I
i
-161-
Ten aanzien van de financiële aspecten heeft spreker wel bezwaren gezien in het
licht van de prioriteitenstelling. Daarbij komt dat nog een aantal zaken niet vol
ledig duidelijk zijn. Hij noemt het verloop van de onderhoudskosten. Spreker
vraagt zich tevens af of alle mogelijkheden zijn benut om de te betalen bijdrage
terug te brengen. Hij adviseert het voorstel terug te nemen en de zaak op de door
hem gestelde vragen verder te onderzoeken.
De VOORZITTER zegt dat het college bereid is de besprekingen met de Nederland
se Spoorwegen te heropenen en het voorstel op dit moment terug te nemen.
Het lid DIJKERS merkt op dat in de commissie financiën is gesteld dat dit het
uiterste is wat bij de Nederlandse Spoorwegen haalbaar is. Aanhouden van het voor
stel heeft zijns inziens geen zin.
Wethouder TROMPERS merkt op dat het eerste voorstel inhield dat de gemeente
f 560.000,moest betalen met daarnaast f 40.000,als jaarlijks onderhoud.
Het gesprek heeft ertoe geleid dat de eenmalige investering is teruggebracht met
f 100.000,terwijl de jaarlijkse bijdrage mogelijk in 1986 zal vervallen.
Getracht kan worden dit laatste hard te maken. Hij acht zeker mogelijkheden aan
wezig om tot overeenstemming te komen met de Nederlandse Spoorwegen waarbij echter
de realisering in 1979 waarschijnlijk niet meer kan geschieden.
Besloten wordt vervolgens het voorstel terug te nemen.
14. Voorstel tot vaststelling van het bestemmings
plan "de Molen I en II" te Zevenbergschen Hoek,
met aanwijzing van een deel der gronden ten
aanzien waarvan de. verwerkelijking van het plan
in de naaste toekomst nodig wordt geacht.
Het lid KOKKE vindt het onbegrijpelijk, dat nog geen onderhandelingen op ini
tiatief van burgemeester en wethouders zijn gevoerd om de grond in plan de Molen II
in eigendom te krijgen.
Eveneens onbegrijpelijk vindt hij een onteigeningsvoorstel zonder vooroverleg met
de grondeigenaars. Ook kan hij de opmerking niet plaatsen dat de curveprijzen
onhaalbaar zijn, als hier geen overleg over is geweest.
Spreker eist eerst overleg in de ruimste zin van het woord met de grondeigenaar,
alvorens voorstellen te doen tot langdurige onteigeningsprocedures.
De VOORZITTER merkt op, dat de onteigening nu niet aan de orde is. Het college
heeft enkel de plicht om de grond op een verantwoorde wijze en voor een verantwoorde
prijs in eigendom te verkrijgen. Morgen is daarom een gesprek met de eigenaars om
dit langs minnelijke weg te berèiken#
Mocht dit geen resultaat hebben dan pas komt er een onteigeningsvoorstel.
Het lid DIJKERS onderschrijft de mening van de Hoekse Fractie. Spreker heeft
wel overleg gehad met de grondeigenaar, waaruit hem is gebleken, dat de bereidheid
tot verkopen wel aanwezig is. Tevens is hem gebleken dat de eigenaar bereid is de
woningen tegen de curveprijs te bouwen, waarbij alsdan een daim gevraagd wordt voor
verdere realisering van het plan.
De VOORZITTER zegt dat de door het lid Dijkers geschetste bereidheid bij het
college bekend is. Alleen de voorwaarde dat de eigenaar het totale plan realiseert
is voor het college onaanvaardbaar. Morgen zal bekeken worden wat in redelijkheid
haalbaar is, op een wijze die ook voor de raad aanvaardbaar moet zijn, aldus
spreker.
Het lid VAN DE WETERING zegt geen bezwaar te hebben tegen de vaststelling van
het bestemmingsplan zoals dit nu voorligt.
Spreker vraagt om in de volgende commissievergadering op de hoogte gesteld te wor
den van het gesprek met de grondeigenaar eventueel met adequate voorstellen ter
zake.