r
I f
- 142 -
Hij vindt het jammer dat geen antwoord gegeven kan worden op zijn vraag hoeveel
arbeidsplaatsen in Zevenbergen aanwezig zijn. Dat inzicht is naar zijn mening
noodzakelijk.
T.a.v. de verkoop van bedrijfsterreinen is hij van oordeel dat er slechts ver
plaatsingen van Zevenbergse ondernemers hebben plaatsgevonden. Het driesporenbe-
leid voor de toekomst is voor hem te vaag. Er wordt geen goede lering getrokken
uit het verleden.
Het lid WOLTMAN stelt vast dat het contact met de bestaande bedrijven in
Zevenbergen nog niet helemaal goed functioneert, dan wel actiever moet worden
aangepakt. De gevoelens van het bedrijfsleven moeten voortdurend getoetst
worden. Het doen oprichten van een commissie economische zaken is naar zijn
mening erg waardevol.
Hij hoopt dat door deze nota inderdaad het beleid voor de toekomst zal worden
aangepakt.
De VOORZITTER antwoordt dat de nota een evaluatie is van de werkgelegenheidsnota
1983. Die evaluatie is door de raad gevraagd.De ontwikkelingen binnen de
gemeente en op landelijk niveau zijn hierin aangegeven. De conclusie die het
college eraan verbindt is dat op dezelfde weg moet worden verder gegaan.
Het contact met de Zevenbergse bedrijven is alleszins goed. Van daaruit kan de
mond-reklame positief werken. Hij zegt toe de gemaakte conclusies uit te diepen
en is er voorstander van daarover in de commissie in de toekomst nader van
gedachten te wisselen.
Hij zegt verder dat het éénloketsysteem inhoudt dat de betreffende ambtenaar de
hele zaak coördineert. Dit gebeurt allemaal op een zo snel mogelijke manier.
Wat betreft de suikerfabriek deelt hij mede dat de xanthaan-verwerking niet in
Zevenbergen zal gaan plaatsvinden. Een rapportage heeft uitgewezen dat hiervoor
in Zevenbergen geen grote toekomst zou zijn weggelegd. De suikeropslag blijft
wel. Voor de overige gebouwen en gronden wordt emplooi gezocht. Wat betreft de
vraag wat daar mag gaan gebeuren moet de provincie nog een standpunt innemen.
Het zal hindercategorie 3 zijn met in bepaalde gevallen vrijstelling naar cate
gorie 4. Hierover zijn de nodige contacten.
Ten aanzien van de verfijnde indeling t.a.v. de hinderwet-categorieën is hij
van mening dat dit geen consequenties heeft voor bestaande bedrijven. Op de
vraag m.b.t. de grondaankoop in Zwanengat deelt hij mede dat het de kwestie
Nollen-Mulders betreft.
Hij zegt verder dat niet alleen met het I.K.Z. contact wordt onderhouden, doch
ook met de niet daarbij aangesloten bedrijven.
Hij constateert dat het R.W.I. thans in opbouw is. De contacten van Zevenbergen
met het R.W.I. zijn goed. Voor het R.W.I. zijn er naar zijn mening zeker moge
lijkheden in de toekomst. Wat betreft het aantal arbeidsplaatsen in de gemeente
Zevenbergen deelt hij nog mede dat dit niet exact kan worden aangegeven. Dit
exact bijhouden zou teveel geld kosten. Het R.W.I. is bezig met een bedrijven-
register
Het lid SCHIPPER vraagt wat het college verder denkt te gaan doen. Wat is het
beleid?
Het lid DE HAAS mist eveneens de toekomstvisie. Zelf is hij van mening dat de
verbindingen met de Randstad optimaal moeten worden. De gemeente zal zich daarop
moeten richten. Het driesporenbeleid leidt niet tot uitbreiding van de
werkgelegenheid in Zevenbergen. Het beleid zal dan een andere richting in moeten
gaan.