-120- Na enige diskussie wordt dit voorstel in stemming gebracht. De schriftelijke stemming heeft tot resultaat: 13 vóór en 3 tegen, zodat het voorstel is aangeno- Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 5. Voorstel tot het voteren van een krediet in verband met buitengewone aflossing van een vaste geldlening. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 6. Voorstel tot vaststelling van een nieuwe inspraakverordening en tot intrekking van de bestaande "Verordening op de inspraak procedures". De VOORZITTER deelt mede dat in de commissie ten aanzien van deze ver- 0 ordening een paar vragen zijn gesteld met betrekking tot artikel 7i lid 2 en 3. Het gegeven antwoord is echter niet geheel juist. Hij zegt dat het eindverslag een objektieve weergave van de standpunten van de insprekers zal bevatten. In een apart raadsvoorstel zal worden vermeld, wat met die standpunten zal worden gedaan. Met betrekking tot artikel 7, lid 3 deelt hij mede dat de resultaten ter kennis van de raad worden gebracht. Deze stukken liggen ter inzage en zijn dus openbaar. Het lid REIJNDERS is van mening dat de uitvoering in de praktijk in deze het belangrijkste is. Verder heeft hij geen opmerkingen. Het lid VAN BEZUIJE vraagt in hoeverre het in de verordening vast ligt dat de motivatie in het raadsvoorstel tot uiting moet komen. Als dat echter wordt bevestigd, gaat hij er alsnog mee akkoord. Hij is daarnaast van mening dat het verslag aan de insprekers moet worden verzonden. De VOORZITTER antwoordt op de eerste vraag bevestigend. Hij zegt toe dat het voorstel gemotiveerd zal zijn. De 2e vraag stuit echter op praktische bezwaren. Intern zal dit alsdan worden bekeken. Geïnteresseerden kunnen echter kennisnemen van het raadsvoorstel. Het lid MAKKINK steunt de opmerking van het lid Van Bezuije om de insprekers het verslag toe te zenden, indien het betreft één of enkele kleine groepen van f|) insprekers. Het lid SCHIPPER is van oordeel dat de invulling per geval bekeken dient te worden. Ook hij heeft geen bezwaar tegen toezending van het verslag, indien het een kleine groep insprekers betreft. De VOORZITTER doet de toezegging om dit van geval tot geval te bekijken, waarmede het lid Van Bezuije instemt. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7. Voorstel tot aanbieding van de ontwerp begrotingen voor het jaar 1985 benevens tot aanwijzing van de leden in de desbe treffende raadsafdelingen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. -121- 7a. Voorstel tot het opnemen en uitzetten van liquide middelen en het aangaan van vaste geldleningen in het jaar 1985. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 8. Voorstel met betrekking tot de ontwerp begrotingen 1985 van het Stadsgewest Breda. Het lid SCHIPPER vraagt of mededeling gedaan kan worden ten aanzien van het standpunt van Breda op dit moment. Daarnaast vraagt hij of het college in het Stadsgewest kenbaar zal maken dat de maatregelen niet moeten leiden tot verhoging van de bijdragen van de deelnemers. Het lid MAKKINK vindt het jammer dat alleen ojx-de gezondheid wordt bezuinigd. Hij vraagt om ten aanzien van het voortbestaan van het Stadsgewest in commissie-verband daarover te blijven spreken, zodat de raad deze hele zaak kan blijven volgen. Het lid REIJNDERS vraagt te willen bevorderen dat het baarmoederhals- kankeronderzoek zodanig blijft gebeuren dat alle vrouwen worden bereikt en dit ook in Zevenbergen te laten plaatsvinden. Hetzelfde geldt ook voor de sportkeuringen De VOORZITTER antwoordt dat de besprekingen met betrekking tot de kwestie Breda op een einde lopen. Op 22 februari 1985 zal in de Stadsgewestraad een uitvoerige diskussie hierover plaatsvinden. Het komt erop neer dat Breda een belangrijkere stem wil hebben in de Stadsgewestraad. Het inwoneraantal zou bepalend moeten zijn voor de waarde van de uit te brengen stemmen. Dat zou echter betekenen dat Breda, Oosterhout en Etten-Leur samen de volledige meerderheid zouden hebben. Daarnaast wil men afschaffing van het veto-recht en eveneens meer invloed in de bestuurscommissies. Het dagelijks bestuur heeft op 10 december j.l. hierop reeds gereageerd. De uitslag van de diskussie op 22 februari 1985 moet echter worden afgewacht. Hij deelt vervolgens mede dat het baarmoederhalskanker-onderzoek in beperkte mate zal doorgaan. Tegen een bepaald tarief kan een onderzoek plaats vinden. Het is de bedoeling om de vrouwen daarvoor aan te schrijven. Het lid MAKKINK. vraagt nogmaals nadrukkelijk met welke informatie de vertegenwoordiger van de raad naar de diskussie gaat. Daarom dient in een commissievergadering met elkaar daarover een diskussie plaats te vinden, en zodoende uiteindelijk een gedachtenwisseling in de raad. De VOORZITTER zegt toe in de commissie daarover te zullen terugkomen. Dit zal tijdig gebeuren voordat dit op 22 februari 1985 aan de orde komt in de gewestraad. Wethouder VAN DE WETERING deelt mede dat geprobeerd zal worden om keuringen te handhaven in Zevenbergen, zowel het baarmoederhalskankeronderzoek als de sportkeuringen Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 9. Voorstel tot aanvaarding van schenking afkomstig van het bouwbedrijf EBA te Oudenbosch. De VOORZITTER deelt mede dat hierover overleg zal worden gepleegd met de buurt. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1984 | | pagina 63