fc.
t
t
C31 v yJ-
roij At I/O*
.■■•.liuv-j- nerf
Mi; ;t@ :tXev. tii
-nto jifsac"
ief> ,7 >irfoc ;i ai:h£p*
J"
M.-T:
oil
noqi;-
•.io#eJa..
l.'X'Ori
■y£. 3W
-21-
Gezien de zeer inzichtelijke toelichting en de ontvangen antwoorden op de
vragen, gesteld tijdens de artikelsgewijze behandeling van de begroting kan
ik mxj beperken tot een gering aantal onderdelen. Ik ben met mijn fraktiege-
noten erg blij, dat de zienswijze van "Algemeen Belang" juist tijdens de
algemene beschouwingen van 1974 niet is uitgekomen. Het lijkt wel of de
muziek in de begroting, waarover ons vroegere raadslid van Engelen sprak
steeds groter wordt, ondanks een aantal voorzieningen, onder andere sport
zaal, platsoen, etcetera, die in 1976 een zware druk op de begroting geven.
Bood vorig jaar de post onvoorzien practisch geen ruimte, thans hebben we
al een post onvoorzien van ruim 100.000,-, die naar mijn mening kan worden
opgevoerd tot circa 150.000, als de raad genegen is een aantal posten
te annuleren c.q. te verlagen. Ik denk hier aan de volgende posten:
1. 16.00 extra kosten ambtelijke bijstand;
2. 52.01 huur ruimten voor zitting gemeentebestuur en ambtenaren;
3» 44.00 schrijf- en bureaubehoeften;
4- 130.00 uitgaven brandweer;
5. 252.00 wandelplaatsen en plantsoenen; de laatste jaren een stijging van
100.000,per jaar;
6. 270.00 gemeentereiniging; een verhoging van 134.000,of wel 35$, on
danks de voorgestelde besparingen bij overschakeling op containers
7. 452.00 bibliotheek; uitgaven met ruim 37$ verhoogd.
Willen wij komen tot een evenwichtig financieel beleid en tot uitvoering van
de gestelde prioriteiten, dan dienen naar mijn overtuiging ook de eerder ge
noemde posten (4 tot en met l) betrekken te worden bij- de bepaling van de
financiële ruimte voor de infra-structuur en de welzijnsvoorzieningen. Het
komt mij thans voor, geachte voorzitter, dat bepaalde uitgaven beschouwd wor
den als een automatisme. Uit tal van begrotingsposten, vooral uit die van de
dienst openbare werken, blijkt namelijk, dat kosten worden afgewenteld op de
algemene dienst, omdat men nu eenmaal de begroting voor een bepaalde tak van
dienst sluitend moet hebben. Ik ben er mij van bewust dat men ten aanzien van
de personeelskosten weinig speelruimte heeft, maar voor leveringen en diensten
door derden gelden andere spelregels. Zoals ik al eerder heb gezegd, dient
de raad zich in de voorbereidingsfase van de begroting uit te spreken voor
de grootte van de budgetten voor de diverse kostenplaatsen.
Wanneer het college, de raad en het ambtenarencorps op deze manier zouden
kunnen gaan functioneren, een goed voorbeeld vond ik het rapport over de
vuilnisophaaldienst, dan komen we tot een optimale samenwerking, welke in
het belang van de burger is.
De Hoekse Fraktie wil haar goedkeuring aan deze begroting niet onthouden,
indien wij van het college de toezegging krijgen, dat deze posten herzien
worden, wanneer de raad zou besluiten om veranderingen en/of uitbreiding aan
de prioriteitenlijst te geven.
Een ander financieel probleem vind ik de soms rigoureuze verhoging van een
aantal posten ds gevolg van gemeenschappelijke regelingen en de begrotingen
van zelfstandig opererende stichtingen ten behoeve van het maatschappelijk,
sociaal en cultureel werk. Ook vorig jaar hebben we gewezen op 2 belangrijke
facetten:
1welke invloed heeft het gemeentebestuur op de uitgaven?
2. ontstaat niet het reële gevaar dat particulier initiatief niet meer vol
doende wordt gehonoreerd?
Wanneer men een vergelijking maakt tussen de kostenstijging van genoemde in
stellingen en de reële verhoging van inkomsten voor de meeste verenigingen uit
onze gemeente, dan is de conclusie, dat de verschillen steeds groter worden.