-63- Het lid GERLA kan alleen met het voorstel akkoord gaan als er van gemeente wege een complete gespecificeerde tegenbegroting wordt gemaakt die bij de stukken ter inzage wordt gelegd. De VOORZITTER zegt toe dat die tegenbegroting alleen voor de raadsleden ver trouwelijk ter inzage zal worden gelegd. Het lid MAKKINK is van mening dat bij openbare aanbesteding niet de garantie bestaat dat de inschrijvers het werk ook aankunnen. De VOORZITTER antwoordt hierop dat alleen de laagste inschrijver wordt door gelicht op financiële draagkracht en bekwaamheid. Het lid MAKKINK vraagt zich af waarom het college er zo op tegen is als wordt afgeweken van de openbare aanbesteding. Hij zegt benieuw te zijn naar de tegenbegroting die ter inzage zal worden gelegd. Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel van burgemeester en wethouders. 24. Voorstel tot restauratie en verbouw van het pand Stationsstraat 59/61 (voormalig koetshuis). Het lid GERLA is tegen het voorstel gelet op de wijze van begroten en de manier waarop met de wijze van aanbesteden wordt omgesprongen. Uit het aan de orde zijnde voorstel blijkt weer eens dat men zich zonder een gedegen vooronzerzoek veel ellende bezorgt, terwijl onnodig veel geld wordt uitgegeven. Hij wijst in dit ver band eveneens op de restauratie van Zuidhaven 17. Het lid SCHIPPER is van mening dat dit werk past in een cultureel beleid en zou het graag verschuiven naar de volgende zittingsperiode van de raad waarbij het betrokken kan worden in de nieuw vast te stellen prioriteitenlijst. Op dit moment is zijn fractie dan ook tegen het voorstel. Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT merkt op dat altijd veel wordt gesproken over een cultureel beleid. Als dan middels dit voorstel wordt getracht het cultureel aanzien te verbeteren constateert zij bij diverse leden tegenwerpingen. Spreekster begrijpt deze inconsequente houding dan ook niet. Zij kan alleen maar blij zijn met dit voorstel. Het lid MAKKINK zegt van de gang van zaken niets te begrijpen. Er is reeds een krediet gevoteerd van f 62.000,waarvan hij zich afvraagt waar het is gebleven. Het enige resultaat is zijns inziens dat er nu een echter restaurateur aan te pas moet komen. Ook hier mist hij wederom een tegenbegroting. Ten aanzien van de bestemming van het gebouw vraagt hij om aan alternatieve doeleinden aandacht te schenken. Hij denkt hierbij aan fraktiekamers, die voor de raadsleden vrijelijk toegankelijk zijn. Tenslotte deelt hij mede dat ook hij veel voelt voor de suggestie van het lid Schipper om het op te schuiven naar de nieuwe raad. Het lid KRIJNEN is van mening dat het pand Stationsstraat 59-61 een unieke waarde voor de gemeente heeft. In het kader van het cultureel beleid wordt het tijd dat er iets gaat gebeuren om dit pand te behouden. De restauratie opschuiven naar een later tijdstip heeft zijns inziens geen enkele zin. Wethouder TROMPERS antwoordt op de opmerkingen van het lid Gerla dat de wijze van aanbesteden van geval tot geval wordt bekeken, daarmee rekening houdend met de wensen van de raad en de belangen van de plaatselijke aannemers. Een vergelijking met het pand aan de Zuidhaven gaat naar zijn mening niet op, om dat destijds de bestemming ervan nog niet vaststond. De restauratie vraagt, ge zien de kwaliteit van het gebouw toch wel enige spoed, zodat uitstel, zoals het lid Schipper voorstelt, niet wenselijk is. Tevens vragen deze werkzaamheden spoed om de E.H.B.O., het Rode Kruis en het Werkvoorzieningsschap aan definitieve huisvesting te helpen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1978 | | pagina 63