-86- Hij hoopt, dat de raad dit in zijn overwegingen, voorafgaande aan de besluitvorming, zal betrekken. In het licht van de gevoerde discussie concludeert de voorzitter, dat het college in zijn eerstvolgende vergadering de definitieve lokatie voor de kermis zal aanwijzen. 5. Voorstellen tot verkoop van bouwterreinen. Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten conform de voorstellen van burgemeester en wethouders. 6. Voorstel tot het in principe herzien van een bestemmingsplan met betrekking tot opvulling van het perceel, gelegen aan de Zeestraat/hoek Oranjelaan. Het lid Makkink stelt, dat het zeer wel denkbaar is, dat zowel tegen de wijziging van het vigerende bestemmingsplan Noord IIA als tegen de ge dachten omtrent de voorgestelde wijziging bezwaren bestaan. Het komt spreker verwonderlijk voor, dat het college naast het besluit tot wijziging van het vigerende plan, tevens nog een principe-uitspraak verlangt omtrent het exacte aantal te bouwen bejaardenwoningen. Gelet op de intentie van artikel 21 en volgende van de wet op de ruimtelijke ordening wordt deze principe uitspraak niet juist geoordeeld. Spreker stelt voor dit te ontkoppelen. Er dient enkel een besluit te worden genomen over de aard van de wijziging en niet over de aantallen. De hele discussie rond de bestemming van het perceel op de hoek Oranje- 1aan/Zeestraatkomt op hem rammelend over. Eerst werd gedacht aan een school, later aan een gymnastieklokaal en thans wordt voorgesteld om ter plaatse bejaardenwoningen te bouwen. De nood zaak van dit laatste exact op dit punt werd nimmer aangetoond. De toegezegde groenvoorziening is nooit naar de raad gekomen. De bezwa ren, geuit tijdens de informatieve bijeenkomst van de raad omtrent dit plan, hadden met een goed doordacht aanplantingsplan, naar de mening van het lid Makkink, opgelost kunnen worden. Spreker wijst vervolgens op de reeds jaren op de begroting rustende kapitaallast. Verkoop van het perceel zou thans als winst gevoeld kunnen worden. Dit laatste slechts enkel in geld. De bebouwing ter plaatse betekent echter een TBrarming voor de wijk. Spreker stelt voor af te zien van een wijziging in de zin van steenbebouwing. Het lid mevrouw Krijnen-Boot stelt, dat haar fraktie kan meegaan met de voorgestelde procedure. Ook haar voorkeur gaat uit naar de bouw van 17 be jaardenwoningen. Hierbij vraagt zij echter wel de aandacht van het gemeente bestuur voor de huisvesting van alleenstaanden. Steun wordt toegezegd omdat het aanleggen van een speelterreii?7vrijegevaarlijk wordt geacht en om het reeds jaren op het grondbedrijf drukkende tekort zo veel mogelijk weg te werken. Aan de verlangens van de omwonenden wordt, volgens spreekster, tege moet gekomen door het mede realiseren op deze plaats van een voor de kleintje bestemde speelvoorziening. Verder heeft het college zich tevens bereid ge toond om nabij de Watermolen uit te kijken naar een speelterrein, waar de groteren terecht kunnen. Spreekster vindt het een vreemde redenering, dat het wegwerken van een tekort een winstgevende zaak wordt genoemd. Het lid Huijssoon steunt eveneens het voorstel van het college.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1976 | | pagina 86