-170- Hi j is voorstander van inkrimping van de stadsgewestraad en het aantal com missies. In zijn algemeenheid heeft de huidige structuur van het stadsge west zijn voorkeur, n.l. verlengd lokaal bestuur. Samenstelling van het stadsgewest op basis van politieke afspiegeling acht hij niet aanvaardbaar. Het lid VAN DE WETERING zegt dat voor de beoordeling van met name gezondheidsdienst en brandweer een doorlichting van het personeelsbestand wenselijk is. De mogelijkheid is aanwezig dat het noodzakelijk kan zijn ac centen te verleggen. Hetzelfde geldt ten aanzien van de personeelsbezetting c.q. uitbreiding bij de stadsgewestelijke brandweer. Terzake de afvalverwerking is het tevens van belang te beschikken over nieuwe financiële gegevens als gevolg van de aanleg van een nieuwe stort plaats in Etten-Leur. Dit zal zeker van invloed zijn op de realisering van de regionale vuilstort. De controle op de regionale stortplaats is zijns inziens duidelijk een zaak van het stadsgewest. Voor wat betreft de milieutechnische advisering onder schrijft hij het standpunt van de heer Schipper. Op het gebied van ruimtelijke ordening gaat hij akkoord met de uit voering van algemene coördinatietaken door het stadsgewest, voor zover deze zijn opgelegd. Hij staat erg sceptisch tegenover intekentaken van het stadsgewest. Ten aanzien van de B.O.C. acht hij een evaluatie gewenst. Van daaruit is een nieuwe standpuntbepaling mogelijk. Terzake de bestuursstructuur van het stadsgewest is hij van mening dat, alhoewel het een verlengd lokaal be stuur is, dit lokaal bestuur er niet in vertegenwoordigd is. De raad parti cipeert namelijk niet in het voorbereidende werk in commissies e.d. Hij doet de suggestie dat de door de raad in het stadsgewest aangewezen ver tegenwoordigers, in de commissievergaderingen de van belang zijnde punten aan de orde stellen. Hij verwacht in de toekomst meer resultaat van het stadsgewest als wordt gekozen voor politieke fractievorming. De VOORZITTER concludeert dat in grote lijnen wordt ingestemd met de voorlopige reactie van burgemeester en wethouders. Hij merkt op dat de pooling van woningcontingenten nog een moeilijke zaak is. Dit stuit op problemen bij de H.I.D. Spreker deelt vervolgens mede dat een kosten-baten afweging en een organi satie-onderzoek bij de gezondheidsdienst een kostbare zaak zal zijn. De suggestie kan overigens wel worden doorgespeeld. In antwoord op de op merkingen omtrent de brandweer stelt hij dat personeelsuitbreiding niet te voorkomen zal zijn, wil men de opgelegde taken goed behartigen. Hij stemt in met de opmerkingen van de heer Schipper aangaande de open luchtrecreatie. Het college gaat tevens akkoord met de voorgestelde af schaffing van het vetorecht. De oprichting van een milieutechnische dienst voor West-Brabant zou een bijzonder goede zaak zijn, welke bij het stads gewest bepleit zal blijven worden. Met betrekking tot de woonwagenaangelegenheden deelt hij mede dat men vanuit het woonwagenschap niet erg is geporteerd voor overname van die zorg door het stadsgewest. Wel bestaat het voornemen om het secretariaat bij het stadsgewest onder te brengen. In zijn algemeenheid is het college van mening dat het creëren van een 4e bestuurslaag voorkomen moet worden. Hij acht de suggestie van de heer van de Wetering om de betreffende punten via de aangewezen vertegenwoordigers terug te koppelen naar de commissies, het overwegen waard. -171- Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT had de indruk dat de pooling van woning contingenten, met name in het land van Eeusden en Altena, gunstig was verlopen. Zij begrijpt daarom niet het antwoord van de voorzitter op dit punt. De VOORZITTER merkt op dat de H.I.D. heeft kenbaar gemaakt voor het komend jaar niet meer in te stemmen met een dergelijke pooling. Het lid KRIJNEN vraagt of de raad een samenvatting kan krijgen van de reactie zoals die aan het stadsgewest wordt gezonden. De VOORZITTER antwoordt dat dit mogelijk is. Het lid SCHIPPER merkt op dat het in dergelijke zaken de gewoonte is om de standpunten van alle fracties kenbaar te maken. Het lid DIJKERS doet de suggestie om, wanneer de oprichting van een milieutechnische dienst op bezwaren stuit, op dit punt samenwerking te zoeken met het streekgewest westelijk Noord-Brabant. Hierdoor zou wellicht aan de financiële bezwaren van een aantal gemeenten tegemoet gekomen kunnen worden. De VOORZITTER is van mening dat men, gelet op de verdergaande ontwikke ling van de milieuwetgeving in de toekomst niet kan ontkomen aan de oprich ting van een milieutechnische dienst. Hij deelt tenslotte mede dat de opmerkingen van de raad en de aanbevelingen van het college zullen worden doorgegeven aan het stadsgewest. 9. Voorstel tot het nemen van een voorberei- dingsbesluit voor het gebied van de provin ciale weg Zevenbergen-Leur T41tussen het St.Jozefplein en Hazeldonk. Het lid MAKKINK verzoekt er op aan te dringen om bij de uitvoering de fietspaden zoveel mogelijk gescheiden van de rij - weg aan te leggen. De VOORZITTER antwoordt dat het plan uitgaat van vrijliggende fiets paden. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 10. Discussie met betrekking tot en het doen van een beleidsuitspraak over de vraag of voor het gebied van het industrieterrein Schansdijk al dan niet het nemen van een voorbereidingsbesluit gewenst is. Het lid VAN DE WETERING merkt op dat op het. industrieterrein Schans- dijk in de loop der tijd het accent steeds meer is komen te liggen op de chemische industrie, hetgeen voor het bedrijf Caldic heeft geresulteerd in diverse milieuproblemen. Tevens is de kwestie van de hinderwetvergun ning niet afdoende geregeld en wordt, ondanks gedane toezeggingen, nog niet beschikt over een gevarenanalyse. Hierbij mag niet uit het oog worden verloren de door de wijkbewoners van Torenveld geuite protesten tegen de voorgenomen uitbreiding van Caldic. Hij komt dan ook tot de conclusie dat door het opleggen van een hindercate- gorie de veiligheid kan worden gewaarborgd. Evenals bij andere, dicht bij de bebouwing liggende terreinen, is ook hier hindercategorie III gewenst en wel voor het gehele industrieterrein. Analoog aan plan de Koekoek kan eveneens op plan Schansdijk dispensatie worden verleend voor reeds bestaande bedrijven.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1981 | | pagina 91