-93-
nota in commissieverband een inbreng te leveren. Het lid MAKKINK begrijpt hieruit
dat de nota een concept is wat na amandering, herschreven naar de raad komt.
De VOORZITTER antwoordt dat de nota, indien dit in meerderheid nodig blijkt,
bijgesteld kan worden.
15. Voorstel met betrekking tot het eindrapport
van de werkgroep Tienerwerk Zevenbergen.
Het lid MAKKINK merkt op dat, indien het college dit rapport bespreekbaar
wil maken, men het eerst politiek moet vertalen en het niet moet houden bij een
praatpapier. Het rapport zal zijns inziens eerst de visie van het college mee moeten
krijgen alvorens een eindoplossing gevonden kan worden. Na die politieke stelling-
name moet het rapport via de adviescommissies bij de raad komen, aldus spreker.
Het lid DIJKERS is het er niet mee eens dat het rapport een politieke zaak is.
Overigens is hij van mening dat met het rapport weinig gedaan kan worden.
Het enige wat gedaan kan worden is contact opnemen met het S.K.W. om de zaak nader
uit tor werken.
Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT wenst nog geen eindconclusie aan het rapport te
verbinden en ziet het als een eerste aanzet om de materie aan te pakken.
Zij gaat akkoord met de suggestie van wethouder Kamp, gedaan in de commissie onder
wijs, om die commissie te betrekken bij de dialoog tussen B,< en W. en het S.K.W.
Wethouder KAMP antwoordt dat het rapport ervan uitgaat om de conclusies be
spreekbaar te maken met het S.K.W. waarbij de commissie onderwijs en welzijnszorg
betrokken zal worden.
Het lid MAKKINK vraagt nogmaals de eigen visie van B. en W. terzake op papier
te zetten waarna de raad hierover kan discussiëren. Nu wordt namelijk gesproken ovér
een rapport dat niet van B. en W. afkomstig is.
Wethouder KAMP acht het reëel om eerst met diverse groepen te overleggen
en daarna het standpunt van het college te geven.
Het lid MAKKINK zegt niet gevraagd te hebben om een standpunt doch om een visie
van het college die bij het gesprek ingebracht kan worden.
De VOORZITTER zegt dat in de laatste zin van het voorstel staat dat in samen
werking met het S.K.W. gestart kan worden met de uitwerking van het rapport. Hieruit
blijkt zijns inziens dat een redelijk goede werkwijze wordt aangegeven.
Het lid mevr. KRIJUEN-BOOT zegt nogmaals het met de eindconclusies niet eens
te zijn, doch het rapport als een eerste aanzet te zien.
Het lid MAKKINK vraagt stemming over het voorstel.
Vóór stemmen de leden: Krijnen, Trompers, Kamp, Dijkers, Kokke, Schipper en
Schrauwen-Schouwenaars
Tegen stemmen de leden: Wijne, Huijssoon, van de Donk, van de Wetering, Makkink,
Hurkmans en Krijnen-Boot, zodat het voorstel wordt aangehouden.
De VOORZITTER zegt dat het voorstel, dat kennelijk nog nadere bestudering be
hoeft, zal worden overgeheveld naar de betreffende portefeuillecommissie.
16. Voorstel betreffende de financiële consequenties
van de reorganisatie van de logopedische hulpver
lening door G.G.D. Stadsgewest Breda.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
17. Voorstellen inzake welzijnsvoorzieningen te
Langeweg:
a. m.b.t. de realisering van een overdekte wel-
zijnsaccommodatie (uitvoering motie, aange
nomen in raadsvergadering van 8 mei j.l.)
Het lid MAKKINK houdt vast aan de motie van 8 mei j.l. en is van mening dat
de uitvoering ervan onmiddellijk ter hand had moeten worden genomen.
