-70- Hij constateert echter, dat dan de "pot" leeg is. Derhalve verzoekt hij het college voor de isolatiewerken van de scholen een nadere dekking aan te geven en een post van ong. f 20.000,— te creëren voor onvoorziene zaken, zo dat in de nabije toekomst geen extra tekorten gedekt behoeven te worden. De aanleg van voorzieningen ten behoeve van mindervaliden aan trottoirs, waar bij ook gedacht wordt aan aanpassing van toegankelijkheid van openbare gebouwen en parkeervoorzieningen is naar zijn oordeel een goede aanzet van nummer 31 van de beleidsuitgangspunten. Zijn fractie verzoekt het college om een notitie inzake extra onderhoud van gemeentelijke getouwen en BB-hallen, waarbij zijn fractie ervan uitgaat dat voer deze zaken geen uitgaven nodig zijn vóór 1985. Hij is verbaasd omtrent de noodzakelijkheid van renovatie van de vloer van de sporthal en vraagt zich af: is er sprake van een normale slijtagezaak en waarom zijn er dan geen gelden voor gereserveerd. Is een en ander technisch onderzocht. Leidt een voorzichtiger gebruik van de vloer tot een langere levensduur. Dient een en ander niet doorberekend te worden in de exploitatie- opzet (huren). Ook de resultaten van het onderzoek naar de mogelijke noodzakelijke vervanging van voertuigen worden door zijn fractie met belangstelling tegemoet gezien. Zijn fractie gaat8£ierbij vanuit, dat een en ander geen verstoring van het uitgavenbeleid in 1984 inhoudt. Bij de bestudering 'van de cijfermatige onderbouwing van de uitgaven 1983-1984 is zijn fractie enkele verwarrende zaken tegengekomen. Het lijkt hem overzichte lijker de rekeningen van 1983 en van 1984 gescheiden te houden. Bij de om schrijvingen vermeld op pagina 39 van de voorjaarsnota is zijn inziens geen rekening gehouden met de in hoofdstuk IV vermelde besparingen. De post onvoor zien ad f 20.000,zoals door zijn fractie gewenst, zou zijns inziens ge haald kunnen worden uit de laatste twee aangegeven posten van hoofdstuk IV. Ten aanzien van de omschakeling van de methode van rente en afschrijvingen naar de methode van éénmalige uitgaven vraagt hij zich af of deze omschakeling verband houdt met de op pag. 40 aangegeven methode van korte afschrijvings termijnen: grote flexibiliteit. Hij verzoekt het college hieromtrent meer infor matie. Tot slot gaat zijn fractie ervan uit dat in de komende maanden de door het college uitgesproken intenties, besparingen e.d. uitvoerig worden behandeld in de beleidsvoorbereidende commissievergaderingen. Namens de fractie van de V.V.D. heeft het lid DE HAAS de navolgende op merkingen. Ook zijn fractie is van mening, dat het hoofdstuk IV het belangrijkste onder deel vormt van de gehele voorjaarsnota. Hij betreurt de p.m.-posten in de voorjaarsnota en spreekt de hoop uit dat een volgende voorjaarsnota duidelijker leesbaar wordt. Zijn fractie vraagt zich af wat de visie is van het college ten aanzien van het profijtbeginsel en hoe het college dit beginsel in de praktijk gestalte denkt te geven. Ten aanzien van hoofdstuk I merkt hij op dat het denkbaar is dat ten behoe ve van de sociale regelingen zoals RWW en WWV in de toekomst zwaardere finan ciële lasten van gemeentewege zullen worden gevergd. Zijns inziens dient thans reeds te worden bezien in hoeverre hiermede rekening kan worden gehouden. Ten aanzien van hoofdstuk II betreffende de posten Ruimtelijke Ordening plaatst hij de navolgende opmerkingen. Ten aanzien van hetgeen door de P.v.d.A- fractie naar voren is gebracht inzake de erfpacht, waarbij zij stellen dat overgegaan moet worden naar erfpacht wanneer daar mogelijkheden toe zijn in het kader van een investering, wat in ieder geval kostendekkend moet zijn, verwijst hij naar de afspraak in het beleidsaccoord. In principe overgaan tot verkoop van gronden. -71- Zo dit niet mogelijk mocht zijn, dan pas overgaan tot erfpacht waarbij sprake moet zijn van een kostendekkend geheel. Hij is van mening dat de volgorde waarin een en ander gepresenteerd zal worden van essentieel belang is voor een standpuntbepaling terzake in de raad. Hij onderschrijft de stelling die de P.v.d.A.