- 138 -
Hij heeft er behoefte aan om tevens uitvoeriger te discussiëren over het
organisatieplaatje dat bij het totale plan hoort.
Het lid DE HAAS kan zich voorstellen dat in dit plan geen bezuinigingen zijn
opgenomen. Die zijn niet nauwkeurig te berekenen.
De inhoud van het plan zit technisch goed in elkaar. De kwaliteit van de admini
stratieve organisatie zal zeker sterk verbeteren. Daaruit zullen zeker besparin
gen voortkomen die thans nog niet berekend kunnen worden.
Het lid SCHIPPER blijft erbij dat er besparingen mee gerealiseerd moeten worden.
Ook de kwaliteit zal moeten verbeteren, hetgeen zeker zal gebeuren. Hij is ervan
overtuigd dat de automatisering van de bevolkingsadministratie en de onroerend
goedbelasting besparingen zal moeten opleveren.
Het lid REIJNDERS is van mening dat de evaluatie niet alleen op de financiële
zijde betrekking zal moeten hebben. De elementen dienstverlening, efficiëncy,
privacy en personele consequenties zullen ook moeten worden bezien.
De VOORZITTER handhaaft het voorstel tot het voteren van een totaal krediet.
Hij herhaalt dat er zeker zal worden geëvalueerd.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester
en wethouders.
6. Voorstel tot vaststelling van een
verordening ter regulering van het
aantal speelautomaten.
Het lid REIJNDERS stemt in grote lijnen in met het te voeren beleid. Hij onder
schrijft het standpunt om geen automatenhallen toe te staan. Het aantal van
maximaal 3 speelautomaten is betrekkelijk willekeurig, doch wel goed hanteer
baar. Hij heeft wel moeite met de leges. De motivering van kostendekkendheid
overtuigt hem niet. Hij vindt het billijk om het profijtbeginsel hier toe te
passen. Voor de behendigheidsautomaten is naar zijn mening een eenheidstarief
van f 125,voldoende, ongeacht het aantal automaten met een maximum van 3.
Mocht dat juridisch onmogelijk zijn, dan is hij er voorstander van om de behen
digheidsspelen vrij te stellen van de vergunningsplicht, doch te volstaan met
een meldingsplicht.
Het lid SCHIPPER is eveneens van mening dat de speelautomaten in 2 groepen
moeten worden verdeeld voor wat betreft de leges. Zijn voorstel komt overeen met
dat van de vorige spreker.
Het lid DE HAAS vindt het voorstel een ongenuanceerd streven naar meer inkoms
ten. Hij vraagt zich af of er wel een verordening nodig is. Ook de leges vindt
hij hier zeker niet terecht. Daarnaast moet er verschil worden gemaakt tussen
behendigheidsspelen en kansspelen. Wat hem betreft moeten behendigheidsspelen
buiten de legesheffing blijven. Tot slot deelt hij mede dat het maximeren van
het aantal automaten per inrichting hem te ver gaat.
Het lid WOLTMAN merkt op dat in het voorstel gesproken wordt over het beschermen
van de sociaal-zwakkeren in de samenleving. Het is merkwaardig dat dit soort
argumenten wordt ingebracht. Hij is van mening dat de leges voor kansspelen niet
hoog genoeg kunnen zijn, de leges voor behendigheidsspelen moeten echter terug-