-20-
Hij vraagt of hieromtrent bij de voorjaarsnota nadere voorstellen verwacht
kunnen worden.
De VOORZITTER beaamt dit.
Hij merkt vervolgens op dat het.college niet van plan is hierbij lang
durige en arbeidsintensieve procedures te volgen.
Hij deelt niet de mening van de heer Makkihk dat met betrekking tot de voor
jaarsnota 5 maanden verloren zijn gegaan. Eerst moet nil. de begrotings
procedure zijn afgerond, alvorens behandeling van de voorjaarsnota in gang
gezet kan worden. Dit neemt niet weg dat reeds een aantal gedachten omtrent
de voorjaarsnota is ontwikkeld.
Het lid MAKKINK merkt bij interruptie op dat het nooit de bedoeling
is geweest om van de voorjaarsnota een bezuinigingsnota te maken.
De VOORZITTER antwoordt dat het tevens een financiële vertaling zal
zijn van het beleidsaccoord. Men kan een en ander echter niet los zien
van bezuinigingen en wijzigingen van bestaand beleid.
Vanwege dit feit is in het antwoord van burgemeester en wethouders niet
diep ingegaan op het beleidsaccoord doch is dit vooruitgeschoven naar de
voorjaarsnota waar systematisch op de in het beleidsaccoord genoemde punten
zal worden ingegaan.
Het lid MAKKINK vraagt bij interruptie of zijn suggestie om ten aan
zien van de voorjaarsnota eenzelfde procedure te volgen als bij de begro
tingsbehandeling, wordt overgenomen.
De VOORZITTER zegt dat de verschillende suggesties voor de wijze van
behandeling van de voorjaarsnota in het college besproken zullen worden.
Hij kan nu geen concrete uitspraak doen omtrent de te volgen procedure.
Ten aanzien van de werkgelegenheid deelt hij mede dat, alhoewel hier
aan in de beleidsnota weinig aandacht is besteed, dit aspecx toch erg veel
aandacht heeft gekregen.
Besloten is om hem, als burgemeester, te belasten met de eerste contacten
met gegadigden voor bedrijfsvestigingen.
De bedoeling is om op eventuele belangstelling zo snel en adequaat mogelijk
in te spelen. Hij merkt op dat tevens is besloten tot samenstelling van een
stuurgroep die het gehele werkgelegenheidsbeleid gaat coördineren en acti
veren. Deze stuurgroep zal soepel moeten kunnen functioneren. Op korte ter
mijn moeten hier overigens geen grote resultaten van verwacht worden, ge
let op de complexe materie van de werkgelegenheid.
Met betrekking tot het centrumplan wijst hij erop dat vooral de fi
nanciële aspecten een grote rol spelen. Alhoewel hij de uitgesproken zorg
deelt, is hij toch enigszins optimistisch omtrent de realisering van het
plan.
De afgelopen tijd zijn belangrijke vorderingen gemaakt. Hij wijst erop dat
de exploitatie—opzet is vastgesteld en dat de procedure volgens schema
verloopt.
De verwachting is dat het ontwerp bestemmingsplan voor de vakantieperio
de aan de P.P.D. kan worden ingezonden.
Met bouwactiviteiten in het centrum behoeft echter niet gewacht te worden
op vaststelling van het plan. Uitgangspunt blijft dat in 1984 met invulling
van net kaalslaggebied kan wcrder. begonnen. Mét' name ten aanzien van de bouw
van een nieuw postkantoor is overeenstemming over de grondverkoop bereikt.
Tevens is hier de vestiging, c.a. verplaatsing van een winkelbedrijf te
verwachten.
Het lid MAKKINK merkt op dat dit laatste voor hem onbekend was.
De VOORZITTER antwoordt dat Albert Hei jr. vergevorderde plannen heeft
om ter plaatse een winkelbedrijf te vestigen.
-21-
Voor de bouw van winkels op deze plaats bestaat bij bouwondernemingen en
projectontwikkelaars grote belangstelling.
