i
-86-
b. vaststelling van een verordening voor de nieuwe
commissie van advies en bijstand aan burge
meester en wethouders (beleidsvoorbereiding);
c. wijziging van enige instellingsbesluiten met
betrekking tot de zgn. funktionele commissies
(openbaarheid).
Het lid MAKKINK vraagt de wijzigingen ten aanzien van de commissie ruimtelijke
ordening, welke eveneens een gevolg zijn van het rapport van de commissie ad hoe,
spoedig aan de raad voor te leggen.
Ten aanzien van punt a acht hij artikel III, waarbij artikel 8 van de oor
spronkelijke verordening wordt gewijzigd, niet juist. Hij vraagt dan ook handhaving
van het oorspronkelijke artikel 8.
Spreker merkt op dat in art. V is vermeld: "indien de commissievergadering in het
openbaar wordt gehouden enz." Hij pleit ervoor om het woord "indien" te schrappen
en de tekst dienovereenkomstig aan te passen.
Het lid KRIJNEN vraagt de verslagen van de beleidsvoorbereidende commissies
vertrouwelijk te houden om de voorbereidingsfase te kunnen waarborgen.
He VOORZITTER antwoordt dat de wijzigingen ten aanzien van de commissie ruim
telijke ordening in de volgende vergadering zullen worden voorgelegd.
De SECRETARIS deelt mede dat de door het lid Makkink gevraagde wijziging van
art. V 1 van de onder a bedoelde wijzigingsverordening geen probleem is omdat de
openbaarheid inderdaad een vanzelfsprekendheid is. Met betrekking tot art. III,
waarbij art. 8 van de huidige verordening wordt gewijzigd merkt hij op dat dit een
ontsnappingsmogelijkheid is voor uitzonderingsgevallen waarin het vergaderquorum
niet aanwezig is.
Het lid MAKKINK zegt dat zijn opmerkingen zijn bedeeld om analoog aan het
reglement van orde voor de raad te handelen.
Deze wijziging is niet in de commissie ad hoe ter sprake geweest, reden waarom hij
pleit voor handhaving van het oorspronkelijke artikel 8.
Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT merkt op dat zij met de voorgestelde wijziging ak
koord gaat. In de praktijk kan dit zeker zijn nut hebben. Mocht overigens misbruik
van dit artikel worden geconstateerd, dan kan te allen tijde hierop worden terug
gekomen, aldus spreekster.
Het lid SCHIPPER stemt in met de woorden van vorige spreekster.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
9. Voorstel tot instelling van een sportraad.
Het lid SCHIPPER acht het voorliggende stuk dermate goed voorbereid en uitge
werkt dat hij akkoord kan gaan met het voorstel. Wel is het zijns inziens belangrijk |j
dat het functioneren van de sportraad na 1 jaar opnieuw aan de hand van opgedane
ervaringen wordt besproken.
Voor de fuhktie van een neutrale voorzitter verzoekt hij iemand 'uit de kerkdorpen
aan te zoeken. Dit mede om een zo groot mogelijke objectiviteit tegenover de Zeven-
bergse verenigingen te waarborgen. Spreker vraagt tenslotte de bevoegdheid om mate
rialen e.d. aan te schaffen, welke niet in de begroting zijn opgenomen, aan de raad
voor te behouden, zodat overschrijding van de middelen kan worden voorkomen.
Het lid DIJKERS kan volledig akkoord gaan met het onderhavige voorstel.
Er zijn zijns inziens nog wel enige technische zaken die geregeld moeten worden,
zoals de vertegenwoordiging van nieuwe verenigingen en de omschrijving van de accom
modaties.