99
De voorzitter heropent de vergadering.
Na intern beraad legt het lid Schipper het volgende voorstel ter tafel
a. de grote bouw handhaven ongeacht het resultaat van het verzoek om subsi
die, en
b. aanvang van de bouwwerkzaamheden uiterlijk op 1 september 1976.
De voorzitter antwoordt, dat het college op dit moment met betrekking
tot punt a. geen enkele toezegging kan doen. Spreker handhaaft zijn toezeg
ging, gedaan in de vergadering van maart 1976 om, indien het verzoek om
subsidie onverhoopt mocht worden afgewezen, met een financieringsplan te
komen. Nogmaals wordt er nadrukkelijk op gewezen, dat het verzoek om subsi
die grote kans maakt om gehonoreerd te worden. Het college acht het dan ook
zeer ontactisch om op dit moment met een financieringsplan te komen. Het
college voelt er verder niets voor om in eigen vlees te snijden. Toegezegd
wordt, dat het college bij onverhoopte afwijzing van het subsidie aan de
raad meerdere alternatieve oplossingen met alle daaraan verbonden financiëlt
consequenties zal aanbieden. De voorzitter stelt, dat vooralsnog door het
college geen andere toezegging kan worden gedaan.
Met betrekking tot de gestelde tijdslimiet wordt door de voorzitter
naar voren gebracht, dat bij toewijzing van het subsidie de werkzaamheden
voor 1 augustus 1976 moeten aanvangen.
Het lid Schipper handhaaft zijn voorstel.
Wethouder Trompers wijst vervolgens op de financiële consequenties van
het zonder subsidie bouwen van de grote sportzaal. Dit betekent een jaar
lijks terugkerende extra last van 57.600,
Spreker doet vervolgens een beroep op de raad om enig geduld in deze
te betrachten. Hij vindt evenals de voorzitter de verlangde toezegging,
gezien de daaraan verbonden financiële gevolgen, iets te ver gaan.
Het lid Wijne meent, dat het beter is om de laatste dagen van de maand
april af te wachten. Wellicht zijn er dan meer gegevens bekend.
De voorzitter stelt, dat het woord is aan de raad. Spreker vindt wel,
dat de raad op dit moment hoog spel speelt.
Het lid mevrouw Krijnen-Boot vraagt, hoe lang bij benadering het geduld
van de raad in deze op de proef gesteld wordt.
De voorzitter antwoordt, dat blijkens de verkregen informaties de
beslissing binnen 1 h 2 weken valt te verwachten.
Het lid mevrouw Krijnen-Boot stelt, dat haar fractie dit geduld voor de
gestelde periode kan opbrengen.
Het lid Santbergen herinnert de voorzitter eraan, dat hij in de verga
dering van de vaste raadscommissie voor algemeen financieel beheer expliciet
heeft gesteld, dat de subsidietoewijzing voor de raadsvergadering van april
zou afkomen. Spreker wijst op het verslag van genoemde vergadering, waaruit
hij citeert: "De burgemeester zegt gegronde hoop te hebben, dat de officiële
subsidietoezegging nog voor de aanstaande raadsvergadering afkomt."
De voorzitter stelt, dat uit de woorden "gegronde hoop" moeilijk een
toezegging kan worden afgeleid.
Het lid Santbergen meent echter, dat het verslag van de commissiever
gadering de discussie omtrent dit punt niet juist weergeeft. In de commissie
zal hij daar later nader op terugkomen.
De voorzitter blijft er bijdat hij de raad juist heeft geïnformeerd
Er worden door hem geen gegevens achter gehouden. Alle verkregen inlichtingen
worden direct doorgegeven.
Op verzoek van het lid Makkink herhaalt de voorzitter, dat het college,
ongeacht het resultaat van de subsidieaanvrage, op de eerstvolgende raadsver
gadering met een voorstel terzake van de bouw van de sportzaal te Zevenberg-
schen Hoek zal komen.