-5-
In de regering gezeten of niet meer in de regering gezeten, dat maakt dag en
nacht verschil in je eigen beleidsvisie.
Hogere inkomens aanpakken, maar tegelijk initiatief en ondernemersdurf de ruimte
geven.
Bezuinigen, maar niet tégelijk een bescheiden eigen risico in het ziektepakket
durven inbouwen.
Wij willen van alles, maar eigenlijk -beducht voor onze achterban- willen wij
niet zoveel. Door dit gebrek aan durf om te regeren, terwijl uiteraard een meerder
heid de regering gekozen heeft, draait wel, langzaam maar zeker, onze democratie
dol.
Wij durven niet meer te doen, wat wij toch menen dat gedaan moet worden.
Ook de politici zelf voelen hun machteloosheid.
Ik zou daaruit die vlucht in de heksenjacht willen verklaren. Want het jaar 1978
kenmerkte zich door een voortdurende jacht op de evenmens.
Het lijkt altijd zo te zijn, dat in een periode van grote zorgen en problemen
wij die afleidings-manoeuvres nodig hebben. Uren en dagen kon onze volksvertegen
woordiging bezig zijn met de zaak van hun collega Aantjes. Aantjes heeft 35 jaar
terug, onder omstandigheden, welke wij nauwelijks ons meer kunnen voorstellen,
een foute beslissing genomen. Hij is ook fout door vanuit deze uitgangspositie
tot zo'n hoge politieke post te willen opklimmen. Maar hij heeft erg veel goed
gemaakt door zijn jarenlange inzet voor de vaderlandse zaak.
Aantjes moest vertrekken -dat is ook mijn mening- maar de wijze waarop vooral de
regering hem heeft bejegend, was beneden de maat. Geen mens, die de moed had om
te zeggen: waar zijn we nu eigenlijk mee bezig?
De heksenjacht op Prins Bernhard was bijna herleefd en wij hadden in 1978
het lachertje van de koopsompolissen, niet als lachertje opgezet, maar het werd
het uiteindelijk wel. En, o ja, ik mag minister Albeda niet vergeten, die heeft
gratis met de K.L.M. gereisd. Het was weliswaar jaren geleden, hij had toen een
heel andere functie, maar hij heeft het toch gedaan!
Is het nu zo vreemd, als je je af en toe afvraagt: waar zijn wij nu eigenlijk
mee bezig? Ik geloof helemaal niet, dat wij onze evenmens stuk willen maken, maar
de heksenjacht komt voort uit onmacht, ook politieke onmacht.
Ik hoop van harte, dat wij -samen- in onze raad, zoals tot op heden ook het geval
is, de sfeer van openheid en sportiviteit zullen weten te bewaren, welke zo'n
vruchtbare voedingsbodem is voor het dienen van het gemeentelijk belang, waarvoor
wij gesteld en gekozen zijn.
Bij de aanvang van het nieuwe jaar ontving ik van het gemeentebestuur van
Prinsenbeek een nieuwjaarswens. Ik vond daar mooie gedachten in. De auteur is
helaas onbekend.
Uit die nieuwjaarswens citeer ik een gedeelte:
"Ik heb vannacht gedroomd o Heer, dat alle journalisten, de waarheid schreven in
hun krant en niet meer dan zij wisten.
Ik heb vannacht gedroomd o Heer, dat in de drukste straten, de auto's stopten
voor een kind, om het veilig door te laten.
Ik heb vannacht gedroomd o Heer, dat Rus en Yankee samen, hun wapens wierpen
in een kuil en zongen: "Christus - Amen".
Ik heb vannacht gedroomd o Heer, dat alle mensen lachten, maar Gij sprak, toen
ik wakker werd: "dat komt - nog even wachten".
Dames en Heren, moge deze wachttijd kort zijn, dat wens ik u en mijzelf
van ganser harte toe".
Vervolgens zegt mevrouw KRIJNEN -BOOT namens de raad het volgende:
"Mijnheer de voorzitter, dank u voor de goede wensen aan ons gericht. Ook
wij willen u en de uwen graag alle goeds toewensen in het nieuwe jaar. Verder
voegen wij daar gaarne de wensen bij voor de gemeentesecretaris, de wethouders
en het personeel van het gehele gemeentelijke apparaat. Moge 1979 voor hen allen
een goed jaar zijn, zowel in het persoonlijk leven als ook in hun werk ten be
hoeve van onze gemeente.