- 58 - Hij deelt verder mede dat door een juiste financiële opzet een oplossing is te vinden. Daar is hij van overtuigd. Voorwaarde is echter wel dat men bereid moet zijn overleg te voeren met de bewoners. Hij vraagt tevens om het vestigingsbe leid op de kerkdorpen te stimuleren. Hij begrijpt niet dat binnen enkele jaren de vraag naar woningen is gewijzigd in een overschot aan woningen. Wat betreft de toestemming van het gemeentebestuur om tot sloop over te gaan deelt hij mede dat die toestemming op grond van artikel 10, lid 2 van het Be sluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting wel degelijk nodig is. Daarover zou hij graag duidelijkheid hebben. Het lid JANSSON is bijzonder ontevreden over de besluitvorming. Hij is van me ning dat het voorstel niet In het belang is van de bewoners. De motie spreekt van "renovatie, dan wel Instandhouden van de lintbebouwing". Het zou beter ge weest zijn indien die motie destijds niet zou zijn geamendeerd. Hij acht de argumentatie tot de onmogelijkheid tot renovatie onjuist. Door het LOS worden die argumenten stuk voor stuk onderuitgehaald. Hij verwijst daarvoor naar de op 3 oktober ontvangen brief. Ook het financiële aspekt speelt niet mee. Renovatie past binnen een goede prijs-kwaliteit verhouding. Naar zijn mening wordt door de deal met de S.W.Z. een belangrijk wapen uit handen gegeven. Van de S.W.Z. wordt geen enkele garantie gekregen dat ter plaatse ooit nieuwbouw zal worden gepleegd. Hij is er van overtuigd dat de gemeente gekonfronteerd zal worden met een lange periode van kaalslag. Alle positieve effekten van het dorpenplan zullen daardoor teniet worden gedaan. Hij zegt verder dat er naar de S.W.Z. een signaal moet uitgaan dat er gereno veerd moet worden. Hij stelt voor om het voorstel te amenderen, in die zin dat het college met de S.W.Z. tot een nieuw scenario komt, en wel: renoveren van 12 S 14 woningen, en uitgaan van een financieringsplaatje waarin wordt uitgegaan van f 100.000,per woning. Hij verzoekt dat voorstel in detail uit te werken en daarmee naar de S.W.Z. te gaan. Verder is hij van mening dat elk voorstel van de S.W.Z. getoetst zou moeten worden in een regulier overleg met de gemeente. Hij verzoekt dan ook om met de S.W.Z. in overleg te gaan om te bezien hoe dat geregeld kan worden. Het lid VAN HAM zegt dat met de behandeling van het voorliggende stuk vanavond een hoofdstuk wordt toegevoegd aan de problematiek van de 23 woningen aan de Hoofdstraat in Zevenbergschen Hoek. Een problematiek die al vele jaren speelt, meer specifiek vanaf de begin jaren 70, immers toen al werd gespeeld met de gedachte de woningen, na een opknapbeurt voor een periode van een jaar of 10, te gaan slopen. Een hoofdstuk ook waarin, wellicht geheel overbodig, de politiek een hoofdrol lijkt te gaan spelen. Met nadruk meneer de voorzitter lijkt te gaan spelen. Immers, in tegenstelling tot wat hier en daar gesuggereerd of verwacht wordt, praten wij vanavond niet over het wel of niet slopen van de bedoelde woningen. Wat de raad doet, moet doen, is beoordelen of het raadsbesluit dat hij in mei van dit jaar heeft genomen, door uw college op adequate wijze is uitgevoerd en uw konklusie toetsen. Allereerst nog over de rol van de Zevenbergse politiek in deze problematiek. Ondanks het gegeven dat ook onze partij hieraan heeft meegewerkt was dit naar onze mening niet nodig geweest. - 59 - Niet nodig omdat, als de Stichting Woningbouw Zevenbergen en de bewoners in deze zo langzamerhand als konflikt gegroeide situatie elkaar wat beter hadden kunnen verstaan wellicht samen tot overeenstemming hadden kunnen komen. Dat dit niet mogelijk is gebleken betreuren wij ten zeerste. Naar onze mening was het beter geweest dat van de kant van de woningstichting, vanaf het eerste moment met volledige openheid van zaken en met een opener oor voor de problemen van de bewoners,die nu eenmaal in dit soort situaties altijd ontstaan, zou ziin geopereerd. J In andere situaties is dit wel steeds mogelijk geweest, en het is ons niet dui delijk waarom dit In het onderhavige geval niet mogelijk bleek. Al met al is dat wel de reden geweest dat de 4 frakties van deze raad enige sturing aan dit hele proces hebben willen geven. Een en ander heeft uiteindelijk geresulteerd in een opdracht van de raad aan b. en w., al het mogelijke te doen om sloop van de woningen te voorkomen, of in elk geval de lintbebouwing te herstellen. Aan de orde is dus nu de beoordeling door de raad van de werkzaamheden van b. en w. Allereerst willen wij stellen dat, gezien de gegeven mogelijkheden en beperkin gen, er door uw college in elk geval degelijk onderzoek is verricht. Alle moge lijke varianten zijn onderzocht, ook de mogelijkheden die door de bewoners zijn aangedragen. Zelfs zeer recente regelgeving op dit terrein is door uw college verwerkt. Zonder In dit verband In te willen gaan op alle technische zaken, neergelegd in inmiddels vele rapporten (NCIV, Ministerie, SWZ, gemeentelijke dienst en KOVOS) moeten wij vaststellen dat het door KOVOS opgestelde rapport geen dramatische andere conclusies toelaat dan in eerdere rapportages Is aangegeven. Wij zijn het dan ook eens met uw conclusie dat opknappen of renoveren een onevenwichtige kosten/kwaliteitsverhouding aangeeft. Gevoegd bij het feit dat de Stichting Woningbouw Zevenbergen met dat gegeven niet bereid is deze weg te volgen, moeten wij met u konkluderen dat dit pad onbegaanbaar is. Het alternatief van verkoop aan de bewoners, individueel of kollektief (b.v. stichtingsvorm) achten wij, voor een belangrijk deel om dezelfde reden moeilijk zo niet volstrekt onmogelijk. Onder de gegeven omstandigheden en regelgeving waarbij uw college bij deze va riant terecht van mening is dat de woningen in een redelijke staat dienen te worden overgedragen, of dat een goede woning gerealiseerd wordt, zijn de kosten om daartoe te komen, tesamen met de boekwaarde van de woningen, zo'n f 90.000, per woning. Met alle gekonstateerde onzekerheden zouden wij dit niet serieus kunnen aanbieden. Temeer omdat, naast kosten/kwaliteitsverhouding, ook hier, en daartoe heeft de stichting formeel de mogelijkheid, medewerking van de stichting niet is te ver wachten. Al met al moeten wij, wellicht niet op alle punten, om dezelfde redenen met uw college konkluderen, hoe teleurstellend dat dit voor de huidige bewoners ook zal zijn, dat de genoemde wegen niet haalbaar lijken te zijn.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1990 | | pagina 35