r; - F»-- te praten H^rs^°°rivJ 8aan "et het Lrt- ,vehV°°rs- n 3= rtCteiten dï.*r.d.r 10' X^o^tVer1"' - 2"- -te «neht\XX\nlntnb'SahIkba« "al tI0°000 "3? ™«a»r - 34 - Naar aanleiding van de bezwaarschriften van bewoners van de Achterdijk zegt hij dat het aantal vrachtwagens per dag moeilijk is te kontroleren. Ook dient tege moet te worden gekomen aan hun wens om tijdens bepaalde uren geen aan- en afvoer te doen plaatsvinden. Het lid WIJBENGA-HELMER vraagt nog de aandacht voor de uitoefening van aktivi- teiten van het bedrijf aan de Klundertseweg. Deze veroorzaken een hoop problemen voor de omgeving. Via een grondruil zou dit kunnen worden opgelost. Daarnaast zegt ze dat de akkerbouw onder grote druk staat. Ook in het buitengebied dient werkgelegenheid geboden te blijven. Er dient dan ook een zorgvuldige afweging plaats te vinden en geen premature hartekreten. Het lid WOLTMAN vraagt zich af of de individuele burger voldoende kans krijgt om zich te prepareren op een reaktie. Hij heeft het gevoel van niet. Hij mist de mogelijkheid om naast de juridische kant meer te kiezen voor een andere oplos sing. Kan in de commissie daarover eens nader van gedachten worden gewisseld? Het lid SCHIPPER vindt de verwarring wat groot worden. Het bestemmingsplan is in wezen al een jaar geleden vastgesteld, terwijl er nu wat herzieningen plaatsvin den om tegemoet te komen aan een aantal bezwaren. Het bezwaar van de heer van Muijen betreft in feite een legale situatie, terwijl bij een woongebied aan de Achterdijk een bedrijf kan worden gevestigd. Dat zijn toch kontrasten waar hij mee zit. Aan de andere zijde moet echter vooruitgekeken worden naar bijvoorbeeld de bestemming van landbouwschuren. Indien de omwonenden geïnformeerd zouden worden dat het inderdaad beperkt zou blijven tot 2 vrachtwagens per dag vallen er wellicht een hoop bezwaren weg. Daar zijn echter geen garanties voor. Een stukje gepaste ontwikkeling kan zeker een verbetering zijn voor de agrarische wereld in West-Brabant. Daar zou inderdaad bij het streekplan op teruggekomen moeten worden. Tot slot deelt hij mede dat de zeer strakke regels in het bestem mingsplan Buitengebied hem beangstigen. Hij konstateert dat in buurtgemeenten meer mogelijkheden zijn. Het lid REIJNDERS vindt het van levensbelang dat de gemeente zelf bepaalt hoe het buitengebied er uit moet gaan zien. Het is verre van prematuur om daar nu od in te spelen. F De VOORZITTER deelt mede dat er een aantal belangen op het spel staan, namelijk het algemeen belang en anderzijds dat anderen voldoende tot hun recht kunnen komen. Aan die afweging is naar zijn mening de afgelopen jaren voldoende vorm gegeven. Relatief zijn er dan ook weinig bezwaarschriften ingekomen. Wat betreft het bezwaarschrift van de heer van Muijen zegt hij dat dit duidelijk ongegrond is, hoewel het begrijpelijk is dat hij zijn belangen thans verdedigt. Er zal gestreefd worden naar een oplossing. Bij een bedrijfsverplaatsing zal de rekening echter hoog uitvallen. Inzake de kwestie Achterdijk deelt hij mede dat hier vroeger een agrarisch be drijf was gevestigd. De vestiging van dit afzetbedrijf heeft reeds gespeeld bij de Raad van State. Ook hier is er een bepaalde ontwikkeling waar rekening mee gehouden dient te worden. De aan- en afvoer kan echter in een bestemmingsplan niet geregeld worden, dat zou alleen bij een hinderwetprocedure een rol kunnen spelen. Ten aanzien van de zeer strakke regels is hij van mening dat er in de gemeente nog veel meer plaatsen zijn zoals in de kwestie Haasbeek. Het provinciaal be stuur zal dit zeker niet accepteren. Het lid WOLTMAN zegt dat hij het gevoel heeft dat het voor de individuele bur gers moeilijk is om echt gehoord te worden. De kaarten zijn in feite reeds ge schud. Juridisch is alles prima geregeld en overwegingen kunnen niet meer ge maakt worden. Als gemeente zou je de burger moeten aanhoren, wellicht gegrond verklaren en toch een poging doen om te helpen. Op basis van regels ergens een streep doorheen zetten is zijns inziens niet juist. Er moet meer aandacht worden besteed aan een hoorzitting zodat die zinvol wordt. Dat is hetgeen hii in eer dere instantie bedoeld heeft. Het lid HUIJSSOON is van mening dat de bezwaarden op de hoogte moeten worden gebracht van hetgeen de gemeente van plan is. - 35 - C°"mISSle de orde donder hoofdeliik* „t-~ en wethouders. °g w°rdt besloten conform het voorstel van burgemeester «eb lid BE0EDö!s.DE Bmj„ 1s aktiviteiten over verschillen^'3"6' hetzlJ d°°r tlvIt«iten, hetzij eerenhof, raaar wil het akkommodatiesZi1 steuntg Van de diverse bief besluit te nemen S°ed onderzocht hebb.n ,aktlv"elte„ wn Indien de kinderopvang naar de m volume van de de hoogte hersteld m worclen, dan zal de Dost ree, ontstaan. Wil er Heerenhof In haar h,„af"" "1] BeXt ""«"""l-S bot een bepaal! opnieuw te behïZfLl'T"* ladl" Het lid WIJBENGA-HELMER wü in eXploitatia weer beter ka wor7°S ^lemaal *or de kinderopvang Del m eerSte instantie uitgaan ^vuld. Rijkheid om toeLms»ge g*oeT' ondergebracht® Sn °Pl°SSln« ging, uit naar de P cmavh P te vanSen. Haar voorkeur geb°UW met de moge- Ptima zaak. Ten LnJ/' Het benaderen van alïerïl gaat' gezlen de In bonden aktiviteiten »i Meere*hof merkt 2e on a bedrUven vindt ze efn er binnen L WePlz^nS:inden' Het ZOU «"licht ook nutm' 663 aa°tal "wl" Plaatsvinden, waardoor in .V°°rzleningen in het centrum Zljn °m na te Saan worden bereikt. Wat betreftbesparIngen op het Kebon00"1^3883 kunnen ze aandacht voor de best/atin aaUZien van de omgeving vandT künnen V val een henzetord™ln hat °ad"*oeh klnderop- fijk komt er nog eens de 1°^ 663 belangrljk deel door de^r 'd Stlchtlng °P zijn J lnte"UP"e - —V een notitie Is vastge-

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1990 | | pagina 22