22
Overigens zegt spreker in feite geen behoefte te hebben aan de motie omdat het
streven van het college is gericht op de bouw van een overdekt instructiebad.
Het lid OOIJEN vraagt het lid MAKKINK om de motie in te trekken, gezien het
betoog van de voorzitter.
Het lid MAKKINK zegt het woord "eenvoudig" te hebben gebruikt omdat dit ook
in de prioriteitenlijst staat die door de raad is aanvaard, alsook gezien het ver
kiezingsprogramma van 4 jaar geleden. Bovendien lijkt hem een bad van 4t 5 mil
joen gulden op korte termijn niet haalbaar.
Als het college kan toezeggen dat het budgettair mogelijk is binnen 3 maanden een
principebesluit te nemen wil spreker het woord "eenvoudig" schrappen.
Zolang niet wordt aangetoond dat dat mogelijk is kan hij de motie niet wijzi
gen, omdat dat woord juist slaat op de financiële positie van Zevenbergen.
De VOORZITTER merkt op dat de motie zoals die nu voorligt een te beperkte op
dracht inhoudt.
Het lid MAKKINK zegt dat in dat geval de opdracht ruimer moet worden gesteld.
Het lid HÜIJSSOON merkt op dat momenteel behoefte bestaat aan een groter bad
dan door het lid MAKKINK wordt bedoeld. Hij zou het jammer vinden als een instructie-
bad wordt gebouwd dat straks te klein blijkt te zijn.
De VOORZITTER zegt dat dit de reden is van zijn voorstel om het woord "eenvou
dig uit de motie te halen. Hij benadrukt nogmaals dat het college de motie over
bodig vindt omdat de realisering van een bad besloten ligt in het beleid op het
tijdstip dat het financieel haalbaar is. Het lid MAKKINK vreest dat het plan dan
uit financieel oogpunt op de lange baan wordt geschoven.
De VOORZITTER merkt op dat dit niet het geval is. De bedoeling is om binnen 3
maanden bij de raad terug te komen met de alsdan bekende mogelijkheden en de zaak
dan opnieuw te bezien.
Het lid MAKKINK zegt zijn motie dan voor een termijn van 3 maanden op te
schorten.
Vervolgens wordt zonder hoofdelijke stemming besloten conform het voorstel
van burgemeester en wethouders.
6. Voorstel tot vaststelling van de eerste wijzi
ging van de begroting van de algemene dienst
1978 i.v.m. voorlopige na-uitkeringen uit het
gemeentefonds en herberekening van de omslag
rente.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemees
ter en wethouders.
7. Voorstel tot vaststelling van de tweede wijzi
ging van de begroting van de algemene dienst
1978 (raming van baten en lasten van begrotings
wijzigingen 1977, na het opstellen van de be
groting 1978).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burgemees
ter en wethouders.
8. Voorstel tot het verlagen van een uitgavepost
verband houdende met de Keuringsdienst van Wa
ren te Dordrecht (in primitieve begroting tot
een hoger bedrag geraamd).
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform het voorstel van burge
meester en wethouders.