-fractie inneemt ten aanzien van de gekwalificeerde bejaardenwonin gen bij Huize Zevenbergen. Ook zijn fractie wenst een breder contingent, zodat deze "aanleunwoningen" alsnog gerealiseerd kunnen worden. Voorts wenst zijn fractie geïnformeerd te worden omtrent de visie van het college over de wijze waarop goedkope woningen gebouwd kunnen worden. Ten aanzien van de vrachtwagenproblematiek wenst ook zijn fractie geïnformeerd te worden over de stand van zaken betreffende het overleg met de chauffeurs en met de rijkspolitie. In het kader van onderwijs en welzijn dient zijns inziens de prioriteitstel ling, vastgesteld 8 december 1981, gecontinueerd te worden. Hij neemt aan dat in het bedrag van f 150.000,zoals vermeld in de aanvulling op de voorjaars nota, voldoende gelden zijn gereserveerd voor de scouting, zodat op verant woorde wijze scouting gepleegd kan worden. Hij verzoekt het college deze ver onderstelling te beamen. Evenals de P.v.d.A.-fractie onderstreept hij de nood zaak om het accommodatie—onderzoek vóór oktober af te ronden, zodat tijdig maatregelen voortvloeiende uit de resultaten van dat onderzoek, genomen kun nen worden en een en ander verwerkt kan worden in de begroting 1984. Zijn fractie betreurt het, dat niet méér bezuinigingen gevonden zijn als ge volg van zelfwerkzaamheden in de sportsector. Zijn fractie is van mening, dat de schuldvraag niet alleen is gelegen bij het college doch ook bij de betref fende sportverenigingen, aangezien zijns inziens de medewerking niet altijd van dien aard geweest is, die men eigenlijk in deze tijd, waarin iedereen terug moet, had mogen verwachten. Stilstaande bij het feit dat er -omgerekend- een paar honderd gulden per jaar per individuele sporter wordt gesubsidieerd, mag er zijns inziens best iets gedaan worden.^oen Voorts verzoekt hij het college mededeling/fn eventuele voorstellen -op korte termijn- inzake privatisering van de Meerenhof, gezien de hieruit voortvloeien de besparingen. Het streven van het college om openbare gebouwen toegankelijk te maken voor minder-validen wordt door zijn fractie ten zeerste /schreven. Bij de opsom ming onder punt 31 staat zijns inziens ten onrechte vermeld de aanpassing van het oude gemeentehuis, aangezien bij het financiële beeld, behorende bij de renovatie van het oude gemeentehuis, tevens de toegankelijkheid voor minder validen dient te worden meegenomen. Deze aanpassing behoort zijns inziens bij dat financiële beeld, wil men een compleet overzicht hebben. Zijn fractie plaatst tevens vraagtekens bij de aanpassing van het gebouw van de G.G.D. op de Markt, aangezien de G.G.D. op korte termijn dit gebouw verlaat. De aanpassing van trottoirs dient zijns inziens selectief bekeken te worden. Het hoofdstuk milieu is voor hem aanleiding nogmaals op te merken, dat de ge hele problematiek rondom de T.M.D. voor zijn fractie een doorn in het oog is, aangezien de inschakeling van de T.M.D. gepaard gaat met zulke hoge kosten dat het ondraaglijke lasten worden voor de zelfstandige ondernemers. Hij geeft het college in overweging de kosten te berekenen van uittreding zodat ter zake op korte termijn een beslissing genomen kan worden. Ten aanzien van de energiecommissie dringt hij er bij het college op aan om termijnafspraken te maken, zodat' deze commissie aan eindrapportage toekomt in plaats van deelrapportages, waar men niets aan heeft. Het hoofdstuk werk gelegenheid is voor zijn fractie aanleiding het college te verzoeken meer in formatie te verstrekken met betrekking tot de stuurgroepwerkgelegenheid, zoals

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1983 | | pagina 37