r
-108-
Wethouder KAMP herhaalt, dat de mogelijkheid aanwezig is om een deskundige
2e cursusleidster op basis van vrijwilligheid aan te trekken.
Derhalve handhaaft het college zijn standpunt, aldus spreker.
Het lid MAKKINK zegt, dat hij met de leden Hurkmans en van de Wetering wil
geacht worden te hebben tegengestemd voorzover het betreft het niet-subsidiëren
van een 2e cursusleidster.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel van
burgemeester en wethouders.
25. Voorstel tot verlening van medewerking als
bedoeld in artikel 72 van de LagerTonderwijswet
1920 aan Stichting Katholiek Onderwijs Zeven
bergen ten behoeve van de r.k. Arenbergschool
voor de aanschaf van leer- en hulpmiddelen in
verband met de uitbreiding van het aantal leer
lingen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.
26. Voorstel tot instelling van inspraakbegeleidings
commissies voor de ruimtelijke ordening.
Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT zegt geen moeite te hebben met de punten 1 2 en
4 van het voorstel. Punt 3» de benoeming van 3 raadsleden per plan-commissie, dient
haars inziens echter te worden aangehouden tot er, na vooroverleg, een voordracht
is gemaakt.
Het lid MAKKINK vraagt zich de zin af van de instelling van een commissie
voor elk aan de orde komend bestemmingsplan. Het is zijns inziens de bedoeling
van de commissie ad hoe geweest om voor het pakket ruimtelijke ordening één
commissie voor de inspraak in te stellen. Hij stelt dan ook voor één commissie
te vormen, die in eerste instantie tot taak heeft de plannen Lindonk en buiten
gebied te begeleiden. Ten aanzien van plan Lindonk vraagt hij of daadwerkelijk
inspraak gegeven gaat worden in het maken en ontwikkelen van het bestemmingsplan.
Als grondwerk voor alle plannen dient de raad middels het structuurplan het kader
aan te geven, waarbinnen de plannen uitgewerkt kunnen worden, aldus sprekeï.
Omdat dit structuurplan nog steeds niet in de raad is geweest, acht hij het on
juist in deze enkel uit te gaan van de commissie Ruimtelijke Ordening.
Hij vraagt danook om nu aan te geven waar de knelpunten van het nog niet gereed
zijnde structuurplan liggen en hoe die ontstaan zijn. Hij stelt hierbij, dat
het structuurplan uiterlijk in oktober in de raad behandeld dient te worden.
De VOORZITTER stemt in met het voorstel om voor ruimtelijke ordening één
inspraakbegeleidingscommissie in te stellen. Hij zegt, dat inspraak inderdaad
gegeven zal worden in het maken van het uiteindelijke plan. Dit zal dan gaan
middels het aanbieden van alternatieven e.d.
Ten aanzien van het structuurplan deelt hij mede, dat dit in samenhang met het
centrumplan en plan Lindonk deze maand in de commissie Ruimtelijke Ordening aan
de orde wordt gesteld. Spreker zegt, dat het in de bedoeling lag om het struk-
tuurplan dit najaar in de raad te behandelen.
Het lid SCHIPPER is het met het lid Makkink eens, dat er voor ruimtelijke
ordening één commissie dient te komen.
De VOORZITTER vraagt of de raad instemt met het voorstel, behoudens punt 3,
wat aangehouden wordt en punt 1waarin gelezen dient te worden, dat één inspraak
begeleidingscommissie wordt ingesteld.
Zonder hoofdelijke stemming wordt met.inachtneming van het bovenstaande
besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders.