-153- Hij vreest echter dat de zaak juridisch iets moeilijker zal liggen. In dit verband acht hij het wenselijk dat de voorwaarden op dit punt in de voorlopige koopover eenkomsten anders worden geredigeerd. Resumerend stelt spreker dat alsnog een poging moet worden ondernomen om middels overleg met de betrokkenen tot overeenstemming te komen. Een krediet voteren acht hij vooralsnog niet nodig. Hij vraagt zich af waarom in deze zaak zoVi grote spoed wordt betracht, en of con crete ruilmogelijkheden aanwezig zijn. Spreker heeft de indruk dat bij het college overwegingen hebben meegespeeld die bij de raad niet bekend zijn. Het lid VM DE WETERING acht het een goed voorstel. Hij is het met vorige sprekers eens dat getracht moet worden in de tussenliggende tijd tot een oplos sing te komen. Gelet op de benodigde tijd moet echter zijns inziens de voorgestel de procedure in gang worden gezet. Wethouder TROMPERS onderstreept nogmaals de ook door de raad ondersteunde intentie dat de onderhavige grond gekocht is om woningbouw te realiseren. Dat de grond nu nodig is om woningbouw in plan Lindonk mogelijk te maken doet niets af aan het doel waarvoor de grond is gekocht, aldus spreker. Hij constateert dat de raad in deze de gedachtengang van het college volgt. Ten aanzien van de genoemde brief van augustus j.l. aan de v.m. grondeigenaren stelt hij dat dit een gebruikelijke gang van zaken is. Het is in deze belangrijk de feiten op papier te zetten en schriftelijk vast te leggen. Daarbij komt, aldus spreker, dat in deze, feitelijk geen onderhandelingeh meer nodig waren omdat een en ander bij de aankoop duidelijk was overeengekomen. Hij is het met diverse leden eens dat een gesprek vooraf waarschijnlijk eleganter was geweest, alhoewel hij betwijfelt of dan wel overeenstemming zou zijn bereikt. Indien de raad echter alsnog op een gesprek met betrokkenen aandringt, zal het college daar zonder meer gehoor aan geven. Omdat de tegenpartij waarschijnlijk tot aktie overgaat is het noodzakelijk dat een krediet wórdt gevoteerd teneinde verdediging te kunnen voeren. Derhalve is het niet wenselijk dat het voteren van een krediet wordt uitgesteld. Met betrekking tot de opmerkingen dat de raad niet tijdig is ingelicht stelt hij, dat geen enkele informatie is achtergehouden. Men moet hierbij wel bedenken dat men heel voorzichtig moet zijn in het doen van uitspraken wanneer de verwachting gerechtvaardigd is dat de kwestie in een rechtsgeding zal uitmonden. Spreker stelt dat het college zich soepel zal opstellen teneinde een spoedige oplossing te bewerkstelligen. Dit uiteraard in overleg met de juridisch adviseur. De opmerkingen van het lid Dijkers als zou door het college onzorgvuldig gehandeld zijn kan hij niet plaatsen. Van het besluit met de voorwaarden heeft de raad ken nis kunnen nemen. De raad heeft samen met het college volkomen te goeder trouw gehandeld. Het lid SCHIPPER vindt de kritiek van enkele leden op de handelwijze van burgemeester en wethouders niet correct. De verkoopvoorwaarden waren bekend en de betrokkenen zijn tijdig schriftelijk in kennis gesteld, hetgeen in deze gebruike lijk is. Het lid KRIJNEN heeft geen moeite met het krediet als het toegezegde gesprek geen resultaat oplevert. Wethouder TROMPERS antwoordt dat zonder meer een krediet nodig is omdat op korte termijn een kort geding tegen de gemeente aangespannen zou kunnen worden. Het lid VAN DE DONK gaat akkoord met het voorstel na de toezegging dat een gesprek zal worden belegd. Het lid DIJKERS merkt op dat de landbouwers inderdaad de morele plicht hebben om de grond af te staan. Ook de argumenten van het college zijn reëel.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1979 | | pagina 154