- 17 -
Het lid SCHIPPER deelt mede dat de evaluatie veel te laat is. Hij stelt voor om
jaarlijks een technische inspektie door de gemeente te laten verrichten. Hij
verzoekt de sportadviescommissie om eveneens toezicht uit te oefenen. Over de
reserveringen voor eventueel groot onderhoud door de verenigingen maakt hij zich
zorgen. Deskundige leiding bij het onderhoud is zeker aan te bevelen.
De VOORZITTER zegt dat de beoogde doelen zijn bereikt.
De le en 2e fase is thans definitief afgerond. Het college is voornemens om een
maal per jaar de sportcomplexen te laten bekijken door deskundigen, zowel het
groen als de opstallen.
De sportadviescommissie is z.i. daarvoor niet nodig. Hij zal de leden van de
sportadviescommissie wel vragen of ze, als ze een sportcomplex bezoeken, tevens
dat complex willen bekijken. Het blijft echter een verantwoordelijkheid van het
college
Wat betreft de reserveringen t.b.v. groot onderhoud deelt hij mede dat het
college de verenigingen erop attent zal moeten maken dat ze t.z.t. kapitaals
uitgaven gaven zullen moeten doen.
Met de verenigingen zal daarover zeker moeten worden gesproken.
De opzichter van de buitendienst zal daadwerkelijk gaan aangeven waar de inboet
moet plaatsvinden. Hij zal daarbij de nodige richtlijnen geven. Wel zal het
college de verenigingen erop wijzen, dat het een taak van de vereniging is om
het groen verder in stand te houden. Hij voelt er niets voor om volgend jaar
weer de opzichter erop af te sturen met inboetmateriaal
Hij is niet voornemens om opnieuw te gaan evalueren. Het is thans de taak om de
zaken lopende te houden.
Het lid KRAMER wil benadrukken dat de gemeente tijdig aan de verenigingen moet
meedelen wanneer men komt. Bij verenigingen moet men daar uiteraard rekening mee
kunnen houden. Tevens is een snelle terugkoppeling naar de verenigingen vereist
indien iets wordt geconstateerd.
Het lid VAN AART is van mening dat het inboetmateriaal jaarlijks aan de vereni
gingen beschikbaar moet worden gesteld. Dat geeft de nodige zekerheid. Daarnaast
informeert hij naar een soort fondsvorming bij de gemeente voor eventuele
calamiteiten. Daarop zou nog eens teruggekomen kunnen worden.
Het lid SCHIPPER vindt het een goede zaak dat een bericht aan de verenigingen
wordt verstuurd over wat er besloten is en waarop de verenigingen kunnen terug
vallen. Eveneens zou bezien kunnen worden of fondsvorming binnen de gemeente
noodzakelijk is.
De VOORZITTER antwoordt dat elk najaar de stand van zaken zal worden opgenomen,
dit in overleg met de vereniging. Dat zal schriftelijk worden medegedeeld. Ook
hetgeen thans is besproken zal schriftelijk worden medegedeeld.
Fondsen zijn niet gereserveerd. In het beleidsakkoord is afgesproken dat er een
notitie zou komen over financiering etc.
Dit jaar zal een aanzet gegeven worden tot sanering van de begroting. Reserveren
van een fonds zou betekenen dat nog meer andere fondsvoorzieningen zouden moeten
worden gedaan. Hij benadrukt dat die algemene financièle discussie moet worden
afgewacht
Een noodzaak tot reservefondsvorming is er niet.
Hij blijft op het standpunt om de inboet ëënmalig aan de verenigingen te geven.
Om dat in de komende jaren te doen is niet noodzakelijk.