I -155- soort welbehagen. Ten aanzjfn van de gevraagde kostenopzet van de eerste prioriteiten antwoordt spreker, dat/op dit moment in een kort tijdsbestek geen kans toe wordt gezien. Hij acht het in dit verband niet verstandig met cijfers te komen die niet hard ge maakt kunnen worden. Speciaal geldt dit voor de exploitatiekosten van de verschil lende projecten. Desondanks blijft toch de vraag overeind staan zodat het college, met de genoemde beperkingen via de financiële commissie toch met een kostenopzet zal komen. Voor wat betreft de door het lid Schipper gestelde vragen antwoordt hij dat met de bouw van 11 woningen te Langeweg in het voorjaar 1979 een aanvang wordt genomen. Het bouwrijpmaken van plan de Molen is mede afhankelijk van het overleg met de grondeigenaaro Met betrekking tot de reconstructie van het centrum zal voor wat betreft het opvullen van de gaten datgene gedaan worden wat vooruitlopend op de totstandkoming van het centrumplan, mogelijk is. Dit zal voornamelijk kunnen ge beuren in Lagewipstraat en Langenoordstraat. Naar aanleiding van de vraag terzake restauratie van de molen te Zevenbergschen Hoek deelt hij mede,, dat het college dit in studie wil nemen. Het inlopen van de achterstand in de woningbouw in de kerkdorpen is ook voor het college een ernstige zaak waar zwaar aan wordt getild. Nu mogen 8 woningen per jaar gebouwd worden, doch met een vrijstellingsbevoegdheid indien daartoe een aanleiding kan worden aangetoond. Getracht zal worden dit te realiseren. Ten aanzien van de verkeersveiligheid in de Driehoefijzersstraat deelt spreker mede, dat dit naar aanleiding van een politierapport nog bij de provincie in studie is. Van de stelling dat de eerste punten van de prioriteitenlijst harder zijn dan de andere neemt het college goede nota en wil ook dienovereenkomstig handelen, waarbij hij er vanuit de financiële portefeuille de vraag bij stelt om ook het dek kingsplan aan te geven. Verwijzend naar de opmerking van het lid Makkink over democratisering van de Woningstichting is hij van mening, dat deze reeds is doorgevoerd. Mocht een verdere democratisering aan de orde worden gesteld dan ziet spreker graag voorstellen daar omtrent vanuit de raad tegemoet. Ten aanzien van de bestuursstructuur Stadsgewest Breda stelt hij dat over de terzake ontvangen nota een voorlopig standpunt wordt gevraagd, waarbij een keuze uit 6 genoemde modellen gemaakt dient te worden. Dit zal in januari a.s. in de raad aan de orde komen. Met betrekking tot het streekplan/structuurplan deelt hij mede, dat gelegenheid voor inspraak gegeven zal worden. Dit kan op basis van vrije inspraak, via organisa ties of via de gemeenten die ook via het Stadsgewest kunnen reageren. Deze inspraakprocedure voor het streekplan ligt geheel in handen van de provincie. Het lid MAKKINK merkt bij interruptie op, dat de gemeente advies kan vragen aan de reeds in Zevenbergen bestaande inspraakgroepen. De VOORZITTER zegt, dat deze opmerking meegenomen zal worden bij het gesprek met Gedeputeerde Siepman. Spreker zegt de vraag van het lid Makkink aangaande politietoezicht in het buiten gebied niet begrepen te hebben. Het lid MAKKINK licht toe, dat het gaat om de verkoop van goederen in het buitengebied. De VOORZITTER antwoordt, dat de politie niet op kan treden indien de winkel sluitingswet niet wordt overtreden. In het onderhavige geval vindt overtreding van het bestemmingsplan plaats. Hierover is mondeling contact geweest, waarna een schriftelijke aanschrijving is uitgegaan om de verkoop te staken.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1978 | | pagina 155