t -30- Met betrekking tot het welzijnswerk onderschrijven wij volledig het antwoord van het college op de algemene beschouwingen. Richting EL zou ik willen opmerken toch te wachten met haar stellingname totdat de notitie over en de opzet van het OJV aan de raad wordt voorgelegd. Dat moet in een der volgende raadsvergaderingen kunnen gebeuren. Nadrukkelijk willen wij de huidige commissie welzijn de kans en de tijd geven zich zelf te beraden over haar toekomstige positie, taken en procedures. Pas daarna, maar ruim voor de opstelling van het sociaal kultureel programma 1985 dient deze zaak in de raad besproken te worden. Enige aanvullende vragen, mijnheer de voorzitter: Wanneer denkt u met concrete voorstellen m.b.t. de fietsbrug over de Mark naar te raad te komen? Zijn er op uw initiatieven m.b.t. premie C bouw in Lindonk al reacties van mogelijke gegadigden. Tot slot wensen wij het college gaarne een behouden vaart. Dank u". De VOORZITTER schorst de vergadering voor nader beraad van het college. Na 45 minuten heropent de VOORZITTER de vergadering. Hij constateert dat er een aantal opmerkingen is gemaakt over het functioneren van de portefeuille houder financiën. Deze zou niet voldoende aan bezuinigingen gedaan hebben en voorts zou er niet voldoende lijn uitgezet zijn voor de toekomst. Hij zegt dat hij de afgelopen tijd erg intensief bezig is geweest met de problematiek van de bezuinigirgen. Ook is er een lijn uitgezet voor de toekomst, m.n. ten aanzien van het O.D.R.P.-rapport. Er is een vacaturestop ingesteld met de bedoeling om het amttenarenbestand te verminderen. Hij is het met het lid Makkink eens dat het ir strijd is met de VUT-regeling, dat plaatsen niet worden opgevuld die door gebruikmaking van.deze regeling vrijkomen. Op dit moment kan dat echter nog niet. In de toekomst zal dit zeker wel gebeuren. Wat betreft de vermindering van het personeelsbestand: in 1983 hebben 4 mensen het dienstver band beëindigd en in 1984 zullen naar verwachting 7 8 mensen dit voorbeeld volgen. In 2 jaar betekent dit een vermindering van 13$. Daarnaast is er doo^ het college een aantal voorstellen tot bezuiniging aan de raad gedaan, die door de raad zijn aanvaard. Deze hielden in dat de in het verleden opgebouwde voor zieningen niet zullen worden aangetast, doch wel afgeslankt zullen worden. Het streven van het college is dan ook om te komen tot een evenwichtige wijze van bezuinigen in de komende jaren. De VOORZITTER zegt vervolgens dat in mei/juni 1984 de voorjaarsnota zal worden gepresenteerd. Hierin zal concreet aangegeven worden hoe de begroting 1985 sluitend kan worden gemaakt. De verwachtingen hiertoe zijn gunstig. Daarnaast zal erin aangegeven worden hoe de begroting 1986 sluitend kan worden gemaakt door de richtingen aan te geven waar bezuinigd wordt en door de orde van grootte van bedragen aan te geven. Daar toe zullen politieke beslissingen door de raad genomen dienen te worden. Het lid WOLTMAN vraagt bij interruptie waarom het voorgestane beleid niet in het antwoord van het college naar voren is gekomen. De V03RZITTER antwoordt dat vooruitgelopen wordt op de voorjaarsnota. Hij zegt toe dit voor de 2 komende jaren meer concreet een en ander zal worden aan gegeven. -31- Het lid JANSSON merkt bij interruptie op dat hij graag zou willen weten hoe het beleid voor 1985 en 1986 zal zijn. De VOORZITTER antwoordt dat de voorjaarsnota een uitwerking is van het beleids- accoord. Hij zegt toe dit in het seniorenconvent ofwel in de commissie financiën aan de orde te stellen. Daarnaast zal samen worden bekeken welke begrotingsprocedure in de komende jaren gevolgd zal