- 81 -
11. Voorstel tot het vaststellen van de
exploitatievergoeding als bedoeld in
artikel 101 van de Lager-onderwijs-
wet 1920 ten behoeve van het bijzon
der lager onderwijs over het tijdvak
1 januari 1985 tot en met
31 juli 1985.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
11a. Voorstel tot het in principe beslui
ten tot aanleg van een recreatief
fietspad op de Markdijk tussen het
naturistenterrein en Zwartenberg.
Het lid VROLINGS zegt dat in het voorstel niets staat vermeld over een
recht van overpad voor gebruikers van de aangrenzende landbouwgronden. Hij
vraagt of het fietspad niet binnen afzienbare tijd zal worden stukgereden door
het landbouwverkeerDat zal een groot bedrag aan jaarlijks onderhoud kosten.
Hoe denkt het college het probleem van het verkeer op te lossen? Tot slot merkt
hij op dat de post onvoorzien in een vrij vroeg stadium reeds met f 35.000,
wordt verminderd
Het lid JANSSON is eveneens van mening dat de financiering van het krediet
niet plaats moet vinden via de post onvoorzien. Hij zou daarvoor te zijner tijd
graag een nader voorstel tegemoet zien.
Het lid SCHIPPER zegt dat er eerst helderheid moet zijn over een aantal
zaken voordat er een principe-besluit wordt genomen, met name de rechten van de
landbouwers en de toekomstige onderhoudskosten. Ook wil hij nog geen uitspraak
doen over de financiering van het fietspad.
Het lid VAN HAM vindt het ook prematuur om het grootste deel van de post
onvoorzien daarvoor te bestemmen.
Wethouder KRIJNEN-B00T stelt voorop dat het gaat om een principe-besluit.
Wordt nu niet positief gereageerd, dan gaat het fietspad voorlopig zeker niet
door en komt Zevenbergen onderaan de lijst bij het Stadsgewest. Er zijn daar
naast een drietal rechten van uitweg. Dit is door de Grondmivj ook bekeken. Deze
acht het, in overleg met de betrokkenen, mogelijk om tot een goede oplossing te
komen. Dit zal zeker niet hoeven te leiden tot grote onderhoudskosten.
Zij deelt verder mede dat het college toch vasthoudt aan de afspraak dat
geen lasten vooruit worden geschoven. Thans wordt echter slechts een principe
besluit genomen. In de commissie kan dit te zijner tijd nader worden besproken.
De VOORZITTER voegt hieraan toe dat er thans nog geen krediet wordt gevo
teerd. Wel blijft het college van mening dat het bedrag in één keer moet worden
afgeschreven. Hierover zal echter nader beraad worden gepleegd.
Het lid JANSSON merkt op dat de post onvoorzien nooit is genoemd in relatie
tot investeringen uit vorige jaren. Eventuele alternatieven zouden dan nog voor
af worden besproken.
Het lid SCHIPPER vraagt of het voorstel tot financiering derhalve wordt
ingetrokken.
De VOORZITTER zegt dat daarmee later zal worden teruggekomen.
Het lid VAN HAM informeert op wat voor wijze dat zal gebeuren.
De VOORZITTER deelt mede dat daarover in de commissie overleg zal worden
gepleegd.
- 82 -
Het lid VROLINGS is van mening dat de juridische status in het kader van de
Wegenverkeerswet goed in ogenschouw genomen moet worden. Er zijn straks 2 typi
sche verkeersstromen op een fietspad. Dit zal goed moeten worden bezien.
Het lid W0LTMAN vraagt of het principe-besluit nog kan worden beïnvloed.
De VOORZITTER zegt dat slechts de vraag aan de orde is of de raad bereid is
om medewerking te verlenen aan de aanleg van het fietspad. Indien de raad daar
toe besluit zal het college later terugkomen met een nader voorstel tot het
voteren van een krediet.
Wethouder KRIJNEN-BOOT zegt dat de technische uitvoering in overleg met de
betrokkenen zal plaatsvinden. Dit zal ook allemaal aan de raad worden voorge
legd.
Het lid SCHIPPER is van mening dat een principe-besluit zwaar moet wegen.
De financiële middelen zullen derhalve ook opgebracht moeten worden.
Het lid VAN HAM zegt bereid te zijn medewerking te verlenen aan het fiets
pad, maar de post onvoorzien is daarbij niet in beeld. In dat geval zal de
P.v.d.A.-fraktie tegen het voorstel zijn.
De VOORZITTER zegt dat met een nader voorstel tot financiering naar de raad
zal worden gekomen, evenals met een nadere uitwerking van de uitritten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
12. Voorstel tot het voteren van een
krediet ten behoeve van de aanschaf
van een traktor voor de dienst ge
meentewerken
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
13. Voorstel tot wijziging van de Markt-
verordening
Het lid HUIJSSOON merkt op dat de marktverordening nog geen jaar geleden is
vastgesteld. Nu komt er reeds een wijziging. De aangevoerde argumenten vindt hij
echter niet reëel. De geloofwaardigheid van de marktverordening wordt naar zijn
mening geweld aangedaan door deze wijziging.
Het lid KRAMER vindt het een lachwekkende vertoning. Het geheel wordt door
hem als onzorgvuldig bestuur gekwalificeerd. Nu blijkt dat om een aantal argu
menten de verordening gewijzigd moet worden. De kontrole op de verkooptijden is
naar zijn mening ook heel slecht. Op Koninginnedag heeft hij zelf gekonstateerd
dat er reeds om 11.00 uur werd verkocht. Dit is niet te aksepteren.
Hij deelt daarnaast mede dat ook het innemen van standplaatsen in de ge
meente erg uit de hand loopt. In Zoetendaal worden 6 a 7 parkeerplaatsen in
beslag genomen. Tevens vindt hij de circus-zaak een doorn in het oog.
Wethouder VAN DE WETERING bestrijdt de opmerking dat er niet wordt gekon-
tröleerd op de markt. De opzet op de markt funktioneert uitstekend. De markt
kooplui houden zich aan de verkooptijden. Omdat er een aantal redenen zijn wil
het college thans afwijken van de aanvangstijd van de weekmarkt. Deze argumenten
zijn voor het college wel relevant.
Het lid HUIJSSOON blijft van mening dat de verordening ongeloofwaardig
wordt gemaakt indien er nu reeds een wijziging in wordt aangebracht.
Het lid KRAMER zegt bereid te zijn om een vrije donderdag te nemen om zelf
ter plaatse te kontröleren.