- 2 -
Trouwens ook de bestrating in de bebouwde kom laat nogal eens te wensen over,
waarbij vraagtekens te plaatsen zijn bij de keuze van de lokaties waar wordt
herbestraat.
Recent landelijk onderzoek heeft uitgewezen dat vele rioleringen in zeer slechte
staat verkeren. Wat staat ons wat dit betreft in Zevenbergen te wachten? Blank
staande brandgangen geven ons wel reden tot twijfel.
De wijze waarop u middels kostenraming en fasering inhoud geeft aan onze be-
leidsuitangspunten voor de jaren 1986-1990 maakt geen bijster overtuigde, laat
staan overtuigende indruk, hoezeer ook de aanzet tot beleidsvorming te prijzen
valt. Een groot aantal doelstellingen moet het voor wat betreft de fasering met
een veelzeggend "puntje, puntje, puntje" doen.
Over de invulling van de kostenramingen zwijgen we dan nog maar.
Wij realiseren ons overigens dat we deze diskrepantie niet zonder meer op uw
konto mogen schrijven, doch dat wij ons kennelijk ook dienen te bezinnen op de
blijkbaar nogal pretentieuze wijze waarop wij van die deftige "regeerakkoorden"
menen te moeten maken. Bovendien zult u ons wellicht tegenwerpen dat vele be
leidsuitgangspunten zich eenvoudig niet laten faseren, doch reeds onderdeel van
beleid uitmaken of dat zullen gaan uitmaken. Maar ook in dat geval had een wat
nadrukkelijker en konkreter omarming uwerzijds van het akkoord niet misstaan.
Een van de voorbeelden van een wat al te luchthartige interpretatie van de be
leidsuitgangspunten is hetgeen u stelt over punt nummer 7 ten aanzien van de
toekomstige struktuur van Moerdijk. Een zaak van levensbelang voor onze gemeen
te, waarvoor wij ook reeds in de raadsvergadering van december aandacht vroegen.
Blijkens uitlatingen van IHM-voorzitter F. de Jong wordt er binnen het dagelijks
bestuur van het schap serieus over gedacht om niet alleen Hooge en Lage Zwaluwe,
dat daarom heeft gevraagd, maar ook Breda en Zevenbergen aftocht te verlenen.
Het zal echter bepaald geen vrije aftocht zijn, zoveel is wel duidelijk. Het
voortouw in deze zou in handen van de provincie worden gelegd. Wij hopen dat u
spoedig een fundamentele diskussie binnen onze raad wilt initiëren.
De naderende wijziging van de Wet Gemeenschappelijke Regelingen heeft niet al
leen gevolgen voor Moerdijk. Onder meer ook voor het StreekarchivariaatWij
mogen de besluitvorming in dit soort kwesties niet op ons af laten komen.
Op het gebied van milieutechnische samenwerking is het al niet anders. Binnen
kort horen we of er dan toch nog een samenwerking binnen het stadsgewest moge
lijk is. Dat klinkt ons als muziek in de oren.
Wij zijn altijd voorstander geweest van een gedifferentieerde aanpak op het
gebied van milieu. Caldic en Suiker Unie vragen nu eenmaal een heel andere bena
dering dan een cafetaria of een boerderij. Gelukkig komt de regering ons hierin
nu tegemoet met een algemene regelgeving die voor de kleinere bedrijven een
aanzienlijke vereenvoudiging biedt en aan ons als lagere overheid een belangrij
ke ontlasting. Een deel van onze pijn met de dolgedraaide TMD lijkt daarmee ook
weggenomen. Die bestond immers juist uit de onevenredige lasten voor de kleine
zelfstandigen, die nauwelijks hinder veroorzaken. Wij vinden dat we er dan ook
terughoudend mee moeten zijn om nu weer voor de horeca een uitzondering te ma
ken. Vanzelfsprekend moet lawaai-overlastzeker waar die per definitie groten
deels in de avonduren plaatsvindt, worden tegengegaan. Maar om daar nu een soort
speerpuntbeleid van te maken lijkt ons niet nodig. Wellicht kan een eerste ronde
voor bedrijven, waarvan bekend is dat ze overlast veroorzaken, voorlopig vol
staan. Sprekend over milieu verheugt het ons dat u onze suggesties ten aanzien
van compostering en recycling uit de begrotingsbehandeling van vorig jaar zo
snel hebt overgenomen.
Onze fraktie is kontent over de vorderingen in het Centrumplan zowel ruimtelijk,
stedebouwkundig als financieel. Uw voortvarende beleid in deze werpt duidelijk
vruchten af. Maar, u signaleert dat ook zelf andermaal, het accent op het Cen
trum heeft onmiskenbaar gevolgen op andere delen van de gemeente, met name Lin-
donk. Wat is er tot op heden terechtgekomen van onze afspraak dat grond, die we
tien jaar niet nodig hebben, wordt verkocht? En tot welke financiële consequen
ties heeft dat geleid en zal dat, voorzover te overzien, nog leiden?
