-115- gezocht. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 16. Voorstel tot het voteren van een krediet ten behoeve van de reconstructie van de aansluiting van de Industrieweg op de provinciale weg S6. Het lid TROMPERS vraagt of de toezegging van f 250.000,inderdaad hard gemaakt is. De VOORZITTER antwoordt dat in eerste instantie voor het jaar 19,83 een bedrag was toegekend van f 250.000,Er is contact geweest met de pro vincie. Voor 1983 was een en ander niet haalbaar. Er is afgesproken dat eind 1985 de reconstructie zal worden uitgevoerd. Het bedrag van i" 250.000, zal dan ook in 1985 worden toegekend. Tezijnertijd zal van de provincie een schriftelijke toezegging worden gekregen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van |y. burgemeester en wethouders. 17. Voorstel tot vaststelling van een 4-tal begrotingswijzigingen (nrs. 6 t/m 9) 1984 van het Grondbedrijf. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 18. Behandeling van de nota "Sport en Sportieve Recreatie 1985" van de sportraad. Het lid HUIJSSOON is het eens met de inhoud van de nota. Hij is wel van mening dat het verloop in de sportraad geen erg goede zaak is. Het lid VAN BEZUIJE mist een aanzet tot de realisatie van "sport overdag" en "sportieve recreatie". Noch in de nota, noch in het raadsvoorstel vindt hij daartoe beleidsvoornemens. Hij vraagt hoe het college met name de sportieve recreatie van de grond denkt te krijgen nu de meerderheid van de geënquêteerde^!)) verenigingen van mening is dat de sportieve recreatie in de toekomst niet zal uitbreiden, hoogstens de competitiesport overdag. Daarbij stelt 50$ van de verenigingen er geen faciliteiten voor beschikbaar en 34$ is zelfs niet bereid dat binnen de eigen vereniging mogelijk te maken. Welke initiërende rol denkt het college hierbij te gaan spelen? Het lid SCHIPPER is verheugd over het functioneren van de sportraad. M.b.t. de sportieve recreatie is hij het eens met de kritiek van het lid yan Bezuije. Hij zou willen zien dat de nota van de sportraad uitgangspunt voor het beleid zal gaan worden. Het lid KRAMER wijst op de kwestie van D.H.V. Dit is een knelpunt waar de nodige aandacht aan besteed moet worden. Hij vraagt tevens toe te blijven zien op de gedane bezuinigingen. Tot slot informeert hij naar de accommodatie aan de Dr.Ariënslaan. Het lid WOLTMAN vindt met name het accommodatie—onderzoek, evenals de communicatie naar de verenigingen en het college, een goede zaak van de sport raad. Hij is van mening dat de "ongeorganiseerde sport" meer aandapht moet hebben. De ontwikkeling daarvan moet mogelijk worden gemaakt doop gebruikmaking van bepaalde accommodaties van bestaande verenigingen. Het eindadvies van de sportraad over deze problematiek zal eerst moeten worden afgewacht. -116- Hij is verder van oordeel dat in de inleiding van het rapport duidelijk de relatie wordt gebracht tussen de steeds sterker wordende problemen van achteruitgang in inkomen en het sportbeleid. Om die reden dient de nota niet slechts ter kennisgeving te worden aangenomen, doch er een beleidsuitgangspunt van de raad van te worden gemaakt. Wethouder VAN DE WETERING is blij met de tevredenheid van de raad over het functioneren van de sportraad. Hij zegt dat het verloop in de sportraad niet van invloed is op het functioneren ervan, omdat er steeds goede vervangers komen. Ten aanzien van de sportieve recreatie en sport overdag wacht hij met belangstelling de rapportage van de sportraad af, omdat de sportraad een commissie sportieve recreatie heeft benoemd. Aan deze commissie is als op dracht gegeven het verder uitwerken van de nota, in overleg te treden met de verenigingen, activiteiten van derden te evalueren, de behoefte aan sport te peilen en de sportraad hierover rapporteren en adviseren. Hierin kan het col lege zich volledig vinden. Hij is het verder eens met de opmerkingen dat de raad zich kan vinden in deze nota en dat deze nota dan ook een uitgangspunt is voor de sportraad. Als zodanig wil hij het voorstel aanvullen. M.b.t. de gymzaal Dr.Ariënslaan deelt hij mede dat deze is aangeboden aan iemand die daar een soort atelier in wil oprichten. Binnenkort wordt hierop een reactie verwacht. Het lid HUIJSSOON is van oordeel dat, indien er vanuit de recreatieve sport inbreng komt in de bestaande verenigingen, dit tevens een financiële in breng dient in te houden. De recreatieve sport mag niet ten koste gaan van de bestaande verenigingen. Gezien het aantal sportverenigingen acht hij het niet gewenst om voor de recreatieve sport extra investeringen te gaan doen. Hij vraagt tot slot of, indien de bestaande verenigingen de boot afhouden, het college met nadere initiatieven zal komen. Het lid KRAMER vraagt naar de levensvatbaarheid van D.H.V. Hij verneemt graag of er aan dit knelpunt iets gedaan zal worden. Daarnaast moet ervoor gewaakt worden dat het met de gymzaal aan de Dr.Ariënslaan dezelfde kant op gaat als dreigde te gebeuren met boerderij den Biggelaar. Hij vraagt naar de stand van zaken m.b.t. de aangeboden huurovereenkomst. Wethouder VAN DE WETERING antwoordt dat het niet de bedoeling is om extra investeringen te doen op het gebied van de sportieve recreatie. Het initiatief van de sportraad is er.daarom op gericht om in samenwerking met de sportvereni gingen tot een goed beleid te komen. Hij is ervan overtuigd dat de activitei ten van de sportraad tot een goed resultaat zullen leiden. Ten aanzien van D.H.V. ziet hij met belangstelling uit naar de plannen van de vereniging zelf. De ontwikkeling zal worden afgewacht. Met betrekking tot de gymzaal Dr.Ariënslaan is een huurovereenkomst aangeboden, zodat deze zo snel mogelijk in gebruik kan worden genomen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 19. Voorstel tot vaststelling van de Subsidie verordening Sport. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 20. Voorstel met betrekking tot de verlening van een startsubsidie aan Korfbalvereni ging Zevenbergen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1984 | | pagina 60