195 Het college heeft nu reeds geconstateerd, dat de behoefte aan de lift redelijk groot is. Wethouder TROMPERS stelt, dat een latere aanleg met de daaraan verbon den aparte verbouwing, een stuk duurder zal uitvallen. Het lid GERLA stelt een kleine wijziging voor in het thans ter tafel liggende plan. Krachtens het huidige plan is het niet mogelijk om op de begane grond vertoevende, vanaf ieder willekeurig punt binnen het gebouw de lift te bereiken. Op de begane grond zal er een verbinding tussen de secretarie en de technische afdelingen tot stand moeten worden gebracht. Hij stelt voor om dit te bekijken en zo mogelijk gelijktijdig met de aanleg van de lift-installatie te realiseren. De SECRETARIS merkt op, dat kort geleden een provinciaal-ambtenaar, die speciaal belast is met de verbouwing van overheidsgebouwen, een bezoek aan de gemeente heeft gebracht. Verschillende punten werden met hem door genomen. Ook deze ambtenaar vond het vreemd, dat de lift-installatie niet direct zou worden meegenomen. Verder werd het door het lid Gerla gestelde eveneens met hem besproken. Het is de bedoeling van het college om de gelijkvloerse verbinding gelijktijdig tot stand te brengen. Het lid KRIJNEN toont zich bijzonder tevreden met deze gang van zaken. Het lid HUIJSSOON vindt het jammer, dat het college eerst nu met de nodige argumentatie komt. Hij heeft eveneens de nodige inlichtingen inge wonnen. Het is hem daarbij niet gebleken, dat er op dit moment reeds een duidelijke behoefte bestaat. Verder heeft hij zich gewend tot andere plaat sen. Daarbij waren plaatsen, waar men zelfs nog nooit aan een lift heeft gedacht. Gezien de investering vraagt hij zich wel af, of er thans geen andere prioriteiten zijn. Het lid mevrouw KRIJNEN-BOOT kan zich het onbehagen van het lid Huijssoon goed voorstellen. Tijdens de laatste twee commissievergaderingen is er over de verbouwing van het gemeentehuis gesproken. Daarbij is met geen woord gerept over een nog in te stellen onderzoek. Er is wel naar een onderzoek gevraagd. Zij had het juister gevonden als in de laatste commis sievergadering mededelingen daaromtrent waren gedaan. De VOORZITTER stelt nogmaals, dat het onderzoek pas zeer recent is ingesteld. Het lid MAKKINK had in eerste instantie niets willen zeggen. Het ver baast hem nu, dat enkele raadsleden de voor een bepaalde groep bestaande beperkingen niet wensen weg te nemen. Iedere burger moet ieder openbaar gebouw kunnen bereiken. Het lid Santbergen is destijds met het voorstel gekomen om de nodige voorzieningen te treffen. De gehele raad was toen unaniem van mening, dat voor de minder-validen het gemeentehuis beter bereikbaar moest worden gemaakt. Op het moment, dat het geld gaat kosten, blijkt deze eerdere eensgezindheid niet meer aanwezig. De VOORZITTER heeft eveneens bij enkele raadsleden enig onbehagen ge constateerd. Een onbehagen, dat echter niet gericht is tegen de lift als zodanig, maar tegen de wijze waarop het voorstel wordt gepresenteerd. Hij heeft hier het nodige begrip voor. Dit was, zijns inziens, ook de intentie van het lid Huijssoon. Het lid HUIJSSOON verzoekt de aantekening, dat hij tegen deze begro tingswijziging heeft gestemd. Het lid SCHIPPER merkt op, dat er in de financiële commissie ernstige bezwaren zijn geuit tegen het voorstel tot aanpassing van het krediet voor de restauratie van de panden Zuidhaven 17 en Kerkstraat 23.

Raadsnotulen

Zevenbergen: 1930-1996 | 1976 | | pagina 195