gaan worden. Terzake de verschillende opmerkingen over het profijtbeginsel, deelt hij mede, dat privatisering niet in alle gevallen een oplossing is. Privatiseren moet slechts gedaan worden indien dit goedkoper is, waarbij een goede dienstverlening in stand zal moeten blijven. Een toepassing van het profijtbeginsel dient verant woord te zijn. De exploitatielasten van een aantal voorzieningen zullen omlaag gebracht moeten worden, zoals o.a. bij de sportverenigingen is gebeurd. Met betrekking tot de stadsvernieuwing merkt hij op dat in 1984 100 wonin gen in het centrum gebohwd zullen gaan worden. Uit besprekingen met de provincie en de directie van de volkshuisvesting is gebleken dat een bijdrage uit het fonds grote werken de mogelijkheden tot een subsidie van de centrale overheid en de provincie bevordert. Per 1 januari 1985 zullen de gelden verdeeld worden via de provinciale overheid. Om genoemde reden zal ook de komende jaren een flink bedrag in het fonds grote werken gestort moeten worden. Daarnaast zal de exploitatie- opzet moeten worden aangepast. Hij zegt toe om dit zo snel mogelijk te doen. Er zullen echter eerst lokatie-subsidies moeten worden aangevraagd. Hiertoe dient eerst een aantal aparte exploitatie-opzetten te worden gemaakt. Deze kunnen worden samengevoegd tot één exploitatie-opzet. In de commissie financiën ofwel de com missie ruimtelijke ordening zal dit nog goed worden doorgepraat. Het lid WOLTMAN merkt bij interruptie op dat er duidelijke tegenvallers bekend zijn bij de financiering van het centrumplan. Naar zijn mening moet er een overall planning komen waarin een duidelijke visie wordt gegeven zodat meer duidelijkheid ontstaat in de totale financiering. De VOORZITTER zegt toe dat in de betreffende commissie daarover van gedach ten kan worden gewisseld zodat het voorgestane beleid duidelijk zal worden. In dit verband deelt hij nog mede m.b.t. de aanboring van nieuwe subsidiebronnen, met name het verkeerscirculatieplan en saldo historische stadskernen, dat hierover slechts in bepaalde noodgevallen beschikt zal gaan worden. Terzake het redu ceren van de kosten van het verwerven deelt hij no£ mede dat reeds besloten is om een aantal panden (o.a. Bouwmeester) niet aan te kopen. Alleen op die manier is een plan financieel sluitend te maken. Terzake het verkeerscirculatieplan deelt hij mede dat dit thans ambtelijk wordt bekeken. De planning is om dit in maart 1984 in de commissie Ruimtelijke Ordening te behandelen, zodat in mei/juni 1984 de inspraakprocedure voor de bevol king kan starten. Het plan blijft binnen het krediet dat destijds door de raad hiervoor beschikbaar is gesteld. Met betrekking tot de Pastoor van Kessellaan merkt hij op dat slechts bij de ingang naar het veld van Seolto een parkeerverbod zal gaan gelden. Dit staat buiten het verkeerscirculatieplan. De VOORZITTER zegt toe de kwestie van de minima op korte termijn in de commis sie aan de orde te stellen. Met het aanschrijven van mensen zal daarop gewacht worden. Hij wijst erop dat de staatssecretaris van mening is dat het inkomensbe leid een rijksaangelegenheid is. Het lid MAKKINK merkt bij interruptie op dat hoe meer de minister hieromtrent onder druk komt te staan, hoe eerder de kans aanwezig is dat hij van gedachten verandert. Ten aanzien van de dorpsplannen zegt de VOORZITTER dat hiermede zo snel moge lijk zal worden begonnen. In maart. 1984 zal het college met een kredietvoorstel naar de raad komen. Ook de leefbaarheidsaspecten zullen in deze plannen worden betrokken, hetgeen een goede zaak is.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1984 | | pagina 16