Om bouw in 1984 mogelijk te, maken zal vooruitlopend op het bestemmingsplan
met een delegatie van het provinciaal bestuur overleg plaatsvinden over de
invulling van dit gebied.
Terzake de bouw van een nieuw politiebureau deelt hij mede dat de rijksge
bouwendienst plannen heeft om de grond hiervoor reeds te kopen.
Omtrent het tijdstip van daadwerkelijke bouw kan op dit moment geen ter
mijn genoemd worden.
Terzake de huisvestihg van het arbeidsbureau zegt hij dat met de rijks
gebouwendienst overeenstèimning is bereikt over verhuur van een gedeelte
van het voormalig gemeentehuis voor
een termijn van 5 jaren. In die tijd worden de plannen voor de nieuwbouw
aan de StJorisstraat verder uitgewerkt. Hij heeft er goede hoop op dat op
basis van de vastgestelde exploitatie-opzet, het centrumplan de komende
10 jaren gerealiseerd ljpan worden.
Bij de onderhandelingen met de eerder genoemde potentiële gegadigden is ten
aanzien van de grondprijs niet gebleken dat er onoverkomenlijke bezwaren
waren tegen de grondprijsi Voor de woningbouw in het centrum zal echter,
vanwege de hoge grondprijzen, een beroep moeten worden gedaan op een loka-
tiesubsidie. Een verzoek daartoe is reeds gedaan.
Tevens is een verzoek gedaan. om op grond van de zgn. 80^-regeling subsidie
te verkrijgen in d'è kosten-van aangekochte en nog aan te kopen panden in
het centrum. Hij licht tqq.idat h^t hierbij gaat om een totaalbedrag van
f 6.000.000,waarbij reeds een subsidiebeschikking is afgegeven voor
een bedrag van f 1.500.000,:-oor panden die nog niet gesloopt zijn of
die gehandhaafd blijven.
Hieromtrent zijn zowel met de provincie als met hët ministerie besprekingen
gevoerd, op basis waarvan hij gematigd optimistisch is.
Met betrekking tot de toerekening van bedragen uit het fonds grote werken
naar het centrumplan deelt het college niet de mening van de heer Schipper.
Ook in de komende jaren zullen bijdragen uit dit fonds nodig zijn.
Met mevr. Krijnen-Boot onderschrijft hij de noodzaak om te zorgen voor
continuïteit in de woningbouw. De toegewezen woningen voor 1935 zijn in
middels bekend en bedragen voor Zevenbergen 100 gesubsidieerde woningen.
Hij deelt vervolgens mede dat de belangstelling voor vrije sectorwoningen
duidelijk toeneemt en dat verwacht wordt in deze categorie 15 - 20 wonin
gen te kunnen bouwen.
Ten aanzien van de uitvoering van het dorpenplan Langeweg als proef
project door het Stadsgewest Breda vindt ook hij het jammer dat dit niet
door kan gaan. Reden hiervoor is de afwijzende houding van andere gemeen
ten vanwege de kostenverhogende gevolgen hiervan. Wel is door de provin
cie 8Cf/o subsidie toegezegd, hetgeen betekent dat f 8.000,voor rekening
van de gemeente blijft.
Hij is van mening dat het desondanks toch aantrekkelijk blijft voor de ge
meente omdat voor dit bedrag o.a. structuuronderzoeken worden gedaan die,
los van het dorpenplanprojecttoch verricht hadden moeten worden in het
kader van de voortgang in de woningbouw.
Terzake de opmerking van de P.v.d.A.-fractie over informatieverstrek
king door het college aan de raad stelt hij dat ook het college veel waarde
hecht aan goede informatieverstrekking en communicatie naar de raad toe.
Het is wel belangrijk dat de verstrekte informatie goed wordt opgevat.
Het lid MAKKINK merkt bij interruptie op dat zulks van zijn fractie
ook zonder meer verwacht kan worden.
Waar het hem om gaat is het tijdstip van informatieverstrekking. Als voor-