-166- De VOORZITTER merkt op dat bekeken zal worden welke punten van de verordeningen inhoudelijk in de commissie aan de orde gesteld kunnen worden. Dit los van de nu voorgestelde tariefsverhogingen. Ook hij is van mening dat verlaging van het dekkingstekort gezocht moet worden in de exploitatiesfeer. Terzake de tarieven voor de sportaccommodaties dient het rapport te worden afgewacht van de door de sportraad ingestelde tariferingscommissie. De door de heer Dijkers geopperde suggestie om de zelfwerkzaamheid van de verenigingen te bevorderen, is een zaak die in de sportraad bespro ken dient te worden. Terzake de weekmarkt antwoordt wethouder TROMPERS dat een eventuele uitbesteding in de marktcommissie aan de orde komt. De VOORZITTER merkt vervolgens op dat op de factoren welke tot de onderscheiden tekorten hebben geleid, zal worden teruggekomen in de be leidsnota 1982. Getracht zal worden aan de terzake door de heer Krijnen gestelde vraag te voldoen. Het lid WOLTMAN herhaalt nogmaals zijn vraag om de diverse verordenin gen inhoudelijk in de commissie aan de orde te stellen. Hij vraagt tevens de uitbesteding van de weekmarkt in de commissie te be handelen. Wethouder TROMPERS antwoordt hierop bevestigend. Allereerst zal hierover echter met de marktkooplieden overleg gepleegd moeten worden. Het lid SCHIPPER is van mening dat het mogelijk is een overzicht samen te stellen zoals door de heer Krijnen is gevraagd en daarbij tevens te betrekken de inhoudelijke kant van de verordeningen. De VOORZITTER zegt toe dat getracht zal worden aan deze wens te vol doen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 6. Voorstel met betrekking tot de begro ting van het Streekarchivariaat Nassau-Brabant voor het jaar 1982. Het lid SCHIPPER zegt zich op dit moment niet te willen vastleggen op de geraamde bijdrage voor het centraal depót. Dit zal bezien moeten worden in het licht van de eigen begrotingscijfers. Het lid DIJKERS heeft eveneens moeite met de kosten voor het centraal depót. Een specificatie hiervan ontbreekt. Daarbij komt dat het zijns in ziens nog niet zeker is dat alle gemeenten deelnemen in het centraal depót. Tenslotte acht hij meer duidelijkheid gewenst over de huuropbrengst van het voormalig gemeentehuis. De VOORZITTER antwoordt dat in eerdere instantie reeds is besloten akkoord te gaan met het centraal depót. De meerderheid van de in de ge meenschappelijke regeling deelnemende gemeenten heeft eenzelfde besluit genomen, zodat de vestiging van het centraal depót van het archivariaat in het voormalig gemeentehuis zeker doorgaat. Het lid MAKKINK spreekt zijn zorg uit over de bezetting van het over blijvende gedeelte van het voormalig gemeentehuis. De VOORZITTER deelt deze zorg. Bij de verbouwing van het pand komt dit aspect eveneens aan de orde. Het lid DIJKERS wijst op de eerder gedane toezegging dat de verbouwings- kosten ten behoeve van het archivariaat zelfdekkend dienen te zijn. -1 67- Hij herhaalt dat geen specificatie is overgelegd van de kosten van het cen traal depót. De VOORZITTER zegt dat dit zal worden nagegaan. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 7. Voorstel met betrekking tot de begroting 1982 van het Industrie- en Havenschap Moerdijk met de 1e t/m 7e wijziging daar op. Het lid SCHIPPER zegt als vertegenwoordiger van de raad bij het industrie schap graag de opmerkingen van de raad te willen meenemen. Hij spreekt zijn bezorgdheid uit over het nadelig saldo van 25 miljoen gulden. In de financiële commissie van het schap heeft hij er reeds voor gepleit de uitgifte van gronden hoger te stellen dan de oppervlakte welke geldt bij de afstemming op de kostprijs. De heer DIJKERS deelt de bezorgdheid van de heer Schipper. Hij verzoekt te blijven aandringen op deelname van het rijk in het industrie- en haven schap, Tevens ware het schap mede te delen dat het heffen van retributies, welke ten laste komen van de bedrijven, geen juiste zaak is. Hierdoor prijst men het industrieterrein uit de markt. Het lid VAN DE WETERING zegt dat de bezorgdheid omtrent de financiële situatie van -het industrieschap reeds meerdere malen is uitgesproken. Hij wijst vervolgens op de problematiek welke reeds geruime tijd aan de orde is bij het bedrijf UNISER op het industrieterrein. Desalniettemin is hij van mening dat dergelijke bedrijven een nuttige functie kunnen vervullen. In dit verband wijst hij op een uitspraak van de minister van volksgezondheid en milieuhygiëne waarbij de wenselijkheid naar voren kwam om dergelijke bedrijven van overheidswege te exploiteren. Spreker heeft een motie van deze strekking opgesteld, welke luidt als volgt "De raad van de gemeente ZEVENBERGEN in vergadering bijeen op dinsdag 8 september 1981 overwegende, dat zorg voor het milieu en het verwerken van afval primaire overheidstaken zijn; dat hergebruik van afvalstoffen dient te worden gerealiseerd; dat winstbejag oorzaak kan zijn, dat het milieu wordt veronachtzaamd en tevens hergebruik van grondstoffen minder dan gewenst plaats vindt; dat voortzetting van een bedrijf als ïïniser Moerdijk vanuit die uitgangs punten maatschappelijk noodzakelijk is; dat overname van dit bedrijf door anderen te lang op zich laat wachten, besluit het college van burgemeester en wethouders opdracht te geven initiatieven te ondernemen, 'die kunnen leiden tot overname van Uniser Moerdijk door a. Industrie- en Havenschap Moerdijk, of b. Stadsgewest Breda, of c. enkele gemeenten (b.v. Zekluza) en gaat over tot de orde van de dag". R.Makkink J.v.d.Wetering D.Woltman Wethouder TROMPERS antwoordt dat de prijzen op het industrieterrein Moerdijk niet zodanig zijn dat men zich uit de markt prijst. Dit sluit niet

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1981 | | pagina 89