen. Inzake de kos
ten OBD wordt er niet voor gepleit om deze te verminderen. Bij een uitbrei
dende inzet van de OBD zal niet direct aantoonbaar zijn dat dit positieve
gevolgen zal hebben.
Het lid VAN HAM wijst er op dat het niet een soort autonoom proces moet
worden, voordat bekend is wat de specifieke oorzaken zijn. Het gaat hem er
om dat niet eerst de OBD minder uren worden gegeven, terwijl later zal
blijken dat extra uren noodzakelijk zijn.
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt toe in de commissie hierop nader terug te ko
men.
Het lid BROEDERS-DE BRUIJN is van mening dat hierover een duidelijke uit
spraak dient te komen.
- 87 -
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt verder bereid te zijn om bij een positief re
sultaat, de doelgroep "langdurig werklozen" uit te breiden.
Daarnaast deelt zij mede dat in het welzijnsprogramma de resultaten van het
onderzoek naar de 2 welzijnsinstellingen zullen worden meegenomen.
Ze deelt verder mede dat inzake het gestructureerd overleg met de muziek
school de afspraak is gemaakt dat de commissie van de resultaten daarvan op
de hoogte wordt gebracht. Het is de bedoeling om dat overleg wat intensie
ver te laten plaatsvinden. Op korte termijn zal dat plaatsvinden.
Inzake de kinderopvang is ze van mening dat het bedrijfsleven een afwach
tende houding aanneemt. De Stichting is bezig met een planmatige aanpak en
wordt daarbij door de gemeente ondersteund. In de commissievergadering zal
concreet worden medegedeeld hoeveel plaatsen bezet zijn.
Het lid VAN HAM vraagt hoeveel bedrijfsplaatsen verkocht moeten worden om
de exploitatie rond te krijgen. Hij verzoekt tijdig een alternatief scena
rio samen te stellen.
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt dat dit wellicht een tijdige bijstelling van de
exploitatie-opzet zal betekenen.
Het lid SCHIPPER informeert naar de andere deelnemende gemeenten, is dat
financieel geregeld?
Wethouder KRIJNEN-BOOT antwoordt dat deze gemeenten hun aandeel doorslui
zen naar de Stichting. Die afspraak is gemaakt. Ze deelt verder mede dat
bewust gekozen is voor een brede samenstelling van de commissie sociale
zekerheid. Ze is bereid om met die commissie hierover van gedachten te
wisselen.
Het lid VAN HAM vraagt slechts om de toegevoegde waarde van die commissie
in het beleid van het college te integreren. Hij hoopt dan ook dat dit
serieus zal gebeuren.
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt dat voorkomen dient te worden dat de oudere
mens tot een zielig figuur wordt gebombardeerd. Dat is zeker niet juist.
Wel is het college ietwat relativerend in haar antwoord geweest.
Het lid JANSSON vindt het onjuist dat de wethouder stelt dat de partijen in
de raad de ouderen als een probleemgroep zien. Dat is zeker niet de bedoe
ling. Gevraagd is om aandacht voor het vergrijzingsprobleem. Het voorzie
ningenpakket zal daarop afgestemd moeten worden.
Wethouder KRIJNEN-BOOT antwoordt dat dit zeker de intentie van het college
is.
Ze deelt verder mede dat de doelstelling van de Stichting Gecoördineerd
ouderenwerk duidelijk is. Efficiency staat daarbij voorop.
Het lid VAN HAM vindt het zonde van het geld om een éénmans stichting op
haar efficiency te laten onderzoeken. Hem ontgaat elke logica daarvan.
Wethouder KRIJNEN-BOOT antwoordt dat ook het gecoördineerd ouderenwerk dit
heeft gewild. Ze begrijpt niet waarom er problemen mee zijn. Het is slechts
het in beeld brengen van de huidige situatie.