r
f
GEMEENTE ZEVENBERGEN
-53-
Notulen van de openbare vergadering van de gemeenteraad, gehouden ten gemeente
huize op 10 april .1984.
Aanwezig de leden: C.Huijssoon, A.A.M.Wijne, mevr.P.J.Krijnen-Boot,
A.W.van Bezuije, A.J.Beljaars, S.J.Schipper, J.P.M.Kokke,
S.W.G.M.Kramer, P.M.de Haas, J.N.P.Jansson, C.Houtenbrink,
D.T.H.Woltman, R.Makkink, J.v.d.Wetering en G.H.Kamp.
Voorzitter: dr.A.J.D.Seelen
Secretaris: J.A.A.van der Smissen
1Opening.
De VOORZITTER opent de vergadering met het bij reglement van orde voor de
vergaderingen van de raad voorgeschreven gebed.
2. Loting volgorde bij eventuele stemmingen.
Het nummer van volgorde bij eventuele stemmingen wordt bepaald op nr. 8
van de presentielijst, zijnde het lid Woltman.
3. Vaststelling van de notulen van de raads
vergadering van 13 maart 1984.
De notulen worden onder dankzegging ongewijzigd vastgesteld.
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
Ten aanzien van B.2. is het lid REIJNDERS van mening dat men er attent
op moet zijn dat de provincie blijft vasthouden aan het Provinciaal Structuur
schema bedrijventerreinen.
De VOORZITTER deelt deze mening en zegt dat het niet is te verwachten
dat de provincie het Structuurschema zomaar zal wijzigen.
Ten aanzien van C.2. deelt het lid HUIJSSOON mede gelukkig te zijn met
de beantwoording van de vragen van de V.V.D. dat het profijtbeginsel is toege
past.
Ten aanzien van D.1wijst het lid WOLTMAN op de toezegging dat stukken
over het Verkeers-circulatieplan zouden worden toegezonden.
Deze zijn nog steeds niet in het bezit van de leden van de commissie.
Tevens is nog geen duidelijk antwoord gegeven op de vragen die gesteld zijn
over de inspraakprocedure rondom het totale centrumplan.
De VOORZITTER zegt toé dat het kernplan zo spoedig mogelijk zal worden
toegezonden. Hij deelt mede dat de inspraakprocedure m.b.t. het Verkeers
circulatieplan zal worden gekoppeld aan de inspraakprocedure m.b.t. het ontwerp-
bestemmingsplan Centrum. Deze zal in het najaar plaatsvinden.
Ten aanzien van P.2. wil het lid DE HAAS weten of er door het college
een beleid zal worden gevoerd inzake het vestigen van kapsalons in woonhuizen.
De VOORZITTER zegt toe dat dit nader zal worden bezien. Hij vraagt zich
af in hoeverre de gemeentebesturen hier handelend kunnen optreden. Daarnaast
speelt dit vraagstuk volgens hem niet in Zevenbergen.
Ten aanzien van F.3. deelt het lid MAKKINK mede dat de intentie van de
brief zijn fractie zeer aanspreekt. Hij vraagt of de raad het gestelde ook
ondersteunt en zoja, of de uitvoering ter hand zal worden genomen.