-64- Spreker merkt op dat het eerder gevoteerde krediet ad f 62.000,geen weggegooid geld is omdat in het gebouw voorzieningen zijn getroffen die ten goede komen aan de totale restauratie. De suggestie van het lid Makkink óm in het gebouw ruimte te reserveren voor fraktie- en wethouderskamers wil hij niet ondersteunen omdat dit uit praktisch oogpunt zijns inziens niet buiten het gemeentehuis kan worden gesitueerd. Het idee op zich wil spreker niet afwijzen doch de genoemde ruimten moeten dan wel binnen het gemeentehuis gerealiseerd kunnen worden. De VOORZITTER merkt op dat het door het lid Makkink geschetste probleem ook naar de mening van het college opgelost moet worden. Daartoe leent zich het koets huis echter niet. Daarbij komt, aldus spreker, dat er veel instellingen zijn die huisvestingsproblemen hebben. Het lid SCHIPPER blijft bij zijn standpunt dat opschuiving naar de nieuwe raad wenselijk is. Het gebouw is namelijk reeds jaren in slechte toestand zodat drie maanden uitstel daarop zijns inziens van geen invloed zal zijn. De VOORZITTER merkt op dat in zijn algemeenheid opschuiven naar de nieuwe raad een teken van zwakte is. Het lid KRIJNEN-BOOT is verbaasd dat het lid Schipper enerzijds pleit voor een cultureel beleid en anderzijds voorstelt dit project op te schuiven naar de nieuwe raad. Het lid SCHIPPER wijst erop xn deze vergadering meerdere besluiten zijn ge nomen die liggen op het culturele terrein en waar zijn fractie geen problemen mee heeft. Daarenboven zijn er echter nog een aantal prioriteiten die betrekking hebben op de kerkdorpen en waar niets aan gedaan is. Het lid KRIJNEN zegt dat de Hoekse fractie over de afgelopen vier jaar niet te klagen heeft. Het lid GERLA verlangt stemming over het voorstel en ondersteunt in deze het standpunt van het lid Schipper. Spreker zegt bereid te zijn zich met wethouder Trompers af te zonderen teneinde een tegenbegroting te maken. De VOORZITTER deelt mede dat alsdan daarvoor een kamer wordt beschikbaar gesteld. Het lid MAKKINK is van mening dat het Rode Kruis en de E.H.B.O. ook een andere ruimte zal accepteren dan het koetshuis. Als voorbeeld noemt hij het voor malige gemeentehuis Het koetshuis zou dan meer kunnen dienen voor typisch culturele doeleinden. De VOORZITTER deelt mede dat het oude gemeentehuis gezien moet worden als doorgangshuis voor verenigingen die naar definitieve verbeterde huisvesting gaan. Bij het leegkomen van dat gebouw komt ook daarvoor te zijner tijd weer een res tauratieplan aan de orde, aldus spreker. Het lid MAKKINK constateert dat wel een oplossing is gevonden voor E.H.B.O. en Rode Kruis doch dat in het geheel niet wordt gesproken over de buitenlandse werknemers die toch ook 't Hoekske" moeten verlaten. Hij vraagt zich af waar die mensen naar toe moeten. De VOORZITTER antwoordt dat dit probleem zeer zeker de aandacht heeft en behoort tot diverse andere instel lingen waarvoor nog een definitieve oplossing gevonden moet worden. Wethouder TROMPERS deelt mede dat het college wel een gedachtengang heeft over deze zaak doch dat nog geen concrete uitspraken kunnen worden gedaan. De VOORZITTER benadrukt nogmaals dat dit onderwerp het college na aan het hart ligt, en dat naarstig wordt gezocht naar een oplossing. Vervolgens constateert hij dat stemming over het voorstel wordt verlangd. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt hierna in stemming gebracht.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1978 | | pagina 64