De ontwikkeling van de werkgelegenheid, hoewel nooit volkomen naar wens, stemt
ons tot enige tevredenheid. U maakt in dit kader ook gewag van de in 1986 in
gang gezette acquisitiecampagne. Kunt u ons zeggen welke aktiviteiten u exakt
hebt ondernomen en tegen welke kosten?
Hebt u aanwijzingen dat de jongste resultaten een direct gevolg zijn van deze
campagne, van de verlaging van de grondprijs, dan wel van andere faktoren?
Ons pakket voortgezet onderwijs wordt er niet breder op. Een groot deel van de
schoolgaande jeugd reist dagelijks per trein naar Oudenbosch of Roosendaal. Dat
leidt nogal eens tot krankzinnige taferelen op het station. Ziet u kans een wat
adequater aanbod van treinen bij de NS te bepleiten? Hetzelfde geldt, zij het in
mindere mate, overigens voor de BBA in de relatie met Breda.
De ontwikkeling van de basisedukatiezoals die zich voor de jaren na 1988 afte
kent, baart om meerdere redenen zorgen. Wij zullen aan pijnlijke keuzes ten
aanzien van prioriteiten in het welzijnsveld trouwens hoe dan ook niet ontkomen.
Wij hopen dat u, om de pijn enigszins te verzachten of in elk geval te delen,
voortvarend zoekt naar een breed draagvlak. Alleen al in het personele vlak
reikt een door meerdere gemeenten gezamenlijk gehanteerde polsstok nu eenmaal
verder. Juist met een zo uitgedund budget moet de kwaliteit van de zorg meer dan
ooit bepalend zijn.
Wij zullen ons er op moeten voorbereiden dat gebouw 't Hoekske in de nabije
toekomst minder gebruikt zal worden. Dat komt wel bijzonder slecht uit. Want het
overzicht dat u geeft van de binnenkort vrij komende gebouwen is toch al niet
volledig naar ons inzicht. Immers, ook het oude gemeentehuis is nog deels onbe
zet en naar onze informatie zal ook het Koetshuis binnenkort beschikbaar komen.
Daarnaast is er nog een bijna schrikbarend aanbod aan niet-gemeentelijke gebou
wen in aantocht, zoals het oude postkantoor, de christelijke mavo, het landbouw-
konsulentschaphet PNEM-kantoorde Rabo-bank en wellicht ook nog het politie
bureau. De hemel beware ons voor een toekomstige opheffing of verplaatsing van
het kantongerecht.
Deze levensgroot op ons afkomende problematiek vergt een gedegen beleid. Met
hap-snap oplossingen komen we er niet uit. Bovendien ligt dan willekeur in de
relatie met aspirant-kopers of huurders) op de loer. Wij hebben geen behoefte
aan uitputtende inventarisatienota's op dit punt, maar we vinden wel dat u een
bepaalde gedragslijn moet uitstippelen en ter discussie stellen
Uw pogingen om de kwaliteit van de ontvangst van de Duitse t.v. te verbeteren en
tevens de ontvangst van de B.B.C. mogelijk te maken, juichen wij van harte toe.
We kunnen onze burgers nauwelijks aandoen alleen de uitheemse pulp door te ge
ven. Maar in het verleden hebben wij steeds begrepen dat ontvangst van de B.B.C.
een nogal dure aangelegenheid zou zijn. Is dat een misverstand of is daarin iets
veranderd dat u dit weer ter sprake brengt?
Overigens, hoe staat het er financieel met onze CAI voor? De grote verbeterings-
en uitbreidingsoperatie van de afgelopen jaren hebben wij zonder tariefsverho
ging kunnen volvoeren. Dat was echter mede te danken aan de buitensporige aan-
sluitprijs van 1.500 gulden die wij in rekening brengen. Een prijs, waarover men
in andere gemeenten schande spreekt. Uit oogpunt van rechtsgelijkheid is verla
ging nauwelijks te overwegen. Maar wij gaan er wel van uit dat verhoging van het
nog betrekkelijk bescheiden maandtarief ook in de komende jaren uit den boze
blijft.
Wat is uw bedoeling met welstand? Wij zien een duidelijk voorstel van uw kant
graag tegemoet. Wat ons betreft in elk geval geen Belgische toestanden in Zeven
bergen. Anderzijds moet het in de toekomst niet meer nodig zijn om voor elke
dakkapel of vogelkooi naar een Bredase commissie te stappen. Ook hier moet een
afgewogen regeling voor zware en lichte gevallen, naar analogie van de herziene
hinderwetregelgeving, mogelijk zijn.
Het beleid ten aanzien van de sport is her en der aan een zekere herwaardering
toe. Waar het om subsidies gaat, geldt dat overigens niet alleen voor de sport.
Het tot in lengte van jaren klakkeloos bevriezen van subsidies is eigenlijk maar
een zwaktebod. We zouden waar nodig best opnieuw moeten durven wegen.
