t
«1> I
-68-
van Gedeputeerde Staten aangepast voorstel worden aangeboden.
Het lid VAN DE WETERING vraagt of mededelingen gedaan kunnen worden naar aan
leiding van een gesprek met van Dongen-Perdijk B.V. over de grondverwerving' in
plan de Molen. Terzake de centrale antenne-inrichting gaat spreker akkoord met een
gesprek zoals door wethouder Trompers is voorgesteld.
Het lid DIJKERS voelt er eveneens het meest voor om in een gesprek met Gede
puteerde Staten te trachten het oorspronkelijke besluit goedgekeurd te krijgen.
Het lid SCHIPPER gaat hier ook mee akkoord. Hij tekent daarbij aan geen
enkele moeite te hebben met een eventueel voorstel om de kosten over alle aan
geslotenen om te slaan.
Het lid mevrouw KRIJNEN-BOOT sluit zich bij de vorige sprekers aan. Mocht
het gesprek geen resultaat opleveren dan moet haars inziens direkt de andere
financiering worden opgezet, zoals door de wethouder is genoemd.
Het lid KRIJNEN zegt niet vooruit te willen lopen op het voorstel dat komt,
wanneer Gedeputeerde Staten bij hun standpunt blijven.
De VOORZITTER antwoordt op de vraag van het lid van de Wetering dat met van
Dongen-Perdijk een akkoord is bereikt over de hoofdindeling van het plan, n.l.
30 woningwetwoningen en 30 verkoopwoningen. Over de indeling van de verkoopwoningen
in premie- en vrije sektorwoningen is nog overleg gaande.
Wethouder TROMPERS antwoordt, dat nu eerst een gesprek met Gedeputeerde
Staten zal worden belegd. Indien dit geen resultaat oplevert zal een gewijzigd
financieringsplan aan de raad worden voorgelegd.
De VOORZITTER deelt vervolgens mede, dat van de Nederlandse Spoorwegen een
schrijven is ontvangen over de spoorwegovergang Hazeldonkse Zandweg. Hieruit
blijkt, dat de Nederlandse Spoorwegen iets verder zijn gegaan in hun financiële
bijdrage in de kosten van het werk.
Wethouders TROMPERS zegt, dat inmiddels 2 gesprekken zijn gevoerd met de
Nederlandse Spoorwegen. In eerste instantie was 100.000,als bijdrage toege
zegd.Het laatste gesprek heeft geresulteerd in een verhoging van dat bedrag met
80.000,Blijft nog een investering van 465.000,het jaarlijkse terug
kerende bedrag van 40.000,Het college heeft daarop voorgesteld de kosten
gelijk te verdelen over provincie, Nederlandse Spoorwegen en gemeente. De N.S.
is hiermee akkoord gegaan. Bij Gedeputeerde Staten is dit blijkens ambtelijke
contacten echter niet haalbaar. Spreker stelt dat er alsdan 2 mogelijkheden zijn,
n.l. of vanavond op grond van deze gegevens een beslissing nemen of volgende
vergadering via de gebruikelijke commissies aan de raad voorleggen.
Het lid mevrouw KRIJNEN-BOOT acht het juister om de gebruikelijke procedure
te volgen, zodat het de eerstvolgende vergadering aan de orde gesteld kan worden.
Het lid KRIJNEN vraagt om alsnog middels eengpsprek met Gedeputeerde Staten
te trachten l/3 van de kosten te verhalen.
Het lid SCHIPPER is het eens met mevrouw Krijnen-BootSpreker vraagt om de
commissie financiën te informeren over de eventuele afbouw van de jaarlijkse post
van 40.000,
Wethouder TROMPERS zegt, dat de door het lid Schipper bedoelde jaarlijkse
bijdrage na 1986 niet meer betaald hoeft te worden.
Het lid DIJKERS stemt in met de vorige sprekers. Ook hij acht een gesprek met
Gedeputeerde Staten wenselijk. Spreker vraagt tenslotte hoe het staat met de
toegezegde verbetering van de spoorwegovergang aan de Markdijk.
Het lid HURKkANS sluit zich bij vorige sprekers aan.
Wethouder TROMPERS antwoordt, dat overleg met de provincie vertraging in de werk
zaamheden tot gevolg Kan hebben. Wordt het besluit in juni a.s. door de raad
genomen,"dan wordt het werk in juni 1980 uitgevoerd.
In een eventueel gesprek met Gedeputeerde Staten zal ec.iter zonder meer worden
aangedrongen op een oijdrage, temeer daar het een provinciole weg betreft. Ten
aanzien van de spoorwegovergang Markdijk zegt hij, dat van de Nederlandse Spoor
wegen detoezegging is verkregen uat ait project m i 979 wordt uitgevoerd.
De VOORZITTER concludeert dat nader overleg met Gedeputeerde Staten wenselijK
wordt geacht en dat in de volgende raadsvergadering op deze zaak wordt teruggekomen.:
Spreker stelt vervolgens aan de orde de Kwestie welzijnsvoorzieningen Lange-
weg.
