-156-
Volstaan wordt met de mededeling in de plaatselijke krant.
Met betrekking tot ter inzage legging is in de raamverordening en het instellings
besluit m.b.t. de begeleidingscommissie niets geregeld.
Voor inzage in stukken kan contact worden opgenomen met de secretaris van de be
treffende commissie."
Een tweede binnengekomen vraag van de P.v.d.A.-fraktie luidt als volgt:
"Geacht college,
Op 12 juli 1979 heb ik namens de P.v.d.A.-fraktie enkele vragen gesteld over het
baarmoederhalskankeronderzoek.
Zoals u weet bent u volgens het reglement van orde voor de vergaderingen van de
gemeenteraad verplicht deze vragen conform art. 36 lid 4 binnen 30 dagen te beant
woorden. Inmiddels is nu al bijna 4 maal de u ter beschikking staande periode ver
streken en nog steeds heeft u niet aan uw verplichtingen voldaan.
U kunt zich voorstellen, dat deze situatie ons niet aanstaat.
Gebruik makend van het recht opgenomen in het reglement van orde art. 37 lid 1
stel ik namens de P.v.d.A.-fraktie de vraag:
Wanneer kunnen wij de antwoorden op de vragen over het baarmoederhalskanker
onderzoek tegemoet zien?
Hoogachtend,
J.v.d.Wetering."
De VOORZITTER merkt op dat late beantwoording mede een gevolg is van de pro
cedure bij het Stadsgewest Breda. Het schriftelijk antwoord is echter gereed.
Hij citeert daaruit
"vraag 1
Wanneer zal het Stadsgewest Breda het baarmoederhalskankeronderzoek starten en in
welke periode vindt dit onderzoek in Zevenbergen plaats?
Antwoord
Het baarmoederhalskankeronderzoek is sinds half januari 1979 van start gegaan.
In de gemeente Zevenbergen heeft het onderzoek plaatsgevonden van eind augustus
tot eind oktober 1979.
vraag 2
Heeft u in het Stadsgewest de in de inleiding vermelde suggesties ingebracht?
a) Zo ja, wanneer en wat is toen besloten en hoe is de eventuele uitwerking van
dit besluit?
b) Zo neen, wat is (zijn) daarvan de reden(en)?
Antwoord
De opgemelde suggesties zijn aan de Bestuurscommissie van de G.G.D. Stadsgewest
Breda kenbaar gemaakt.
ad a. Terzake de drie ingebrachte suggesties is het volgende standpunt door de
Bestuurscommissie ingenomen.
1 De suggestie om extra aandacht voor bepaalde groepen vrouwen waarvan is vast
gesteld dat die een grotere kans hebben baarmoederhalskanker te krijgen en die
bovendien minder gauw geneigd zijn gevolg te geven aan de oproep tot kontrole
is uitvoerig aan de orde geweest in de Begeleidingscommissie Baarmoederhals
kanker. De meningen liepen nogal uiteen.
Enerzijds werd bij non response gepleit voor huisbezoek via de wijkverpleegkun
dige, anderzijds werd dit als bevoogdend beoordeeld en als een aantasting ge
zien van de vrijheid van het individu om zelf te bepalen of men al dan niet
aan het onderzoek wil deelnemen. Besloten is om bij non response eenmaal een
herinnering te sturen.
