f 1 -48- Op zich acht zij dit een goede zaak, doch zij vraagt zich daarbij wel af hoe groot het risico is van een begrotingstekort. Het lid SCHIPPER is verheugd met het voorstel en verwacht dat dit tot initia tieven, zal leiden in de kerkdorpen. Spreker vraagt wel om startsubsidies in de raad te behandelen of eventueel via een in de begroting te bepalen bedrag te delegeren aan burgemeester en wethouders. Hierbij moet de subsidie wel voorbehouden blijven aan inwoners van Zevenbergen. Het lid GERLA onderschrijft de mening van het lid Schipper, doch tekent daarbij aan dat hij iedere startsubsidie in de raad behandeld wil zien. Het lid MAKKINK kan ook akkoord gaan met het voorstel, met inachtneming van de door de leden Schipper en Gerla gemaakte opmerkingen, waarmee ook de beide wethou ders in de commissievergadering akkoord zijn gegaan. Het lid KRIJNEN is het eens met het onderhavige voorstel doch zou dit niet willen beperken tot alleen sportverenigingen. In die geest zou de verordening zijns inziens dan ook aangepast moeten worden. Met het lid Gerla is hij van mening dat de beoordeling van de subsidie aan de raad voorbehouden moet blijven. Wethouder KAMP antwoordt op de vraag van het lid mevr. Krijnen-Boot dat iedere in te dienen begroting apart beoordeeld moet worden. Het lid mevr. KRIJNEN-BOOT merkt bij interruptie op dat het risico's voor de vereniging kan opleveren omdat bepaalde verwachtingen gewekt kunnen worden en dat bij een negatieve beoordeling de vereniging met een begrotingstekort blijft zitten. Wethouder KAMP deelt mede dat het een éénmalige subsidie -betreft waaruit geen aanspraken afgeleid kunnen worden op verdere subsidieverlening. Ten aanzien van vragen van diverse andere leden stelt hij dat de afspraken in de commissie onderwijs en welzijnszorg gevolgd zullen worden, zodat alleen subsidie verleend wordt aan personen en verenigingen uit Zevenbergen en dat de beoordeling van de subsidieverlening aan de raad blijft voorbehouden. Ten aanzien van de opmerkingen van het lid Krijnen zegt spreker dat dit voor stel gezien moet worden als een aanloop voor startsubsidies t.b.v. andere vereni gingen. Langs de kanalen van culturele- en jeugdadviescommissie kan een en ander nog uitgewerkt worden. Het lid KRIJÏÏEN is van mening dat een algemene toepassing geen enkel probleem hoeft te zijn. Beperking tot alleen de sportverenigingen is zijns inziens onvol ledig. De VOORZITTER zegt dat het de bedoeling is om in de meest dringende behoefte te voorzien. Deze ligt op het moment bij de sportverenigingen. Mochten er op andere terreinen soortgelijke behoeften blijken, dan zullen daarvoor voorstellen worden ingediend. Dit onderwerp kan ondertussen in de diverse commissies aan de orde worden gesteld, aldus spreker. Het lid KRIJNEN blijft van mening dat de verlening van startsubsidies een nieuw beleid is wat veel algemener gesteld kan worden dan nu wordt gedaan. De SECRETARIS merkt op dat nu enkel de wijziging van de subsidieverordening sport aan de orde is. Het lid mevr.KRIJNEN-BOOT kan op zich .wel instemmen met het idee van hét lid Krijnen. Een algemene startsubsidie zal haars inziens echter exacter geformuleerd moeten worden. De VOORZITTER zegt dat niet overijld gehandeld moet worden, zonder dat alle consequenties kunnen worden overzien. Wel wordt meegegaan met de gedachte om te be kijken of het ruimer kan worden gezien dan in het voorstel wordt bedoeld. Het lid MAKKINK steunt volledig de gedachte van het lid Krijnen. Uit de gevoerde discussie is gebleken dat bij voorkomende gevallen een vereniging altijd bij de gemeente aan kan kloppen.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1978 | | pagina 48