-Hl- Mijnheer de voorzitter, dames en heren, leden van de gemeenteraad, genodigden en overige aanwezigen. Ik dank u voor uw vriendelijke woorden. Het is voor mijn echtgenote en mijzelf in meerdere opzichten een bijzondere dag vandaag Dat geldt in het bijzonder omdat het afleggen van de belofte kan plaatsvinden in aanwezigheid van een aantal genodigden, aan wie ik in hoge mate het bereiken van deze plaats te danken heb. Daarbij denk ik niet alleen aan mijn echtgenote, zonder wie ik deze plaats nimmer zou hebben bereikt, maar ook in hoge mate de wederzijdse ouders. Daarnaast wil ik toch ook graag memoreren dat zij die mij in dit vak wegwijs hebben gemaakt, ook aanwezig kunnen zijn. Bijzonder is deze dag ook, omdat dit de afronding is -geachte leden van de gemeente- raad- van uw besluit dd. 26 mei 1987 om mij middels een unaniem besluit, uw ver trouwen te geven om dit ambt te mogen gaan vervullen. Voor dit vertrouwen zeg ik u dank. Natuurlijk uw verwachtingen zijn hoog gespannen. «P Evenzeer zijn dat mijn verwachtingen t.a.v. deze gemeente en haar bestuur. Wellicht zult u zich afvragen waarom ik dit zo formuleer. Misschien mag ik me veroorloven u dit uit de doeken te doen. Zowel uw raad, als het college, als het ambtelijk apparaat, waarvan ik de direkteur mag zijn, hebben gezamenlijk één doel voor ogen, te weten het belang van de Zeven- bergse gemeenschap zo optimaal mogelijk dienen (Wij vergeten dat wel eens in het heetst van de strijd). Het is niet eenvoudig in deze tijd, want er zijn nogal wat spanningsvelden. Ik noem u er enkele: - voortschrijdende democrotisering (wanneer is het genoeg?); - toenemende mondigheid van de burger; (het einde is nog niet in zicht); - financiële aanslagen van het rijk op de gemeente; gelukkig is er inmiddels wel een convenant tussen rijk en gemeente, maar soms lijkt het toch te veel voor te komen dat op dit terrein het rijksbloed kruipt waar het niet gaan mag. Toch kunnen wij constateren dat deze met elkaar botsende krachten ieder vanuit een bepaalde invalshoek, opkomen voor de belangen van dezelfde -in dit geval- Zevenbergse gemeenschap. Sommigen zeggen wel: Hoe krijgt een mens het in zijn hoofd gehaald om zo'n hondebaan te ambiëren. Zo erg is het natuurlijk niet, want zoals gezegd, wij streven met elkaar naar hetzelfde doel. In dat opzicht wordt er veel gevraagd van alle partijen om een goede harmonie van samenwerken te vinden; respect voor elkaar en de invalshoek die men kiest om een probleem nader te beschouwen. Daar ligt dan ook de sleutel voor oplossingen. Dat vereist tenminste van een ambtelijk apparaat een gezond gevoel voor relati vering van problemen en een grote mate van objectiviteit t.a.v. de problematiek die onder handen is. Ik prijs mij gelukkig met datgene wat u al bekend was, n.l. een ambtelijk apparaat dat oog heeft voor die nodige objektiviteiten en zeer gekwalificeerd. In dat verband herinner ik me de méér dan indringende vragen van de medewerkers, in de 2e ronde, hoe ik zou staan t.o.v. de politiek. Zou ik wel voldoende objec tief zijn voor allen en niemand'voortrekken! Voor mij het beste bewijs hoe kwaliteitsbewust het ambtelijk apparaat, mijn mede werkers dus, in deze gemeente denken. -112- In meerdere opzichten overigens is mij dat duidelijk geworden. Zo heb ik b.v. al kunnen constateren dat de bezetting van dit apparaat bepaald niet aan de ruime kant is. Temeer een bewijs dat men qua produktiviteit goed scoort. Vanuit deze gezamenlijke doelstelling en met dit zo uitstekend geëquipeerde ambtelijk apparaat, komen de problemen van deze tijd op ons af. Zij vergen veel inventiviteit en vooral de voortgaande bezuinigingen vereisen een oog voor bedrijfsmatig optreden van een gemeente en een toenemende mate van efficiency en effectiviteit. Laatstgenoemde onderdelen worden niet alleen verlangd van het ambtelijk apparaat maar ook van u als bestuur. Of we nu praten over de raad of het college dan wel de commissies; zonder de democratie geweld aan te doen zullen we samen toch oog moeten hebben voor het op een zo doelmatig mogelijke wijze realiseren van de ge stelde doelen. Dat vereist voor ieder van ons een kritische aandacht voor ons werk, zowel voor een ambtelijk apparaat als ook voor u als bestuurder. Het vraagt van u een aanpak op hoofdzaken, daarbij ruimte latend voor delegatie aan b.v. college of ambtelijk apparaat. Qngekeerd vereist het ook enige ruimte voor de positie van de portefeuillehouders. In het door mij gememoreerde krachtenveld nemen zij een bijzondere plaots in. Zij worden op de huid gezeten door het bestuur -in dit geval de raad- maar ook door het electoraat, de kiezers, die in toenemende mate de gekozenen aanspreken op daden Als ambtelijk apparaat dient hiervoor voldoende aandacht te zijn, zonder dat dit mag leiden tot inefficiënt of ineffectief werken door die ambtenaren. Naar ik heb begrepen dienen wij met elkaar hiernaar in de nabije toekomst eens goed te kijken. Gaarne spreek ook ik daarbij het vertrouwen uit dat de dialoog met het college er een zal zijn van openheid. Dat sluit dan ook goed aan bij mijn lijfspreuk: "Openheid kweekt teamgeest" en met een goede teamgeest kunnen de gezamenlijke belangen adequaat worden benaderd. Mijnheer de voorzitter, met u hoop ik spoedig een tandem te kunnen vormen. Het is genoegzaam bekend dat de invulling van uw en mijn ambt in hoge mate bepaald wordt door de personen in kwestie en hun karakters. Wij zijn beiden, ieder op ons eigen terrein, direkteur; u van het politieke toneel en ik van de ambtelijke poppenkast. Graag zeg ik u mijn medewerking toe opdat deze beide onderdelen een twee-eenheid kunnen blijven in open vertrouwen naar elkaar en met respect voor ieders verant woordelijkheid Een secretaris van een gemeente, geachte leden van de gemeenteraad, is niet alleen de secretaris van de burgemeester, het college en de diverse commissies, maar hij is dat evenzeer voor u als gemeenteraad. U bent -en blijft dat in versterkte mate ook in de nieuwe gemeentewet straks- het hoofd van de gemeente. Ook van u mag ik de gemeentesecretaris zijn. Tijdens de sollicitatiegesprekken heb ik u daar nog eens op geattendeerd. Bewust,mag ik u wel zeggen, omdat er altijd raadsleden zijn die dat ontgaat. Als zodanig zal mijn deur dan nadrukkelijk ook voor u -leden van de gemeenteraad open staan. Het spreekt voor zich dat dit niet bedoeld is om iets anders te doen dan de lijnen van het collegebeleid mede uit te dragen. Het spreekt evenzeer -zo niet nog meer- voor zich, dat daarbij objectiviteit en evenwichtigheid naar alle raadsleden, ongeacht haar of zijn politieke kleur in acht genomen zal worden. Maar dat neemt ook niet weg dat adviezen in objectieve zin van algemene of speci fieke aard graag verstrekt kunnen worden.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1987 | | pagina 63